Zoekresultaten 411-420 van de 20390 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:382 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-297/AL/MN

    Ongegrond verzet.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:23 Raad van Discipline Amsterdam 23-907/A/A

    Voorzittersbeslissing; klacht is kennelijk niet-ontvankelijk op grond van het ne bis in idem beginsel. klager heeft voor de tweede keer een klacht ingediend over verweerder. Beide klachten hebben betrekking op hetzelfde voortslepende feitencomplex, namelijk het langdurige (echtscheidings)geschil dat speelt tussen klager en de ex-echtgenote en waarin verweerder de ex-echtgenote als advocaat bijstand verleent. De eerste klacht over verweerder is bij (inmiddels onherroepelijke) beslissing kennelijk ongegrond verklaard. En hoewel de huidige klacht in een iets andere vorm is gegoten en van een latere datum is, komt het verwijt aan verweerders adres (in essentie) op hetzelfde neer. Het ne bis in idem (weergegeven onder r.o. 4.1), dat dient ter bescherming van advocaten tegen herhaalde klachten over in de kern hetzelfde feitencomplex, brengt naar het oordeel van de voorzitter ook in dit geval mee dat klager niet een tweede maal kan klagen over hetzelfde feitencomplex. Dat onderhavige klacht van een latere periode is dan de eerdere klacht, maakt dit niet anders. De doelen van het tuchtrecht zijn het bewaken en bevorderen van de kwaliteit van de advocatuur en bescherming tegen onzorgvuldig handelen van advocaten. Het tuchtrecht is er niet om onbeperkt ruimte te geven aan klagers om hun onvrede over advocaten telkens opnieuw, in iets andere vorm, maar met op hoofdlijnen dezelfde klachten, aan de orde te stellen. Van uitzonderlijke omstandigheden die tot een ander oordeel moeten leiden is de voorzitter niet gebleken. Dat betekent dat de klacht kennelijk niet-ontvankelijk is.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:383 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-190/AL/MN

    Ongegrond verzet.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:20 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-059/DB/LI

    Toewijzing 60ab-verzoek. Schending van aan een gedetineerde cliënt opgelegde beperkingen. De raad is met de deken van oordeel dat uit de overgelegde stukken, waaronder de melding van de plv. hoofdofficier van justitie en het door de politie opgestelde proces-verbaal,  en het ter zitting verhandelde voldoende blijkt dat sprake is van een ernstig vermoeden van een handelen door verweerder waardoor enig door artikel 46 beschermd belang ernstig is geschaad of dreigt te worden geschaad. Ondanks een eerdere tuchtrechtelijke veroordeling en langdurige schorsing wegens het handelen in strijd met aan een gedetineerde cliënt opgelegde beperkingen, heeft verweerder zich opnieuw heeft schuldig gemaakt aan handelen in strijd met aan een gedetineerde cliënt opgelegde beperkingen.  Gezien het recidiverende karakter van verweerders misdragingen, in samenhang bezien met verweerders houding ter zitting, die geen blijk gaf van inzicht in de klachtwaardigheid van zijn handelen, bestaat een reële dreiging van nieuwe misdragingen. Er is naar het oordeel van de raad op grond van het voorgaande sprake van een dusdanig spoedeisend belang dat enig door artikel 46 Advocatenwet beschermd belang schorsing met onmiddellijke ingang vergt.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:24 Raad van Discipline Amsterdam 23-869/A/NH

    Voorzittersbeslissing; klacht over het handelen van verweerster in haar hoedanigheid van deken is kennelijk niet-ontvankelijk wegens misbruik van klachtrecht

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:26 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-886/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht kennelijk niet-ontvankelijk. Het rechtszekerheidsbeginsel verzet zich ertegen dat met een klacht die eerder is ingetrokken, voor de tweede maal een klachtprocedure wordt gestart.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:384 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-300/AL/OV

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:25 Raad van Discipline Amsterdam 23-871/A/A

    Voorzittersbeslissing; kennelijk ongegronde klacht over de advocaat wederpartij. Niet gebleken is dat verweerder zijn derdengeldrekening voor oneigenlijke doeleinden heeft gebruikt.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:27 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-867/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond. Geen sprake van onzorgvuldig cassatieadvies. Verweerder niet gehouden cassatie in te stellen na negatief cassatieadvies. Geen sprake van onzorgvuldige facturering.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:385 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-301/AL/OV

    Ongegrond verzet.