Zoekresultaten 3251-3260 van de 42624 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:57 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-708/AL/GLD

    Schending informatie- en daarmee de zorgplicht. Naar het oordeel van de raad had verweerster in deze voor klager zeer emotioneel beladen kwestie meer regie moeten voeren. Zij had hem niet alleen mondeling maar ook schriftelijk, ook op eigen initiatief, op de hoogte moeten houden van de stand van zaken en wat zij daarin voor hem kon én wilde doen. Uit de e-mails van klager blijkt dat bij hem een voortdurende irritatie bestond over de werkwijze van verweerster die in zijn optiek niet naar hem wilde luisteren en een gesprek daarover weigerde. Een duidelijkere communicatie was nodig geweest. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:37 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 22-424/DB/OB 22-426/DB/OB

    Herstelbeslissing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:63 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/4101

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een cardioloog. Klaagster verwijt de cardioloog als hoofdbehandelaar dat er op zijn afdeling geen oog en oor is geweest voor de verslechterende situatie van haar moeder (ontbreken van regie) en dat haar moeder niet de benodigde verzorging heeft gekregen die de beroerte en het uiteindelijke overlijden had kunnen voorkomen. Het college is van oordeel dat de cardioloog als zorgverlener correct heeft gehandeld, als hoofdbehandelaar zijn verantwoordelijkheid heeft genomen en zich toetsbaar heeft opgesteld door een melding te doen van een mogelijke calamiteit, waarna het onderzoek door het ziekenhuis op gang is gekomen. Het college is van oordeel dat de cardioloog zijn regiefunctie naar behoren heeft uitgevoerd en ziet in het dossier geen aanwijzing voor een situatie waarin de cardioloog anders had moeten optreden dan hij heeft gedaan, ook niet als behandelaar van de patiënte. Klacht in beide onderdelen kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:58 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-252/AL/GLD

    Verzet. De raad verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:49 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-546/DH/DH

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:64 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/4162

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een cardioloog. De cardioloog is door de rechtbank tot deskundige benoemd in een beroepsprocedure tussen klager en UWV. De cardioloog heeft een rapport uitgebracht. Klager verwijt de cardioloog dat hij toezeggingen (over opvragen van medische informatie en inzage-en correctierecht) niet is nagekomen, dat hij onvoldoende onderzoek heeft gedaan en dat de rapportage onjuist is en blijk geeft van vooringenomenheid. Ook zou sprake zijn van belangenverstrengeling. Het college kan niet vaststellen dat de cardioloog de gestelde toezeggingen heeft gedaan. Het college is van oordeel dat het rapport van de cardioloog voldoet aan de eisen die daaraan moeten worden gesteld. De conclusies van de cardioloog zijn op basis van het zorgvuldig uitgevoerde onderzoek voldoende onderbouwd en goed te volgen. Bovendien komen de conclusies van de cardioloog – anders dan klager stelt – overeen met de conclusies van klagers eigen cardioloog. De beschuldiging van vooringenomenheid en belangenverstrengeling is onvoldoende onderbouwd. Alle klachtonderdelen kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:59 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-684/AL/OV

    Tussen partijen is in geschil of verweerder een beroepsfout heeft gemaakt door een vordering van klager niet op de juiste wijze te stuiten waardoor deze zou zijn verjaard. De raad kan niet beoordelen of in deze kwestie sprake is van een beroepsfout, daarvoor zijn andere juridische wegen. Ook overigens kan de raad niet vaststellen dat verweerder in zijn dienstverlening richting klager is tekortgeschoten. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:78 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/3737

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een arts maatschappij en gezondheid. Naar aanleiding van een zorgmelding is Veilig Thuis een onderzoek gestart. Klaagster verwijt de arts onder meer inbreuk op het medisch beroepsgeheim en inmenging in de behandelovereenkomsten. Het college is van oordeel dat de vertrouwensarts voor het opvragen van de medische gegevens geen toestemming nodig had. Op grond van de WMO is Veilig Thuis bevoegd tot het opvragen en verwerken van medische gegevens zij nodig heeft in het kader van het onderzoek. In de onderhavige situatie was de uitkomst dat de vermoedens van kindermishandeling niet konden worden weerlegd, noch bevestigd. De WMO geeft aan Veilig Thuis in zo’n geval de bevoegdheid om hulp in te schakelen en adviezen te geven. De arts mocht in de rapportage de gegeven adviezen aan klaagster en aan behandelaars opnemen. Dat dan na enige tijd nog wordt nagegaan of de gegeven adviezen enig effect hebben gesorteerd, is onderdeel van de wettelijke taken en bevoegdheden – onder omstandigheden zelfs een verplichting - van Veilig Thuis. De overige klachtonderdelen zijn ook ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:33 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 22-643/DB/OB

    Advocaat heeft nadat uitspraak is bepaald, zonder toestemming van de advocaat van de wederpartij, nog inhoudelijk gereageerd op de deskundigheid van de te benoemen deskundige, terwijl de rechtbank partijen enkel de gelegenheid had geboden om aan de rechtbank te berichten of overeenstemming was bereikt over de te benoemen deskundige en om indien (een van de) partijen zich niet kon(den) vinden in de door de rechtbank geformuleerde vraagstelling met een eenvormig alternatief te komen.Klacht gegrond, waarschuwing

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2023:67 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/4626

    De klacht gaat over de behandeling van klager op de hartfalenpoli. Klager verwijt de cardioloog dat er geen hoofdbehandelaar was geregeld en deze niet bekend was bij klager. Klager verwijt de cardioloog als supervisor een onjuist medicatiebeleid, onvoldoende monitoring van klager en dat klager onvoldoende betrokken werd bij het medicatiebeleid.   Het college verklaart de klacht ongegrond. De cardioloog is coördinator van de hartfalenpoli en niet de supervisor van de ook aangeklaagde verpleegkundig specialist. De organisatie van de hartfalenpoli is voldoende geregeld. De cardioloog is, behoudens aanwezigheid bij één MDO waarbij een specifieke vraagstelling over klager besproken is, niet persoonlijk betrokken geweest bij de behandeling van klager en voor die klachtonderdelen ook niet tuchtrechtelijk aan te spreken.