Zoekresultaten 12101-12110 van de 44340 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSHE:2020:33 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-141/DB/LI

    Het valt een advocaat niet te verwijten dat hij zijn cliënt niet direct tijdens het eerste gesprek alle relevante jurisprudentie voorhoudt. Het is gebruikelijk dat een advocaat ten behoeve van het opstellen van een processtuk recente jurisprudentie heeft bestudeerd en daarop ingaat. Advocaat heeft zich terecht wegens een vertrouwensbreuk als advocaat teruggetrokken. Klacht kenneljk ongegond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2020:27 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-848/DB/ZWB

    Niet gebleken dat verweerer in zijn hoedanigheid van deken niet integer is en grensoverschrijdend heeft gehandeld. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2020:34 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-159/DB/LI

    Klacht ingediend meer dan drie jaren nadat klager kennis heeft kunnen nemen van de processtukken waarop de klacht betrekking heeft. Klacht niet-ontvankelijk

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:111 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2018.490 (1)

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:99 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 200010

    Artikel 13 beklag. Klager verzocht de deken om aanwijzing van een advocaat omdat hij geen advocaat kan vinden om verder te procederen tegen de verzekeraar van de veroorzaker van het verkeersongeval waarbij klager betrokken is geraakt. De deken heeft het verzoek afgewezen omdat de rechtsbijstandverzekeraar van klager de kosten van een dergelijke procedure (tot een maximum bedrag) vergoed en klager de rechtsbijstandverzekeraar kan verzoeken tot het aanwijzen van een advocaat. Bovendien heeft klager niet laten zien dat hij beschikt over een minimum aantal van vijf afwijzingen van advocaten. De deken heeft op goede gronden het verzoek afgewezen. Beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:70 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-147

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een huisarts. Beklaagde heeft klager doorverwezen naar een specialist vanwege onder meer M proteïne in het bloed. Uit de daaropvolgende specialistenbrief blijkt dat de internist naast de M proteïne tevens de jichtklachten heeft onderzocht. Uit die brief blijkt ook dat klager geen verdere behandeling in het ziekenhuis wenste en dat hij geen second opinion wenste, ondanks dat het belang van verder onderzoek werd benadrukt. Verder geldt dat van onjuistheden in het medisch dossier niet is gebleken. Evenmin is gebleken dat er verkeerde medicatie is voorgeschreven. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:100 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190263D

    Dekenbezwaar. Verweerder heeft taak als medebestuurder van een stichting derdengelden niet naar behoren uitgevoerd. Maatregel berisping. Bekrachtiging.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:71 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-244a

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een arts. De rapportage kan de tuchtrechtelijke toets doorstaan. De feiten, omstandigheden en bevindingen waarop het advies berust zijn vermeld. Ook is vermeld welke verschillende onderzoeksactiviteiten er zijn verricht door beklaagde, welke informatie is betrokken en waarom beklaagde geen informatie heeft ingewonnen bij de behandelaars. Verder is op inzichtelijke en consistente wijze uiteengezet op welke gronden de conclusies van het rapport steunen. Daarbij is beklaagde binnen de grenzen van zijn deskundigheid gebleven. De conclusie van de rapportage kon in alle redelijkheid uit de voorhanden zijnde gegevens en beschouwingen worden getrokken. De overige klachtonderdelen zijn ook ongegrond verklaard. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:65 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-268

    Gegronde klacht tegen een huisarts. De Raad voor de Kinderbescherming heeft een rapport geschreven ter voorlichting aan de rechtbank , waaruit volgt dat beklaagde onder meer op basis van zijn eigen ervaringen heeft verklaard zorgen te hebben over het feit of klager voldoende inzicht en kunde heeft om alleen voor zijn dochter te zorgen. Beklaagde heeft daarmee een waardeoordeel over klager gegeven; het betreft een oordeel over klagers geschiktheid. Het rapport van de Raad voor de Kinderbescherming vermeldt niet op basis van welke ervaringen beklaagde tot dat waardeoordeel komt. Toen klager aan beklaagde om opheldering verzocht, heeft beklaagde geen toelichting gegeven en evenmin met klager in gesprek willen gaan. Beklaagde heeft richtlijnen zoals de KNMG-meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld uit 2018 en de KNMG-wegwijzer Toestemming en informatie bij de behandeling van minderjarigen uit 2019 niet gevolgd en hij heeft niet uitgelegd waarom dat in dit specifieke geval getuigt van goed hulpverlenerschap. Klacht gegrond verklaard. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:101 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190233

    Verzoek van de Raad van Orde van Advocaten op grond van artikel 8e Advocatenwet tot schrapping van een advocaat wegens het niet meer stelselmatig en langdurig uitoefenen van het beroep van advocaat. Artikel 12 lid 5 Advocatenwet is niet van toepassing. Verweerder is al geruime tijd niet meer aan het werk( arbeidsongeschikt) en voert al meer dan vijf jaar geen praktijk meer. Het hof oordeelt dat artikel 8e Advocatenwet van toepassing is en dat gezien de langdurige periode dat verweerder niet meer in staat is zijn praktijk uit te voeren, verweerder bij gebrek aan nadere gegevens niet meer in staat kan worden geacht op voldoende niveau invulling te geven aan zijn praktijk. In tegenstelling tot wat verweerder heeft aangevoerd, rust op de Raad van de Orde niet de verplichting te onderzoeken of verweerder daadwerkelijk nog in staat kan worden geacht het vak uit te oefenen als hij dit al 5 jaar feitelijk niet meer gedaan heeft. Verweerder heeft onvoldoende belang bij het voeren van de titel ‘advocaat’ en het beschikken over de bijzondere positie die daarbij hoort, enkel op basis van zijn staat van dienst als sociaal advocaat en het feit dat verweerder zeer gehecht is aan die titel. Beroep van verweerder is ongegrond en de beslissing van de raad wordt bekrachtigd.