Zoekresultaten 12741-12750 van de 13019 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0273 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/044

      De klacht betreft een verzekeringsarts die als geneeskundig adviseur werkzaam is in de particuliere verzekeringssector de mate van arbeidsongeschiktheid van klaagster heeft beoordeeld. Klaagster verwijt de verzekeringsarts - kort samengevat –  1. dat hij heeft getracht onafhankelijke deskundigen te beïnvloeden, 2. dat hij klaagsters privacy en zijn beroepsgeheim heeft geschonden, 3. dat hij arbeidskundige conclusies en beschouwingen presenteert hetgeen uitsluitend is voorbehouden aan arbeidsdeskundigen en 4. de schending van het inzage- en correctierecht. Het RTG te Zwolle acht de klachten 1, 2 en 4 (deels) gegrond, legt een waarschuwing op en gelast de publicatie. De arts komt in hoger beroep en klaagster stelt incidenteel beroep in. In het principaal appel wordt de bestreden beslissing bevestigd en in het incidenteel appel wordt klaagster niet-ontvankelijk verklaard met betrekking tot een nieuwe klacht alsmede de beslissing waarvan beroep bevestigd met publicatie.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0280 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/180

      Klaagsters zoon is met een TBS-maatregel opgenomen in een kliniek waar de psychiater de directeur behandeling was. Bij patiënt is een hersentumor vastgesteld die inmiddels operatief is verwijderd. Volgens klaagster is zij door de hulpverlening ten onrechte aangewezen als zondebok voor de gedragsproblemen van haar zoon. Klaagster verwijt de arts dat de diagnose te laat is gesteld en deze diagnose niet aan klaagster is medegedeeld. Het RTG heeft klaagster deels niet-ontvankelijk verklaard (patiënt is meerderjarig en heeft niet met en de klacht ingestemd) en de klacht deels ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege heeft deze beslissing met een aanvulling bevestigd. 

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0286 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009O199

    Kenmerk 2009 O 199   De Inspectie verwijt de gynaecoloog dat de onder zijn verantwoordelijkheid verleende zorg niet voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Gebleken is dat vele patiënten door het handelen van de arts onnodig in gevaar zijn gebracht en ernstige schade hebben opgelopen. De tekortkomingen zijn door de Inspectie uitvoerig in de stukken toegelicht. Daarbij heeft de Inspectie onder andere meldingen overgelegd van 53 patiënten. De gynaecoloog heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college is van oordeel dat de verwijten jegens de gynaecoloog grotendeels gegrond zijn. De aard en de omvang van het tekortschieten van de gynaecoloog zijn ernstig en daarmee zorgelijk voor de toekomst. Het college legt aan de gynaecoloog op de maatregel van doorhaling van de inschrijving in het register ex artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en schorst de inschrijving van de arts in het BIG-register met onmiddellijke ingang. Tevens bepaalt het college dat deze beslissing op voet van artikel 71 van de Wet beroepen in de individuele gezondheidszorg zal worden bekendgemaakt in de Nederlandse Staatscourant, en zal worden aangeboden aan het Tijdschrift voor Gezondheidsrecht en Medisch contact met het verzoek tot plaatsing.         

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0274 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/051

      Klaagster is in 2001 door de verzekeringsgeneeskundige werkzaam voor het UWV op grond van psychische klachten volledig arbeidsongeschikt bevonden. In 2003 ontving het UWV een fraudemelding. Klaagster verwijt de verzekeringsarts dat zij door het verstrekken van informatie over klaagster haar beroepsgeheim heeft geschonden. Het Regionaal Tuchtcollege te Zwolle is van oordeel dat de verzekeringsarts zich weinig professioneel heeft gedragen, legt de maatregel van waarschuwing op en gelast de publicatie. De verzekeringsarts komt in hoger beroep. Het Centraal Tuchtcollege verklaart het beroep van de arts gegrond, vernietigt de bestreden beslissing, wijst de klacht af en gelast de publicatie.   

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0264 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09194d

      Klaagster verwijt verweerder dat in zijn apotheek onvoldoende afspraken met de assistenten bestonden over de afhandeling van recepten met risicovolle geneesmiddelen, signalen uit de computer ten aanzien hiervan en over de begeleiding van vervolguitgiften hiervan. Tussen verweerder en zijn tweede apotheker bestonden geen afspraken over de afhandeling van risicovolle geneesmiddelen. Ook bestond er geen afspraak over de taakverdeling. Verweerder heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college verwijt verweerder dat hij heeft nagelaten tijdig adequate organisatorische maatregelen in zijn apotheek te treffen om calamiteiten met risicovolle geneesmiddelen, zoals het onderhavige Alkeran, zo veel mogelijk te voorkomen. Gegrond. Verweerder moet als gevestigd apotheker de eindverantwoordelijkheid in de apotheek nemen en diende daarover afspraken met de tweede apotheker te treffen. Gegrond. De werking van het AIS-systeem heeft geen rol gespeeld bij het onderhavige incident. Ongegrond. Waarschuwing.  

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0265 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09194b

      Klaagster verwijt verweerder dat hij bij de uitgifte van vier herhaalrecepten niet heeft opgemerkt dat het recepten cytostatica betrof waarvoor een onderbreking in de kuur noodzakelijk was. Verweerder heeft nagelaten contact op te nemen met de voorschrijver, de gevestigd apotheker of de patiënt. Er waren onvoldoende afspraken met de assistenten over afhandeling van recepten met risicovolle geneesmiddelen, signalen uit de computer ten aanzien hiervan en over de begeleiding van vervolguitgiften hiervan. Tussen verweerder en de gevestigd apotheker bestonden geen afspraken over de afhandeling van risicovolle geneesmiddelen en over de taakverdeling. Verweerder heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college acht de eerste klacht gegrond. Alkeran wordt niet regelmatig en veelvuldig in een apotheek uitgegeven. Verweerder had moeten zien dat er geen stopweken in acht werden genomen. Verweerder had tijdig bij de gevestigd apotheker aan moeten dringen op het nemen van adequate organisatorische maatregelen in de apotheek om calamiteiten met risicovolle geneesmiddelen, zoals het onderhavige Alkeran, zo veel mogelijk te voorkomen en op het maken van afspraken over de afhandeling van risicovolle geneesmiddelen. Gegrond. De werking van het AIS-systeem heeft geen rol gespeeld bij het onderhavige incident. Ongegrond. Waarschuwing.  

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0266 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09194A

      Klaagster verwijt verweerster dat er in de poliklinische apotheek onvoldoende afspraken waren met de assistenten over de afhandeling van recepten met risicovolle geneesmiddelen, signalen uit de computer ten aanzien hiervan en het eerste uitgiftebeleid hiervan. Ook in de eigen apotheek van verweerster bestonden deze afspraken niet. Verweerster heeft geen actie genomen toen zij door de assistente gebeld werd over signalen uit het AIS. Verweerster heeft geen actie ondernomen bij de eindedagcontrole. Verweerster heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college is van oordeel dat verweerster als waarnemer niet zodanig verantwoordelijk is voor de organisatorische gang van zaken in de apotheek, dat het klachtwaardig zou zijn dat in de apotheek geen afspraken en protocollen bestonden over de uitgifte van risicovolle geneesmiddelen en een beleid bij eerste uitgifte daarvan. Verweerster heeft op juiste wijze gereageerd op de contra-indicaties die het AIS-systeem aangaf. Het is niet onbegrijpelijk dat verweerster bij de eindedagcontrole geen reden zag op te treden. Geheel ongegrond.  

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0292 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09194c

      Klaagster verwijt verweerder dat in zijn apotheek onvoldoende afspraken met de assistenten bestonden over de afhandeling van recepten met risicovolle geneesmiddelen, signalen uit de computer ten aanzien hiervan en het eerste uitgiftebeleid. De assistenten hebben geen contact opgenomen met de voorschrijver van het onderhavige onvolledige en onduidelijke recept. Verweerder neemt geen actie tegen het bericht van het bestuur van het ziekenhuis dat alle risicovolle receptuur bij voorkeur via de poliklinische apotheek van verweerder moet lopen. Verweerder heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college verwijt verweerder dat hij heeft nagelaten tijdig adequate organisatorische maatregelen in zijn apotheek te treffen om calamiteiten met risicovolle geneesmiddelen, zoals het onderhavige Alkeran, zo veel mogelijk te voorkomen. Gegrond. De signalen die uit het computersysteem AIS zijn op juist wijze afgehandeld. Ongegrond. Niet is gebleken dat verweerder op enige wijze gevolg heeft gegeven of heeft willen geven aan het door de Raad van Bestuur voorgestelde beleid met betrekking tot de verstrekking van risicovolle geneesmiddelen. Ongegrond. Waarschuwing

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0267 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09194c

    Klaagster verwijt verweerder dat in zijn apotheek onvoldoende afspraken met de assistenten bestonden over de afhandeling van recepten met risicovolle geneesmiddelen, signalen uit de computer ten aanzien hiervan en het eerste uitgiftebeleid. De assistenten hebben geen contact opgenomen met de voorschrijver van het onderhavige onvolledige en onduidelijke recept. Verweerder neemt geen actie tegen het bericht van het bestuur van het ziekenhuis dat alle risicovolle receptuur bij voorkeur via de poliklinische apotheek van verweerder moet lopen. Verweerder heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college verwijt verweerder dat hij heeft nagelaten tijdig adequate organisatorische maatregelen in zijn apotheek te treffen om calamiteiten met risicovolle geneesmiddelen, zoals het onderhavige Alkeran, zo veel mogelijk te voorkomen. Gegrond. De signalen die uit het computersysteem AIS zijn op juist wijze afgehandeld. Ongegrond. Niet is gebleken dat verweerder op enige wijze gevolg heeft gegeven of heeft willen geven aan het door de Raad van Bestuur voorgestelde beleid met betrekking tot de verstrekking van risicovolle geneesmiddelen. Ongegrond. Waarschuwing  

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0263 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/279T

      Klager verweet de tandarts dat hij hem onvoldoende had geïnformeerd over de voorgestelde behandeling aan element 46 en over eventuele alternatieven daarvan. De klacht had voorts betrekking op de wijze waarop de tandarts een wortelkanaalbehan-deling aan dit element heeft verricht. De tandarts heeft de klacht betwist. Het college heeft de tandarts de maatregel van een waarschuwing opgelegd. Het college overwoog dat de toestand waarin de 46 verkeerde de tandarts kracht van argumenten had moeten geven nader onderzoek te doen. De tandarts is uitgegaan van de veronderstelling dat klager geen intra-orale röntgenfoto’s wenste terwijl dit instrumenteel was voor het verkrijgen van zijn diagnose en behandelplan. Het tweede onderdeel van de klacht achtte het college ongegrond.