Zoekresultaten 221-230 van de 2791 resultaten

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:44 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/402790 KL RK 22-47

    Naar het oordeel van de kamer heeft de notaris door geen boedelbeschrijving te maken, direct na het overlijden in 2013, zijn informatieplicht als executeur geschonden. De notaris heeft ook niet aannemelijk gemaakt dat hij na het overlijden van erflater gesprekken heeft gehad met de erfgenamen over de afwikkeling van de nalatenschap. Het is aan de notaris als executeur om een actieve rol in te nemen bij de afwikkeling. Dat kan ook zijn het vastleggen van de afspraken die partijen onderling hebben gemaakt.Geen kostenveroordeling voor de verleende rechtsbijstand omdat de gemachtigde van klaagster haar bewindvoerder is en geen derde die beroepsmatig rechtsbijstand verleend.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:40 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/400678 KL RK 22-23

    Toepassing artikel 99 lid 21 Wna.Klagers verwijten de oud-notaris dat er ten tijde van het passeren van de op hen betrekking hebbende leveringsakten begin 2013 geen althans onvoldoende Belehrung heeft plaatsgevonden.De kamer overweegt dat klagers partij waren bij de op hen betrekking hebbende leveringsakte. Vanaf de datum van passeren van de leveringsakte worden klagers verondersteld bekend te zijn met de inhoud van de op hen betrekking hebbende leveringsakte. De kamer komt dan ook tot de conclusie dat de klachttermijn een aanvang nam op de data waarop de betreffende leveringsakten van klagers zijn gepasseerd. Omdat de leveringsakten van klagers al begin 2013 zijn gepasseerd was de termijn van artikel 99 lid 21 Wna al verstreken. De kamer overweegt verder dat voor toepassing van de uitzonderingstermijn van een jaar slechts in zeer uitzonderlijke gevallen plaats is, namelijk als het overschrijden van de klachttermijn van drie jaar redelijkerwijs niet aan een klager kan worden verweten. In het onderhavige geval is daarvan geen sprake. Klagers waren immers zelf partij bij de leveringsakten waarbij het handelen of nalaten van de oud-notaris waarover geklaagd wordt, heeft plaatsgevonden.De kamer heeft de klacht niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:41 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/402641 KL RK 22-44 C/05/402643 KL RK 22-45

    Klacht betreft het niet passeren van een levenstestament voor de moeder van klager.Klager vindt dat de notarissen moeder groot onrecht hebben aangedaan door, ondanks vele gesprekken met moeder en brieven van artsen, geen medewerking te verlenen aan het passeren van het levenstestament. Het is volgens klager in moeders belang dat haar wil wordt vastgelegd zoals ze deze meerdere malen heeft aangegeven.De kamer overweegt dat de notarissen op zorgvuldige wijze de wilsbekwaamheid van moeder hebben beoordeeld door op meerdere momenten met moeder te spreken om haar wil te verifiëren. Omdat de notarissen naar aanleiding van de gesprekken met moeder niet de volle overtuiging hadden dat het gewijzigde levenstestament de wil van moeder bevatte, dat moeder de inhoud ervan begreep en dat zij haar wil zonder ongewenste beïnvloeding van derden aan de notarissen kenbaar heeft kunnen maken, hebben de notarissen naar het oordeel van de kamer niet onzorgvuldig gehandeld door op dat moment hun medewerking op te schorten en moeder hierover te informeren. De kamer heeft de klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:42 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/401908 KL RK 22-34

    Naar het oordeel van de kamer handelt de notaris onbehoorlijk door niet of veel te laat te reageren naar klager.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:37 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/402369 / KL RK 22-39

    Bij de beoordeling van de ontvankelijkheid van de klacht maakt de kamer onderscheid tussen de klachtonderdelen die zien op het handelen van de notaris voorafgaand aan en bij gelegenheid van het gesprek van 3 maart 2017 enerzijds en anderzijds de klachtonderdelen die betrekking hebben op de wijze waarop de oud-notaris zijn werkzaamheden heeft gedeclareerd.  Omdat klagers aanwezig zijn geweest bij het gesprek van 3 maart 2017 en dus vanaf dat moment met het handelen dan wel nalaten van de notaris bekend zijn geweest, kunnen zij op dit punt niet in hun klacht ontvangen worden. Hetzelfde geldt voor hun klacht tegen de wijze van declareren van de notaris aangezien vaststaat dat de declaratie waar het om gaat ook langer dan drie jaar voorafgaand de indiening van de klacht bij klager bekend is geweest.  

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:31 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/402483 / KL RK 22-42

    De notaris heeft twee appartementen in eigendom, aangekocht voor de kinderen van de notaris. Deze appartementen worden inmiddels langdurig verhuurd aan derden. De notaris heeft gehandeld in strijd met artikel 17 derde lid Wna. Klacht gegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:38 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/400787 / KL RK 22-26

    Niet althans onvoldoende is gebleken dat de notaris heeft gehandeld in strijd met de bij de notaris passende onafhankelijkheid en onpartijdigheid dan wel dat hij de schijn daarvan heeft gewekt. Klacht op alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:32 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/400795/ KL RK 22-27

    De kamer acht het verwijt dat de notaris onvoldoende zorgvuldigheid heeft betracht bij de beoordeling van de wilsbekwaamheid van de moeder van klagers ten tijde van het opmaken en passeren van het levenstestament, de volmacht en de levering van haar woning aan de broer van klagers en (kennelijk) ook het testament gegrond. De kamer legt de notaris daarom de maatregel van waarschuwing op. Het behoorde echter niet tot de plicht van de notaris om klagers op de hoogte te stellen van het opmaken en passeren van de akten, omdat klagers daarbij geen partij waren.   

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:39 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/401647 / KL RK 22-33

    Op diverse momenten is het voor klager onduidelijk geweest wiens belangen de notaris behartigde en op welke wijze. Klacht is deels gegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2022:33 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/400423/ KL RK 22-20

    Klaagster was geen partij bij de koopovereenkomst, gesloten tussen haar ouders en de broer van klaagster. De kamer is van oordeel dat klaagster voor zover de klacht is gericht op het verlenen van ministerie door de notaris aan de overdracht van de woning, klaagster geen redelijk belang heeft in de zin van artikel 99 lid 1 Wna en dus niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar klacht. Het informeren van klaagster over de transactie door de notaris doet niets af aan haar onafhankelijkheid, ongeacht de kwalificatie als ‘partijnotaris’. Dat deel van de klacht is ongegrond.