Zoekresultaten 12481-12490 van de 42842 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:129 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-694

    De raad is van oordeel dat verweerder weliswaar tweemaal aan de late kant op berichten van klager heeft gereageerd, maar heeft dat waar nodig rechtgezet. Verweerder heeft klager op basis van de hem op dat moment bekende relevante stukken op voldoende wijze kennelijk voorlopig geadviseerd. Niet valt in te zien dat het verweerder tuchtrechtelijk kan worden verweten dat hij tijdens het haalbaarheidsonderzoek heeft ontdekt dat hij nog bepaalde andere stukken nodig had om dat onderzoek verder af te kunnen ronden. Daaruit kan eerder een zorgvuldige werkwijze van verweerder worden afgeleid. Dat klager het niet eens was met de voorlopige bevindingen van verweerder, is onvoldoende om daarvan een verwijt aan verweerder te maken. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:147 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-215/DB/LI

      Verzet ongegrond  

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:180 Raad van Discipline Amsterdam 19-510/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht van een getuige tegen advocaat van procespartij in alle onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:181 Raad van Discipline Amsterdam 19-091/A/A/D 19-410/A/A

    Gegronde klacht + dekenbezwaar. Verweerder heeft in strijd gehandeld met artikel 46 Advocatenwet en de kernwaarden integriteit en professionaliteit door contante betalingen voor zijn werkzaamheden te verlangen zonder dat daarvoor een (afdoende) rechtvaardiging bestond en zonder daarvoor een kwitantie af te geven, door de met klaagster gemaakte afspraken over de te verrichten werkzaamheden niet na te komen, door geen urenverantwoording aan klaagster af te leggen en door, nadat klaagster de overeenkomst van opdracht had beëindigd, niet of nauwelijks meer te reageren op haar berichten en het door haar betaalde bedrag niet aan haar terug te betalen. Verweerder heeft voorts niet gereageerd op herhaalde verzoeken van de deken om inlichtingen te verschaffen en is tot twee keer toe niet verschenen op de zitting van de raad om uitleg te geven. Door het handelen en/of nalaten van verweerder zijn de belangen van klaagster ernstig geschaad en wordt een adequaat en efficiënt klachtonderzoek onmogelijk gemaakt. De raad rekent verweerder een en ander zwaar aan. De raad ziet in de gegeven omstandigheden aanleiding verweerder voor de gegrond verklaarde klacht een voorwaardelijke boete op te leggen van € 7.500. Verweerder is deze boete verschuldigd indien hij niet uiterlijk vier weken na het onherroepelijk worden van deze beslissing aan klaagster een bedrag van € 5.000 (zijnde het door klaagster aan verweerder betaalde bedrag) heeft voldaan. Daarnaast ziet de raad aanleiding verweerder een onvoorwaardelijke maatregel op te leggen. Gelet op de ernst van de aan verweerder gemaakte verwijten en zijn lange antecedentenlijst, is de raad van oordeel dat niet met minder kan worden volstaan dan een schrapping van het tableau.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:182 Raad van Discipline Amsterdam 19-407/A/A

    Klacht over de eigen advocaat in alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:183 Raad van Discipline Amsterdam 19-166/A/A

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:182 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/249

    Klacht tegen een neuroloog. In het kader van een beoordeling van de aanspraak op een arbeidsongeschiktheidsverzekering is klacht - op initief van verweerder - onderzocht door een neuropsychologisch onderzoeksburea. Volgens klager heeft verweerder, neuroloog, ten onrechte de conclusie van de neuropsycholoog naast zich neergelegd en zijn eigen bevindingen aan de verzekeraar doorgegeven en het onderzoeksbureau zijn visie op (het gebrek aan) kwaliteit van het verrichte onderzoek gegeven. Verweerder voert verweer. Deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:184 Raad van Discipline Amsterdam 19-310/A/NH

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:178 Raad van Discipline Amsterdam 19-508/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht van advocaat over verweerder in hoedanigheid van deken kennelijk ongegrond. Verweerder betwist dat hij van mening is veranderd over hetgeen hij klager in zijn dekenbezwaar verwijt. De voorzitter kan dit dan ook niet vaststellen. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:179 Raad van Discipline Amsterdam 19-509/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht kennelijk ongegrond. Niet gebleken van schending van Gedragsregel 9. Verweerder is voorts niet opgetreden als advocaat van klager, maar uitsluitend van twee van klager te onderscheiden rechtspersonen. Klager kan zich niet beklagen over een gebrek aan onafhankelijkheid van verweerder ten opzichte van een van zijn cliënten. Dat verweerders onafhankelijkheid ten opzichte van klager als wederpartij in het gedrang is gekomen, heeft klager onvoldoende concreet onderbouwd. Voorts geen schending van Gedragsregel 5 en ook geen sprake van onnodig grievende uitlatingen.