Zoekresultaten 16531-16540 van de 42312 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2018:8 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2017/134

      Klacht tegen radiotherapeut. Klaagster heeft borstkanker met huidmetastasen. Zij vermoedt dat deze huidmetastasen het gevolg zijn van de radiotherapiebehandeling door verweerster. Ook haar lichamelijke en psychische klachten wijt zij aan de radiotherapie. Klaagster verwijt verweerster dat zij ten onrechte tegen klaagster zou hebben gezegd dat de borstkanker zou kunnen worden afgeremd door de radiotherapie, terwijl het ziektebeeld juist is verergerd. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2018:26 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/383

    Klacht tegen psychiater van ex-patient die verliefd was op medewerker van kliniek. Klager verwijt verweerder onder meer dat verweerder ten onrechte tegen hem heeft gezegd dat hij aan een waan leed en geen goede nazorg heeft gegeven. Verweerder voert kort gezegd aan dat hij heeft opgetreden als verantwoordelijke voor zijn medewerkers en niet als (ex)behandelaar.   Ongegrond

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2018:21 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-179

      Klager is ontvankelijk in zijn klacht tegen de longarts, nadat hij een eerder ingetrokken klacht opnieuw heeft ingediend. Geen misbruik van recht. De klacht dat de longarts zonder deugdelijke grond zich negatief uitlaat over The vest, zich ten onrechte positief uitlaat over Orkambi en de CBO-consensus negeert, valt wel onder de tweede tuchtnorm, maar klager kan niet worden aangemerkt als rechtstreeks belanghebbende zoals bedoeld in artikel 65 lid 1 sub a Wet BIG. In een e-mail van de longarts aan klager, met in de CC twee andere partijen, is door verweerder geen medische, privacygevoelige kennis over klager verstrekt. Evenmin is het een behandeladvies in de zin van een op klagers persoon toegespitste aanbeveling van zijn arts. Het beroepsgeheim is hierdoor niet geschonden. Het versturen van de e-mail met in de CC twee andere partijen en het daardoor verraden van klager, valt niet onder de eerste of tweede tuchtnorm. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2018:22 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-245

      Ongegronde klacht tegen een huisarts. De anemie van patiënt was reeds bekend bij de huisarts. Patiënt kwam niet op de afspraak om de bloedwaarden te bespreken en vroeg de bloedwaarden per e-mail op, derhalve valt geen verdergaand contact van de huisarts niet te verwijten. De doorverwijzing voor patiënt naar de verslavingszorg is niet probleemloos tot stand gekomen, maar daarin valt de huisarts geen tuchtrechtelijk verwijt te maken. De omstandigheden waaronder de huisarts moest handelen waren om diverse reden uiterst gecompliceerd. Klacht afgewezen.  

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:20 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-841/DB/LI

    Klager was op moment van verzoek al geen bestuurder meer van de Stichting Derdengelden en gedrag van verweerder is, gezien de dusdanige verslechterde verhouding tussen klager en verweerder niet van dien aard dat hem een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:16 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-689/DB/ZWB

          Verweerder is advocaat van de wederpartij van klager. Klager heeft geen belang bij klacht over onduidelijke informatie over lidmaatschap van specialisatievereniging op website van verweerders kantoor. Verweerder heeft geen onnodige procedures aanhangig gemaakt en heeft klagers belangen niet nodeloos geschaad. Niet gebleken dat door toedoen van verweerder geen regeling is tot stand gekomen. Feitelijke grondslag overige klachtonderdelen ontbreekt. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:26 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170254

    Klager is niet-ontvankelijk in zijn beroep (appelverbod van artikel 46h lid 7 Advocatenwet).

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:20 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170175

    Klacht tegen de advocaat van de wederpartij, inhoudende dat hij (de advocaten van) klaagsters niet vooraf in kennis heeft gesteld van het voornemen tot het nemen van executiemaatregelen en klaagster geen redelijke termijn voor beraad heeft gegund, hetgeen in strijd is met gedragsregel 19. Het hof acht de klacht, anders dan de raad, ongegrond. In beginsel dient gedragsregel 19 te worden nageleefd, doch in uitzonderlijke gevallen is afwijking mogelijk en handelt de advocaat niet tuchtrechtelijk verwijtbaar indien hij zonder kennisgeving en zonder het geven van een redelijke termijn overgaat tot het nemen van executiemaatregelen. In deze specifieke zaak waarin grote belangen spelen, waarin op voorhand duidelijk is dat klaagsters niet zouden betalen en waarin onduidelijk is in hoeverre gelegde beslagen nog kleven, kon in redelijkheid niet van verweerder worden verwacht dat hij na ontvangst van het erkenningsvonnis klaagsters een kennisgeving deed en een termijn voor beraad gaf alvorens executiemaatregelen te treffen. De beslissing van de raad wordt (ten aanzien van deze klacht) vernietigd.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:17 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-997/DB/OB

    Deken had goede gronden om zich met een verzoek ex artikel 60c Advocatenwet tot de voorzitter van de raad van discipline te wenden. Deken heeft overeenkomstig zijn toezichthoudende toch gehandeld. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:27 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170142

    Het hoger beroep van verweerder tegen de beslissing van de raad, dat de klacht gegrond is en aan verweerder de maatregel van berisping wordt opgelegd, wordt verworpen omdat het beroep zonder gronden is ingesteld.