Zoekresultaten 42211-42220 van de 42309 resultaten

  • ECLI:NL:TNOKROE:2005:YC0053 Kamer van toezicht Roermond KL 3/2005

      De klachttermijn van artikel 99 lid 12 Wna is een vervaltermijn. Tenzij de wet anders bepaalt, kan een vervaltermijn niet worden gestuit.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2006:YC0051 Kamer van toezicht Roermond KL 2/2005

      De notaris heeft de klagers onvoldoende geïnformeerd en aldus niet de zorg betracht die hij ten opzichte van de klagers behoorde te betrachten. De notaris heeft de klagers onvoldoende gelegenheid gegeven om zowel van de concept-akte als van de concept-afrekening kennis te nemen.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2007:YC0049 Kamer van toezicht Roermond KL 14/2006

      De klacht betreft onzorgvuldig handelen, onjuiste en onvoldoende informatie verstrekken en niet op klachten reageren door de notaris.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2006:YC0043 Kamer van toezicht Roermond KL 7/2006

      De notaris had niet voorbij mogen gaan aan een bewering van een erfgenaam, maar deze tijdig moeten verifiëren. Voor het overige is niet gebleken dat de notaris jegens de klager onzorgvuldig of onbetamelijk heeft gehandeld.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2005:YC0050 Kamer van toezicht Roermond KL 1/2005

      Als de notaris de klaagster de informatie heeft gegeven die hij haar kon en mocht geven en de klaagster blijft doorgaan met het stellen van vragen, dan is het niet ongeoorloofd dat de notaris de klaagster wijst op het feit dat hij haar de tijd die hij besteedt aan de herhaalde beantwoording van die vragen, in de toekomst in rekening brengt. Een concept-testament speelt geen rol bij de vererving van een nalatenschap; vererving vindt immers slechts plaats bij versterf of - als hiervan is afgeweken - bij een testament. De standpunten van partijen zijn over de bejegening zijn verschillend. In zo´n geval zijn er onvoldoende aanwijzingen dat de notaris de klaagster onheus heeft bejegend.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2006:YC0044 Kamer van toezicht Roermond KL 8/2006

      De notaris heeft niet op een voortvarende wijze de zorgen bij de klager over de inwerkingtreding van een boetebeding als de overdracht niet tijdig aan de gemeente was gemeld, weggenomen dan wel - in geval van twijfel wellicht ten overvloede - de overdracht overeenkomstig de met de klager gemaakte afspraak bij de gemeente gemeld. De notaris heeft de aan hem betaalde overdrachtsbelasting niet tijdig aan de belastingdienst afgedragen. De notaris heeft niet gereageerd op de aangetekende brieven van de klager.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2006:YC0039 Kamer van toezicht Roermond KL 2/2006

      Een poging van de notaris om in een geschil tussen erfgenamen te bemiddelen is niet klachtwaardig. Het opvragen van bank- en giroafschriften hoort niet tot de taak van een notaris, die een boedel moet beschrijven. Als erin een nalatenschap niets meer te vereffenen valt, hoeft de notaris niet te wijzen op de mogelijkheid van een vereffenaar. Het is niet de taak van de boedelnotaris om zelf informatie over de nalatenschap aan te dragen; in eerste instantie is dit een taak van de erven.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2007:YC0045 Kamer van toezicht Roermond KL 9/2006

      De notaris heeft op de door de klager gestelde vragen genoegzaam antwoord gegeven. Indien dat antwoord voor de klager niet duidelijk was had hij de notaris om een toelichting moeten vragen, hetgeen de klager achterwege heeft gelaten.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2006:YC0046 Kamer van toezicht Roermond KL 10/2006

      De notaris heeft bij de berekening van de successierechten de methodiek toegepast als vermeld in de in de beslissing aangehaalde ministeriële resolutie. Of de notaris bij die verdeling onjuist heeft gehandeld, kan de kamer niet beoordelen. De klaagsters hebben eindverdeling niet overgelegd en ook niet concreet aangegeven waarin dat onjuiste handelen van de notaris heeft bestaan. Indien de kamer veronderstellenderwijs aanneemt dat de notaris bij die verdeling de hiervoor genoemde methodiek heeft toegepast dan heeft hij niet onjuist gehandeld.

  • ECLI:NL:TNOKROE:2006:YC0040 Kamer van toezicht Roermond Kl 3/2006

      De notaris is voorbijgegaan aan de bepalingen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, die voorschrijven hoe er moet worden gehandeld bij een zogenaamd cumulatief derdenbeslag, waarbij niet bij voorbaat vaststond dat alle beslagleggers uit de door de notaris te betalen geldsommen konden worden voldaan.