Zoekresultaten 12211-12220 van de 42842 resultaten

  • ECLI:NL:TGZREIN:2019:53 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1960

    Klagers verwijten de huisarts dat zij tijdens een getuigenverhoor bij de politie, in strijd met de waarheid heeft verklaard over haar betrokkenheid bij de behandeling van de (schoon)moeder van klagers. Daarnaast zou zij ook onzorgvuldig zijn geweest in andere opzichten, zoals haar communicatie, informatievertrekking en haar medisch handelen. Eén klachtonderdeel wordt gegrond verklaard: Het college is van oordeel dat verweerster, door te zeggen wat zij heeft gezegd tijdens het getuigenverhoor, te ver is gegaan. Zij ventileert haar mening over een ander waarmee zij die ander in diskrediet brengt. Gegeven de omstandigheden rond haar verhoor was het gerechtvaardigd om informatie te verstrekken aan de politie, maar daarbij had verweerster wel dienen te waken dat de persoonlijke levenssfeer van de ander niet wordt geschaad. Zij had zich ervan bewust moeten zijn dat zij door te verklaren zoals zij deed, een waardeoordeel gaf over klager. Daarmee heeft verweerster zich begeven buiten het terrein van haar deskundigheid. Klacht gedeeltelijk gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:171 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-730 18-947

    Klacht over de kwaliteit van de dienstverlening met gekoppeld een dekenbezwaar. Verweerder heeft een dossier van klager onvoldoende voortvarend opgepakt en de spoedige omzetting van de toevoeging in die kwestie niet in de gaten gehouden. In ander dossiers van klager heeft verweerder onvoldoende zijn verantwoordelijkheid als advocaat genomen en klager onvoldoende ingelicht over zijn kansen. Verweerder heeft in strijd met gedragsregel 37 (oud) de deken belemmerd in zijn toezichthoudende taak. De raad ziet, gelet op de samenhang van de zaken, aanleiding om in de klachtzaak een berisping op te leggen en geen maatregel in het dekenbezwaar.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2019:54 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1910

    Klager verwijt de huisarts dat zij onvoldoende zorg aan de patiënt (de vader klager) heeft verleend toen zijn toestand snel slechter werd. Het college overweegt dat verweerster een en ander uitvoerig genoteerd in het dossier van de patiënt en overleg heeft gevoerd met andere hulpverleners en een palliatief team. Het college heeft geen aanknopingspunten kunnen vinden waaruit zou kunnen worden opgemaakt dat aan patiënt onvoldoende zorg is verleend door verweerster. Het college is van oordeel dat verweerster zorgvuldig en proactief heeft gehandeld jegens patiënt en overige betrokkenen. Zij heeft daarbij gehandeld in het licht van de behandelwensen van de wilsbekwame patiënt. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:172 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-764

    De raad oordeelt het verzet ongegrond. Dat de deken in het voorstadium de klachten van klaagster in 4 klachtzaken heeft gesplitst behoort tot de eigen beleidsvrijheid van de deken. De raad heeft die 4 zaken op verzoek gevoegd ter zitting behandeld, maar oordeelt daarover in aparte beslissingen vanwege de onderling verschillende verwijten. Geen sprake van civiel bewijsaanbod in tuchtzaken, terwijl klaagster bovendien voldoende gelegenheid heeft gehad om stukken in de procedure te brengen.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:166 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-579

    Klagers verwijten verweerder als advocaat van hun wederpartij hun privacy te hebben geschonden. Hij heeft een brief aan klagers achtergelaten achter de ruitenwisser van hun auto met alle risico’s van dien. Omdat het een brief met een aanzegging met rechtsgevolg was mocht verweerder de brief wel rechtstreeks aan klagers zenden in plaats van aan hun advocaat. Maar door deze wijze van bezorging heeft verweerder onnodig het risico gecreëerd dat de belangen van klagers (privacy) werden geschaad. De raad heeft des verzocht de proceskosten gematigd. Verweerder is geen advocaat meer en heeft onderbouwd weinig draagkracht te hebben.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:241 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-764

    Klaagster, administrateur van een arbitrage stichting, verwijt verweerder dat hij zijn geheimhoudingsplicht jegens haar heeft geschonden. Verweerder  wordt naar oordeel van de voorzitter beklaagd als derde, want partij in geschil met ex-vennoot van het advocatenkantoor die rechtsmaatregelen heeft laten treffen door ander advocatenkantoor onder meer door derdenbeslag onder klaagster. Dat klaagster cliënte van (het kantoor van) verweerder is geweest, is de voorzitter niet gebleken. Voor klacht schending van geheimhouding jegens derden  betreft, is klaagster kennelijk niet-ontvankelijk bij gebreke van een eigen belang daarbij. Noemen van naam van klaagster en toelichting in (derden)beslagrekest noodzakelijk en niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Niet valt in te zien waarom verweerder de rechtsmaatregelen niet mocht treffen. Civiel geschil. Klachten voor overige kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:173 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-765 17-766

    De raad oordeelt het verzet ongegrond. Dat de deken in het voorstadium de klachten van klaagster in 4 klachtzaken heeft gesplitst behoort tot de eigen beleidsvrijheid van de deken. De raad heeft die 4 zaken op verzoek gevoegd ter zitting behandeld, maar oordeelt daarover in aparte beslissingen vanwege de onderling verschillende verwijten. Geen sprake van civiel bewijsaanbod in tuchtzaken, terwijl klaagster bovendien voldoende gelegenheid heeft gehad om stukken in de procedure te brengen. Naam van klaagster in processtuk als derde-beslagene noodzakelijk en niet in strijd met privacy. 

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:167 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-695

    Klager, die naast cliënt van verweerster ook door middel van een proefplaatsing via het UWV bij verweerster op kantoor werkzaam was, verwijt verweerster dat zij na het beëindigen van de proefplaatsing klager pas heeft laten weten dat het namens hem ingediende verzoek ex art 89 Sv geen enkele kans van slagen had, dat verweerster zich te laat heeft onttrokken en zijn dossier te laat aan hem heeft toegestuurd. Verweerster heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door klager niet vooraf schriftelijk te wijze op de geringe kans van slagen van zijn verzoek ex art 89 Sv. Verweerster heeft ook tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door zich pas op vrijdagmiddag om 16:44 uur per e-mail te onttrekken terwijl zij eerder diezelfde dag nog had aangegeven klager de daaropvolgende maandag wel ter zitting bij te zullen staan. Verweerster heeft ook de dossiers van klager te laat aan hem toegezonden. Klacht deels gegrond. Voorwaardelijke schorsing voor de duur van twee maanden.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:210 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/158

    Verweerster heeft een deelonderzoek verricht bij klager in het E (E) en heeft een rapportage uitgebracht. Klager verwijt verweerster dat zij onzorgvuldig en ondeskundig heeft gehandeld door: 1) het onderzoek door te laten gaan ondanks dat klager had vermeld dat hij de nacht ervoor bijna niet had geslapen en 2) een zeer tegenstrijdige en dubbelzinnige 15-woorden test af te nemen. Verweerster heeft verweer gevoerd. Het college heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNORARL:2019:50 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/355265 KL RK 19-85

    Benoeming stille bewindvoerder die de notaris advies en begeleiding geeft bij de bedrijfsvoering.