Zoekresultaten 12811-12820 van de 13019 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0188 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/150

      Bij de echtgenoot van klaagster is een openhartoperatie verricht. De operatie is zonder complicaties verlopen . De patiënt is echter overleden. De cardiopulmonaal chirurg heeft als vertegenwoordiger van het ziekenhuis in de civiele procedure een aantal notities opgesteld. De arts wordt verweten dat deze notities tegenstrijdigheden en onjuistheden bevatten en dat de arts heeft bijgedragen aan het stellen van een onjuiste diagnose met als gevolg de fatale afloop. Het RTG heeft klaagster deels niet-ontvankelijk en de klacht deels ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege heeft bij tussenbeslissing de zaak tot een nader te bepalen datum aangehouden teneinde de advocaat van de arts in de gelegenheid te stellen relevante stukken te overleggen en een bij de zaak betrokken longarts als getuige te horen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0195 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/046

      Internist komt in beroep van het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege dat de klacht dat hij (1) ten onrechte is blijven vasthouden aan een onjuiste diagnose en (2)de patiënt en familie onheus heeft bejegend grotendeels gegrond is en van de opgelegde maatregel van waarschuwing. Het Centraal Tuchtcollege rekent de arts tuchtrechtelijk aan dat hij te lang is blijven vasthouden aan de aanvankelijk door hem gestelde diagnose diverticulose en dat hij de mogelijkheid van vaatlijden niet in de differentiaal diagnose heeft opgenomen en geen gericht specialistisch onderzoek heeft ingezet. Het Centraal Tuchtcollege acht het eerste onderdeel zij het op enigszins andere gronden dan het Regionaal Tuchtcollege gegrond maar acht de klacht over de bejegening ongegrond. De opgelegde maatregel van waarschuwing wordt gehandhaafd.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0189 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/149

      Bij de echtgenoot van klaagster is een openhartoperatie verricht, De operatie is zonder complicaties verlopen. De patiënt is echter overleden. De arts assistent wordt verweten dat zij niet heeft onderkend dat er sprake was van een nabloeding, te kort is geschoten in de verslaglegging en in een civiele procedure onwaarheden heeft vermeld. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klachten als kennelijk ongegrond verworpen. Het Centraal Tuchtcollege heeft bij tussenbeslissing de zaak tot een nader te bepalen datum aangehouden teneinde de advocaat van de arts in de gelegenheid te stellen relevante stukken te overleggen en een bij de zaak betrokken longarts als getuige te horen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0196 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/002

    Internist wordt verweten onvoldoende zorg te hebben besteed aan scherpere instelling van de bloedsuikerwaarden.  In beroep wordt geoordeeld dat de internist door onvoldoende in te grijpen in de daling van de bloedsuikerwaarden te kort is geschoten in de zorg jegens klaagster. Maatregel van waarschuwing

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0190 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/120

    Klager verwijt de uroloog dat hij hem op onjuiste wijze heeft geopereerd waardoor klager onnodig lang pijn heeft ervaren. Het Regionaal Tuchtcollege heeft overwogen dat de operatie lege artis is uitgevoerd en heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klager verworpen.  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0197 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/001

    Gynaecoloog wordt verweten onvoldoende zorg te hebben besteed aan scherpere instelling van bloedsuikerwaarden. In beroep wordt geoordeeld dat na verwijzing van patiënte naar de internist voor behandeling van hoge bloedsuikerwaarden de verantwoordelijkheid voor die behandeling in de eerste plaats bij de internist ligt. Gynaecoloog heeft mogen volstaan met het signaleren dat de bloedsuikerwaarden hoog bleven en de internist daarop te attenderen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0191 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/082

      Klacht tegen arts-assistent interne geneeskunde. Klacht gaat over (1) medisch handelen, (2) informatieverschaffing en (3) beslissing patiënte te ontslaan. In beroep bestrijden klagers het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege dat het tweede klachtonderdeel ongegrond is en leggen door het Regionaal Tuchtcollege onbesliste klachtonderdelen ter beoordeling aan het Centraal Tuchtcollege voor. De arts-assistent komt incidenteel in beroep tegen oordeel dat klachtonderdelen (1) en (3) gegrond zijn en tegen de opgelegde maatregel van waarschuwing. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de klacht in alle onderdelen ongegrond is en dat de arts-assistent ten aanzien van haar handelen jegens patiënte geen tuchtrechtelijk verwijt treft. De opgelegde maatregel vervalt.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0198 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2008/248

      Klager verwijt de gynaecoloog dat hij in verband met een door hem gewenste geslachtsverandering van vrouw naar man onzorgvuldig heeft geopereerd waardoor naderhand een interne bloeding is opgetreden. Hierdoor was, tegen de uitdrukkelijke afspraak in, een vervolgoperatie via de buikwand noodzakelijk. Het Regionaal Tuchtcollege legt de arts een waarschuwing op omdat hij tekortgeschoten is in zijn informatieverplichtingen. De arts komt hiertegen in hoger beroep. Het Centraal Tuchtcollege verklaart het beroep van de arts gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0186 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 083/2009

    Klacht tegen huisarts. Klaagster heeft klachten van pijn op de borst. Zij bezoekt daarvoor haar huisarts en meerdere artsen van de huisartsenpost. Gedacht wordt aan spierpijn. Zij krijgt vervolgens een hartinfarct. Zij verwijt de huisarts dat hij een verkeerde diagnose heeft gesteld en haar haar niet eerder heeft doorgestuurd naar de cardioloog. Het college is van oordeel dat, nu sprake was van atypiche klachten en klaagster bekend was met forse spanningsklachten, verweerder niet bedacht hoefde te zijn op cardiale problematiek. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0187 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 239/2008

    Klacht tegen arts van huisartsenpost. Verweerder legt 's nachts visite af in verband met klachten van pijn op de borst. Klaagster verwijt verweerder dat hij te weinig actief en onprofessioneel is opgetreden. Het college oordeelt dat verweerder gelet op de klachten had moeten denken aan cardiale problematiek en meteen AED moeten meenemen. Verweerder heeft onvoldoende lichamelijk onderzoek gedaan. Verweerder heeft ten onrechte AED niet gebruikt. Klacht gedeeltelijk gegrond. Waarschuwing.