Zoekresultaten 3281-3290 van de 3427 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2023:165 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/5353
- Datum publicatie: 05-10-2023
- Datum uitspraak: 02-10-2023
- ECLI:NL:TGZRZWO:2023:165
In het kader van een verzekeringsgeneeskundige beoordeling op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) heeft verweerder klager telefonisch gesproken en een fysiek spreekuurcontact gehad. Van deze beoordeling heeft de verzekeringsarts een rapport opgesteld. De klacht heeft betrekking op de beoordeling van de WIA-aanvraag door de verzekeringsarts. Het college is van oordeel dat verweerder niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld verklaart de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:169 Hof van Discipline 's Gravenhage 230268
- Datum publicatie: 05-10-2023
- Datum uitspraak: 02-10-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:169
Artikel 13 beklag ongegrond. Het gaat om een herhaald verzoek van klaagster in een, bovendien, kansloze zaak en de deken heeft dat verzoek terecht afgewezen. Naar het oordeel van het hof maakt klaagster misbruik van klachtrecht.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2023:205 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-471/DH/DH
- Datum publicatie: 04-10-2023
- Datum uitspraak: 04-10-2023
- ECLI:NL:TADRSGR:2023:205
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de eigen advocaat. Niet gebleken dat verweerder de zaak zodanig traag heeft behandeld dat hij klachtwaardig heeft gehandeld. Klaagster heeft veelvuldig aanvullende stukken toegezonden waardoor de totale omvang van het dossier zeer omvangrijk is geworden. Niet gebleken dat verweerder over onvoldoende dossierkennis beschikte, gebrekkig communiceerde, of processtukken niet aan klaagster voorlegde. Verweerder heeft terecht gecontroleerd of hij de dagvaarding mede namens klaagsters broer mocht uitbrengen. Verweerder mocht de zaak neerleggen en heeft dat niet op onzorgvuldige wijze gedaan. Niet in geschil is dat verweerder niet beschikt over originele stukken. Niet kan worden vastgesteld dat verweerder niet integer heeft gehandeld of excessief heeft gedeclareerd. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:243 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-877/AL/MN
- Datum publicatie: 03-10-2023
- Datum uitspraak: 25-09-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:243
Naar het oordeel van de raad heeft verweerster gedragsregel 18 geschonden en tevens in strijd gehandeld met de kernwaarde (financiële) integriteit. Verweerster heeft verzaakt om voorafgaand aan het aannemen van de opdracht zelf te onderzoeken of klaagster voor gesubsidieerde rechtshulp in aanmerking kwam maar is daarbij afgegaan op de achteraf foute informatie van klaagster. Dat klaagster uitdrukkelijk afstand van haar recht op gesubsidieerde rechtshulp heeft gedaan is de raad uit de stukken niet gebleken. Ook is verweerster in haar zorgplicht tekortgeschoten door niet voldoende bij klaagster door te vragen en dat schriftelijk te bevestigen wat klaagster precies wilde met de omgangsregeling. Berisping.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2023:113 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-295/DB/ZWB
- Datum publicatie: 03-10-2023
- Datum uitspraak: 02-10-2023
- ECLI:NL:TADRSHE:2023:113
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat over de kwaliteit van de dienstverlening. Verweerder mocht de herhaalde verzoeken om financiële gegevens op te vragen bij de (advocaat van de) vrouw niet naast zich neerleggen. Dat klager zich aanvankelijk tot verweerder had gewend met het verzoek om hem bij te staan in het kader van het voeren van verweer tegen het door de vrouw ingediende verzoek tot wijziging van de zorg- en contactregeling maakt dit niet anders. De reikwijdte van de opdracht is lopende verweerders bijstand gewijzigd. In zoverre gegrond. De klacht dat de in de klachtenregeling genoemde klachtfunctionaris, mr. S, niet in de gelegenheid was om de klacht te onderzoeken, zodat een kantoorgenoot van verweerder de klacht heeft onderzocht, is ongegrond. Het gegrond bevonden tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen heeft betrekking op de kernwaarde deskundigheid. Berisping.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2023:180 Raad van Discipline Amsterdam 23-477/A/NH
- Datum publicatie: 03-10-2023
- Datum uitspraak: 25-09-2023
- ECLI:NL:TADRAMS:2023:180
Voorzittersbeslissing; klacht over de kwaliteit van dienstverlening van de eigen advocaat in beide onderdelen kennelijk ongegrond. Verweerder kan tuchtrechtelijk niets worden verweten. Verweerder heeft zijn advies aan klager van een goede en deugdelijke onderbouwing voorzien en hij heeft daarbij ook (meermaals) duidelijk aan klager te kennen gegeven waarom het uitbrengen van een dagvaarding niet zinvol zou zijn. Verweerder heeft de wens van klager op dit punt dan ook wel degelijk gehoord, maar hij heeft hier met redenen van afgezien en dit ook zo aan klager laten weten. Ook blijkt uit niets dat verweerder de belangen van A zou hebben behartigd in plaats van die van klager.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2023:181 Raad van Discipline Amsterdam 23-555/A/A
- Datum publicatie: 03-10-2023
- Datum uitspraak: 25-09-2023
- ECLI:NL:TADRAMS:2023:181
Voorzittersbeslissing; Klacht gedeeltelijk niet-ontvankelijk, omdat de klacht in zoverre te laat is ingediend en gedeeltelijk kennelijk ongegrond omdat de klacht overigens onvoldoende onderbouwd is.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2023:182 Raad van Discipline Amsterdam 23-265/A/A
- Datum publicatie: 03-10-2023
- Datum uitspraak: 25-09-2023
- ECLI:NL:TADRAMS:2023:182
Raadsbeslissing; (bijna volledig) gegronde klacht over de dienstverlening van de eigen advocaat. De raad is van oordeel dat verweerder niet met de zorgvuldigheid heeft gehandeld die van een redelijk bekwame en redelijk handelend advocaat in de gegeven omstandigheden mag worden verwacht. De raad rekent het verweerder ernstig aan dat hij geen opdrachtbevestiging met plan van aanpak naar klager heeft gestuurd en heeft nagelaten belangrijke afspraken en termijnen schriftelijk aan klager te bevestigen. Klager wist hierdoor niet dat de mondelinge behandeling op korte termijn zou plaatsvinden en heeft zich niet goed op zijn zaak kunnen voorbereiden. Verweerder heeft bovendien het verweerschrift zonder dit vooraf ter goedkeuring aan klager voor te leggen bij de rechtbank ingediend. Al deze gedragingen getuigen naar het oordeel van de raad van een gebrek aan zorg en inzet voor klagers zaak. De raad heeft niet kunnen vaststellen dat verweerder zich de ernst van de gemaakte verwijten besefte. Verweerder betoogde dat hij een goed resultaat voor klager heeft behaald, zonder (zichtbaar) op zijn eigen gedrag te reflecteren. De raad ziet in deze omstandigheden aanleiding om verweerder de maatregel op te leggen van een voorwaardelijke schorsing in de uitoefening van de praktijk voor de duur van vier weken en kostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2023:183 Raad van Discipline Amsterdam 23-443/A/A
- Datum publicatie: 03-10-2023
- Datum uitspraak: 25-09-2023
- ECLI:NL:TADRAMS:2023:183
Voorzittersbeslissing; klacht over de advocaat wederpartij. Klachtonderdeel a) niet-ontvankelijk vanwege overschrijding van de vervaltermijn van drie jaar zoals neergelegd in artikel 46g lid 1 onder a Advocatenwet. Klachtonderdeel b) kennelijk ongegrond. Uit de handelswijze van verweerder blijkt niet dat hij klaagster onder druk zou hebben gezet, dan wel andere handelingen zou hebben waardoor hij de belangen van klaagster onnodig en zonder redelijk doel zou hebben geschaad.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2023:177 Raad van Discipline Amsterdam 23-599/A/A
- Datum publicatie: 03-10-2023
- Datum uitspraak: 25-09-2023
- ECLI:NL:TADRAMS:2023:177
Raadsbeslissing; Verzoek opheffing schorsing op grond van 60b Advocatenwet toegewezen. De financiële problematiek die in het verleden heeft geleid tot schorsing doet zich niet meer voor.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 328
- Pagina: 329
- Pagina: 330
- ...
- Pagina: 343
- Volgende pagina zoekresultaten