Zoekresultaten 12641-12650 van de 42842 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:162 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-163/DH/RO

    Klacht tegen de eigen advocaat gedeeltelijk niet ontvankelijk en gedeeltelijk ongegrond. Verweerder heeft de echtgenoot van klaagster bijgestaan in een procedure waarin in twee instanties is geprocedeerd. Klager is op de hoogte van de procedure en de processtukken. Gelet daarop strekte de verplichting van verweerder om zijn advies in dezelfde kwestie aan klager schriftelijk vast te leggen en te motiveren minder zwaar.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:175 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-957/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:169 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-991/DH/RO

    Klacht deels gegrond. Verweerder heeft zich onnodig grievend jegens klager uitgelaten. Gelet daarop en mede in aanmerking nemend het tuchtrechtelijk verleden van verweerder acht de raad een maatregel van waarschuwing passend en geboden. 

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:221 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.300

    Klacht tegen revalidatiearts in opleiding en de superviserende revalidatiearts. Klaagster klaagt over de behandeling van haar inmiddels overleden echtgenoot. De klacht bestaat uit meerdere klachtonderdelen. De hoofdklachten zijn A) het verlenen van onvoldoende medische zorg aan patiënt en B) onheuse bejegening en onvoldoende en onzorgvuldige communicatie. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in alle klachtonderdelen ongegrond verklaard en de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klaagster deels niet-ontvankelijk in de klacht en verwerpt het beroep voor het overige.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:182 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-324/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klager sub 3 is in klachtonderdeel a en klager sub 1 in klachtonderdeel b kennelijk niet-ontvankelijk. De klacht is voor het overige kennelijk ongegrond. 

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:163 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-005/DH/RO

    Verweerder heeft de op hem rustende plicht om duidelijke afspraken te maken over het door zijn cliënt verschuldigde honorarium verzaakt, en hij heeft gedeclareerd in strijd met hetgeen zijn cliënt mocht begrijpen op grond van de afspraak. De gevolgen hiervan zijn voor klager verstrekkend geweest. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:176 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-937/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:170 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-779/DH/RO

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:222 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.326

    Klacht tegen een arts. Klaagster was opgenomen in het Justitieel Centrum voor Somatische Zorg van een penitentiaire inrichting (hierna: het Centrum). Er was bij klaagster sprake van obesitas, aangezichtspijn, clusterhoofdpijn en afhankelijkheid van opiaten. De arts is als afdelingsarts aan het Centrum verbonden. Klaagster was begonnen met de afbouw van het gebruik van opiaten. Op enig moment heeft klaagster (waarschijnlijk) teveel opiaten toegediend gekregen. Klaagster verwijt de arts onder meer dat zij na de overdosis niet meteen weer verder had moeten gaan met de afbouw van de opiaten en dat zij hierdoor veel pijn heeft geleden. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht van klaagster ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:183 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-519/DH/RO

    Dekenverzoek ex artikel 60b Advocatenwet. Verzoek tot schorsing van verweerster en benoeming van een waarnemer toegewezen. Mede als gevolg van alcoholproblematiek is verweerster op dit moment niet in staat haar praktijk behoorlijk uit te oefenen. De kosten van de waarneming komen ten laste van verweerster.