Zoekresultaten 1221-1230 van de 1485 resultaten

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:1 Accountantskamer Zwolle 11/2226 Wtra AK

    Accountant van onderneming en directeur/grootaandeelhouder in privé aan wie op verzoek van de directeur/grootaandeelhouder een verleend Bbz-krediet is overgemaakt, int uit het Bbz-krediet facturen van zijn kantoor tot een hoger bedrag dan het bedrag is afgesproken met de gemeente die het Bbz-krediet heeft verleend en die daarbij als voorwaarde heeft gesteld dat de invordering van een deel van de facturen werd opgeschort. Handelwijze accountant wordt niet gerechtvaardigd doordat de schuld van onderneming en directeur/grootaandeelhouder ondertussen verder was opgelopen. Niet relevant is ook of de directeur/grootaandeelhouder zelf ermee had ingestemd dat meer van het krediet werd gebruikt dan het afgesproken bedrag. Maatregel berisping passend en geboden. Accountant heeft vertrouwen gemeente bij verlenen krediet geschonden.

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0263 Accountantskamer Zwolle 11/1864 Wtra AK

    Persoonsgericht onderzoek betreft een aan de accountant verleende opdracht waarvan het object bestaat uit het functioneren, handelen of nalaten van een (rechts)persoon, voor de uitvoering waarvan werkzaamheden met een verifierend karakter worden verricht, onder andere uit het verzamelen en analyseren van al dan niet financiele gegevens en het rapporteren van de uitkomsten. Samenhang Verordening gedragscode (VGC) en Praktijkhandreiking 1112: Praktijkhandreiking is geen bindende regelgeving maar geeft wel richting aan beantwoording van de vraag of in een concreet geval sprake is geweest van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Afwijken van de Praktijkhandreiking vergt uitleg van de accountant hoe deze dan wel aan wet- en regelgeving ter zake heeft voldaan. Uit de fundamentele beginselen van de VGC voortvloeiende eisen v.w.b. rekening houden met de belangen van de te onderzoeken persoon, het schriftelijk informeren van de te onderzoeken (rechts)persoon en het toepassen van van hoor en/of wederhoor, niet alleen voor het verkrijgen van een deugdelijke grondslag maar ook in het kader van het handhaven van de juiste omgangsvormen. In dit geval ten onrechte nagelaten een voor opdracht essentieel persoon te horen, ten onrechte nagelaten de te onderzoeken persoon een verslag voor te leggen van het besprokene, ten onrechte nagelaten in of bij zijn rapportage de feitelijke bevindingen kenbaar te maken waarop zijn rapport is gebaseerd zodat het rapport inzoverre deugdelijke grondslag ontbeert. Zeer eenzijdige benadering van feiten en het negeren van feiten die in een andere richting wijzen. Ten onrechte geven van strafrechtelijke en civielrechtelijke kwalificaties. Onvoldoende rekening houden met de belangen van de te onderzoeken persoon. Mede i .v.m. de voor betrokkene voorzienbare ernstige gevolgen voor klager (ontslag), is tijdelijke doorhaling in het register voor de duur van zes maanden een passende maatregel.

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0264 Accountantskamer Zwolle 11/1295 Wtra AK

    Persoonsgericht onderzoek betreft een aan de accountant verleende opdracht waarvan het object bestaat uit het functioneren, handelen of nalaten van een (rechts)persoon, voor de uitvoering waarvan werkzaamheden met een verifierend karakter worden verricht, onder andere uit het verzamelen en analyseren van al dan niet financiele gegevens en het rapporteren van de uitkomsten. Indien dergelijke rapportage, zoals meestal, zich niet beperkt tot feitelijke bevindingen, maar tevens oordelen over en conclusies ter zake gedragingen van de te onderzoeken (rechts)persoon bevat, dan is toepassing van NVCOS 4400 voor een dergelijke rapportage niet geschikt. Samenhang Verordening gedragscode (VGC) en Praktijkhandreiking 1112: Praktijkhandreiking is geen bindende regelgeving maar geeft wel richting aan beantwoording van de vraag of in een concreet geval sprake is geweest van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Afwijken van de Praktijkhandreiking vergt uitleg van de accountant hoe deze dan wel aan wet- en regelgeving ter zake heeft voldaan. Uit de fundamentele beginselen van de VGC voortvloeiende eisen v.w.b. rekening houden met de belangen van de te onderzoeken persoon, het schriftelijk informeren van de te onderzoeken (rechts)persoon en het toepassen van s van hoor en/of wederhoor niet alleen voor het verkrijgen van een deugdelijke grondslag maar ook in het kader van het handhaven van de juiste omgangsvormen. In casu ten onrechte de te onderzoeken persoon van te voren niet schriftelijk over het onderzoek ingelicht en ten onrechte geen hoor en wederhoor toegepast.

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0265 Accountantskamer Zwolle 11/352 Wtra AK

    Persoonsgericht onderzoek betreft een aan de accountant verleende opdracht waarvan het object bestaat uit het functioneren, handelen of nalaten van een (rechts)persoon, voor de uitvoering waarvan werkzaamheden met een verifierend karakter worden verricht, onder andere uit het verzamelen en analyseren van al dan niet financiele gegevens en het rapporteren van de uitkomsten. Indien dergelijke rapportage, zoals meestal, zich niet beperkt tot feitelijke bevindingen, maar tevens oordelen over en conclusies ter zake gedragingen van de te onderzoeken (rechts)persoon bevat, dan is toepassing van NVCOS 4400 voor een dergelijke rapportage niet geschikt. Samenhang Verordening gedragscode (VGC) en Praktijkhandreiking 1112: Praktijkhandreiking is geen bindende regelgeving maar geeft wel richting aan beantwoording van de vraag of in een concreet geval sprake is geweest van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Afwijken van de Praktijkhandreiking vergt uitleg van de accountant hoe deze dan wel aan wet- en regelgeving ter zake heeft voldaan. Uit de fundamentele beginselen van de VGC voortvloeiende eisen v.w.b. rekening houden met de belangen van de te onderzoeken persoon, het schriftelijk informeren van de te onderzoeken (rechts)persoon en het toepassen van van hoor en/of wederhoor niet alleen voor het verkrijgen van een deugdelijke grondslag maar ook in het kader van het handhaven van de juiste omgangsvormen. In casu ten onrechte zelfstandig de onderzoeksopdracht uitgebreid, de te onderzoeken persoon van te voren niet schriftelijk over het aanvullend onderzoek ingelicht, ten onrechte geen hoor toegepast en op betekenisloze wijze wederhoor toegepast. Resultane van wederhoor niet in de rapportage verwerkt. Voor toezending voor wederhoor aan klager de conceptrapportage eerst besproken met opdrachtgever. Geen deugdelijke grondslag. I.v.m. ernstige gevolgen voor klager (ontslag) is tijdelijke doorhaling in het register een passende maatregel.

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0260 Accountantskamer Zwolle 11/1868 Wtra AK

    Falende klachten over een persbericht dat door betrokkene is uitgebracht in reactie op onjuiste uitlatingen door klaagster over een rapport uitgebracht door de organisatie van betrokkene. Gelet op de aard van de beschuldigingen en het meermalen publiekelijk uiten daarvan, heeft betrokkene met zijn reactie de voor hem geldende grenzen van subsidiairiteit en proportionaliteit niet overschreden.

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0261 Accountantskamer Zwolle 11/2037 Wtra AK

    Onderzoek naar o.m. de integriteit van de ambtelijke organisatie van gemeente kwalificeert als een onderzoek met persoonsgerichte aspecten. In onvoldoende mate is aannemelijk geworden dat klager bij aanvang van het onderzoek of kort nadien op de hoogte is gesteld dat het onderzoek mede betrekking op zijn profesioneel handelen zou (kunnen) hebben en daaraan een kwalificatie zou (kunnen) worden gegeven, hetgeen in strijd met komt met de voor betrokkene geldende beginselen van integriteit, objectiviteit en deskundigheid en zorgvuldigheid. Het ontbreken in het rapport van een heldere, omlijnde omschrijving van de opdracht komt in strijd met het fundamentele beginsel van deskundigheid en zorgvuldigheid. Het verwijt dat klager niet is gehoord, treft geen doel. Gegrond verwijt dat in het geval van klager geen recht is gedaan aan het beginsel van wederhoor. Betrokkene behoefde niet het gehele conceptrapport aan klager voor te leggen, maar had wel de feitelijke bevindingen moeten voorleggen waarop het negatieve oordeel over het handelen van klager werd gebaseerd. Niet volstaan had mogen worden met het ten titel van wederhoor voorleggen van een aantal nadere vragen. Onterecht verwijt dat betrokkene niet zelf een oordeel over het handelen mocht geven, terwijl het voor de hand lag dat betrokkene geruchten juist wel in zijn onderzoek betrok. Onterecht verwijt over suggestief woordgebruik. De feitelijke bevindingen waarop het negatieve oordeel over het handelen van klager is gebaseerd, ontbreken bij de stukken van de tuchtprocedure. Aan de hand van overgelegde stukken en wat ter zitting is gebleken, blijkt voor twee van de vier onderwerpen wel een deugdelijke grondslag voor dat negatieve oordeel doch voor de twee andere onderwerpen kan zo'n grondslag niet worden vastgesteld. Dit is niet in overeenstemming met het voor betrokkene geldende fundamentele beginsel van deskundigheid en zorgvuldigheid. Concluderend is betrokkene op vier onderdelen vaktechnisch tekort geschoten zodat vastgesteld moet worden dat betrokkene de uitvoering van een belangwekkend onderzoek met persoonsgerichte aspecten niet op orde had. Volgt maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0262 Accountantskamer Zwolle 11/1867 Wtra AK

    Falende klachten over de uitvoering van een onderzoek met persoonsgerichte aspecten. Aangenomen moet worden dat klaagster weet had van aard en bereik van het onderzoek en van de uitbreiding daarvan, terwijl zij tweemaal is gehoord en zij op feitelijke bevindingen heeft kunnen reageren alvorens betrokkene zou rapporteren. Onterecht verwijt over het (willen) gebruiken van digitale gegevens, afkomstig van de computer van klaagster. Voldoende inzicht in het onderzoek en de gemaakte onderzoekskeuzes. Geen suggestief woordgebruik. Onvoldoende grond voor conclusie dat betrokkene onvoldoede onafhankelijk van opdrachtgever zou zijn. Onzorgvuldige passage in het rapport over het niet reageren door klaagster is in de context van de tekst die daaraan voorafgaat en daarop volgt van onvoldoende gewicht om tot gegrondverklaring van het daarop betrekking hebbende klachtonderdeel te komen. Betrokkene heeft geen politiek oordeel geveld doch conclusies getrokken die uit feitelijke bevindingen konden volgen. Geen rechts- of beroepsregel aan te wijzen die betrokkene zou verplichten om met zijn opdrachtgever een zeer beperkte verspreiding van het rapport af te spreken. Publieke uitspraken van betrokkene, zulks in reactie op de uitlatingen van klaagster in de media, leveren in dit geval evenmin strijd op met enig voor betrokkene geldende rechts- of beroepsregel. Volgt algehele ongegrondverklaring van de klacht.

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0259 Accountantskamer Zwolle 11/2188 Wtra AK

    Kantoortoetsing. Omstandigheid dat betrokkene de datum van de hertoetsing is vergeten, blijft voor haar rekening en risico. Bevindingen van de toetsing blijven bruikbaar. Oordeel over de toetsing voorbehouden aan het bestuur van de NOvAA en niet aan de toetsers. Gegronde klacht over het niet beschikken over een intern stelsel van kwaliteitsbeheersing wegens tekortkomingen in documentatie van werkzaamheden en in uitgebrachte rapportages. Tevens gegronde klacht over het niet voldoen aan PE-verplichtingen in één jaar. De omstandigheid dat betrokkene, hoewel bewust van de tekortkomingen, gedurende lange tijd geen dan wel onvoldoende actie tot verbetering heeft ondernomen doch zeer veeleer heeft ingespannen om (telkens) uitstel te krijgen voor hertoetsing geeft verder gewicht aan de tekortkomingen. Volgt maatregel van tijdelijke doorhaling voor de duur van 3 maanden.

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0258 Accountantskamer Zwolle 11/2542 Wtra AK

    Kennelijk niet-ontvankelijk;

  • ECLI:NL:TACAKN:2012:YH0257 Accountantskamer Zwolle 11/1897 Wtra AK

    Geen PE-punten behaald; kantoortoetsing negatief oordeel; personeelsdossiers niet op orde;in strijd handelen met objectiviteit/onafhankelijkheid inzake beoordelingsopdracht.