Zoekresultaten 17591-17600 van de 42257 resultaten

  • ECLI:NL:TGZREIN:2017:104 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1739b

      Klager verwijt verweerder kokervisie en zware nalatigheid ten gevolge waarvan zijn echtgenote is overleden. Verweerder heeft patiënte gezien op huisartsenpost vanwege pijnklachten. Er waren geen afwijkende waarden, geen aanwijzingen voor hernia, klachten zijn serieus genomen en onderzocht. Pijnmedicatie is aangepast. Verweerder kon volstaan met verrichte onderzoek. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2017:99 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 16217b

      Verwijt aan huisarts van huisartsenpost dat hij tijdens visite aan klaagster uitvalsverschijnselen niet heeft herkend en diagnose herseninfarct heeft gemist en haar ten onrechte niet naar het ziekenhuis heeft verwezen op basis van de uitval aan de rechterzijde.  Huisarts had op grond van mededelingen triagiste en zijn eigen waarneming van een nog aanwezige neurololgische afwijking bedacht moeten zijn op beroerte. Anamnese onvoldoende uitgediept en onvolledig neurologisch onderzoek gedaan.  Verwijzing naar neuroloog lag in de rede. De huisarts heeft de resultaten van het – onvolledige – onderzoek onjuist geïnterpreteerd, waardoor deugdelijk vervolgonderzoek achterwege is gebleven. Huisarts heeft zich niet toetsbaar opgesteld. Berisping.  

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:150 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-307

    Voorzittersbeslissing: Naar het oordeel van de voorzitter heeft verweerder als advocaat van de gedetineerde klager diens klacht over de tekortschietende medische zorg in de penitentiaire inrichting voldoende voortvarend en adequaat behandeld en, ondanks de taalproblemen, klager van zijn werkzaamheden op de hoogte gehouden, zonder dat van leugens sprake is geweest.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:144 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1122

    Verzet tegen voorzittersbeslissing. De voorzitter is niet van onjuiste feiten uitgegaan en heeft de beslissing voldoende gemotiveerd. Het verzet is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:157 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-343

    Voorzittersbeslissing: naar het oordeel van de voorzitter diende verweerder in het belang van zijn cliënte op grond van de relevante wettelijke bepalingen het exploot van dagvaarding op 28 oktober 2016 op het BRP-adres van klager laten betekenen. Dat klager feitelijk op een ander adres verbleef, waar hij overigens tevens is gedagvaard, doet daar niet aan af. Het had op de weg van klager gelegen om zijn juridische woonsituatie in overeenstemming te brengen met zijn feitelijke woonsituatie. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:151 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-197

    Voorzittersbeslissing: naar het oordeel van de voorzitter hebben verweerders, als toegevoegd advocaat in de strafzaak in appel, klager kwalitatief goed en op juiste wijze bijgestaan. Ondanks de tussentijdse intrekking door klager van zijn opdracht, zijn zij op verzoek van het gerechtshof betrokken gebleven bij de behandeling van de zaak in verband met een te starten deskundigenonderzoek naar de psychische toestand van klager om verder zijn eigen belangen te mogen behartigen. Klager heeft daarna zijn hoger beroep ingetrokken, waarna verweerders zijn gestopt met hun werkzaamheden. Alle (overige) klachtonderdelen kennelijk ongegrond.  

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:145 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-284

    Voorzitter oordeelt dat verweerder als advocaat van klaagster in haar geschil over de boedelscheiding voldoende zorgvuldig heeft gehandeld. Dat sprake was van een door verweerder onopgemerkte fout in de beschikking van het hof is niet gebleken, zodat dit klachtonderdeel kennelijk ongegrond is. Het verwijt dat de door verweerder ingeschakelde cassatie-advocaat een negatief cassatie advies heeft  gegeven, kan verweerder niet worden verweten. Dat klachtonderdeel is kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:178 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170081

    Klacht tegen de advocaat van de wederpartij dat zij zich onnodig grievend heeft uitgelaten over klager door in haar brief de zinsnede 'middels bedrog en een onjuiste voorlichting van de rechters, cliënte een aanzienlijke geldsom ten onrechte afhandig wenst te maken' op te nemen. Het hof is, anders dan de raad, van oordeel dat verweerster niet klachtwaardig heeft gehandeld. De bewoordingen waren bezien in het licht van het gevoerde debat en met het oog op de naderende schadestaatprcoedure, scherp maar tevens functioneel en niet onnodig grievend. Vernietiging.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:158 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-932

    Klacht tegen eigen advocaat over kwaliteit van de behandeling van een familiezaak. Klager beklaagt zich erover dat de advocaat zijn argumenten in een procedure onvoldoende voor het voetlicht heeft gebracht, heeft geweigerd een stuk op te vragen en ermee heeft ingestemd dat er door een derde alleen betalingen aan zijn ex-echtgenote werden gedaan. Klacht ongegrond. De klachten zijn zowel in de klachtbrief als bij repliek als op de zitting niet nader onderbouwd en onvoldoende aannemelijk gemaakt. Daarbij heeft de raad ook in ogenschouw genomen dat aldus de gemachtigde van klager sprake is van een dossier van 1000 bladzijden, waaruit blijkt dat er het nodige is gebeurd en dat niet in deze tuchtprocedure is ingebracht, terwijl verweerder onbetwist heeft aangevoerd dat hij het dossier aan de opvolgend advocaat heeft gezonden en daarover dus niet meer de beschikking heeft. Bij gebreke van enige onderbouwing komt de raad niet toe aan enige verdere factfinding in deze zaak.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:139 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-461

    Voorzittersbeslissing. Klaagsters sub 2 en 3 kennelijk niet-ontvankelijk. Klacht van klager sub 1 tegen verweerder in zijn hoedanigheid van curator kennelijk ongegrond. De klacht dat verweerder fouten van andere advocaten niet heeft gecontroleerd en hersteld en klachten van klager heeft genegeerd, is onvoldoende onderbouwd.