Zoekresultaten 20101-20110 van de 42611 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:2 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.028

      Klacht tegen een huisarts. Klagers verwijten de huisarts (samengevat) dat het formulier van de SEH niet correct is ingevuld. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klagers kennelijk niet-ontvankelijk verklaard in hun klacht voor zover deze onvoldoende is omschreven en de klacht overigens als van onvoldoende gewicht afgewezen. De behandeling van de zaak in beroep heeft het Centraal Tuchtcollege geen aanleiding gegeven tot de vaststelling van andere feiten en tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van het Regionaal Tuchtcollege in eerste aanleg. Het beroep wordt verworpen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2017:5 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 202/2015

      Klacht tegen psychiater. Klager, opgenomen in een psychiatrische instelling alwaar verweerder werkzaam is, is het in essentie niet eens met de psychiatrische diagnose en wijt zijn psychische klachten aan somatische oorzaken. Klacht als kennelijk ongegrond afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:10 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-243

      Op een klachtonderdeel gegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Enkel benoemen van psychische klachten die leiden tot volledige arbeidsongeschiktheid ten aanzien van de maatgevende arbeid is toegestaan gedurende het eerste ziektejaar. Dat voor klaagster met name haar fysieke klachten op de voorgrond stonden maakt niet dat de arts verplicht was deze op te nemen in zijn verslag. De arts heeft een verwijsbrief aan een psychiater geschreven voor een psychiatrische expertise terwijl de begeleiding al was beëindigd. Hij heeft de (inhoud van de) verwijsbrief ook niet met klaagster besproken en haar ook niet anderszins daarover geïnformeerd. Dit had hij wel moeten doen. Waarschuwing.  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:9 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.038

      Klacht tegen een cardioloog. Klagers verwijten de cardioloog dat hij a) onvoldoende in het werk heeft gesteld om het leven te redden van patiënte b) onvoldoende heeft ondernomen om tot een goede (echo-) diagnostiek te komen c) klachten uit de (hetero-) anamnese onvoldoende heeft onderzocht. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klagers niet-ontvankelijk in het beroep nu het beroepschrift (de brief van 31 januari 2016) niet voldoet aan de in de wet gestelde eisen.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:252 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-184

    Voorzittersbeslissing; optreden advocaat wederpartij; klacht deels niet-ontvankelijk, deels kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:246 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-494

    Betreft dekenbezwaar over het zelfstandig toevoegingszaken laten behandelen door studentstagiaire en het feit dat de advocaat geen openheid van zaken aan de deken heeft gegeven toen die daarom vroeg. De raad is van oordeel dat de advocaat in strijd  met art.15 Advocatenwet heeft gehandeld, omdat deze niet persoonlijke alle werkzaamheden heeft verricht maar deels ( het bijwonen van een zitting) heeft laten doen door een studentstagiaire, niet-advocaat.  Niet gebleken is dat de advocaat heeft gepoogd informatie achter te houden voor de deken. De advocaat heeft de brief van de deken met het verzoek om informatie anders geïnterpreteerd. Bezwaar deels gegrond, echter zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:12 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.262

      Klaagster werkte op een verkoopafdeling en verrichte in dat kader dagelijks meerdere uren beeldschermwerk. Zij is uitgevallen voor haar werk in verband met RSI-klachten. Klaagster heeft haar werkgeefster aansprakelijk gesteld en de kantonrechter heeft bij vonnis van 19 november 2008 (later bekrachtigd door het gerechtshof Amsterdam) de werkgeefster veroordeeld tot schadevergoeding op te maken bij staat. Vervolgens heeft klaagster jegens haar werkgeefster een schadestaatprocedure aanhangig gemaakt ter vaststelling van de omvang van de schade. De kantonrechter heeft in die procedure verweerder, neuroloog, als deskundige benoemd en vragen ter beantwoording voorgelegd. Het rapport van verweerder is aan de rechtbank toegestuurd. De kantonrechter heeft de vordering van klaagster afgewezen. Klaagster verwijt verweerder kort gezegd a) de ondeugdelijkheid van zijn rapportage en b) zijn ondeugdelijke werkwijze en communicatie. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:19 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.256

      Klacht tegen een verpleegkundige die volgens klaagster niet heeft ingegrepen terwijl zij wist dat het zorgplan van patiënte, de moeder van klaagster, niet voldeed en er viermaal fouten bij de medicatieverstrekking zijn gemaakt. De verpleegkundige vervulde de functie van locatiemanager. Er moet terughoudendheid worden betracht bij het oordelen over het handelen vanuit een dergelijke functie. Er kan eerst sprake zijn van een tevens optreden in de hoedanigheid van verpleegkundige indien verweerster bij haar optreden als manager zich heeft begeven op het terrein waarop zij ook de deskundigheid bezit en waarvoor zij in het BIG-register is ingeschreven. Verweerster is ten opzichte van patiënte enkel opgetreden als locatiemanager van het verpleeghuis en in die hoedanigheid een aantal malen betrokken geweest bij gesprekken tussen de zorgverleners en de familie van patiënte. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:3 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.029

      Klacht tegen een chirurg. Klagers verwijten de chirurg (samengevat) dat hij tuchtrechtelijk laakbaar heeft gehandeld tegenover klaagster en dat hij tekort is geschoten in zijn verslaglegging. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klagers kennelijk niet-ontvankelijk verklaard in hun klacht voor zover deze onvoldoende is omschreven en de klacht overigens als van onvoldoende gewicht afgewezen. De behandeling van de zaak in beroep heeft het Centraal Tuchtcollege geen aanleiding gegeven tot de vaststelling van andere feiten en tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van het Regionaal Tuchtcollege in eerste aanleg. Het beroep wordt verworpen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2017:6 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 175/2015

      Klacht tegen gz-psycholoog. Klager, opgenomen in een psychiatrische instelling alwaar verweerster werkzaam is, is het in essentie niet eens met de psychiatrische diagnose en wijt zijn psychische klachten aan somatische oorzaken. Klacht als kennelijk ongegrond afgewezen.