Zoekresultaten 11041-11050 van de 42364 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:2 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.498

    Klacht tegen een fysiotherapeut. Klager verwijt de fysiotherapeut dat hij een enorm risico heeft genomen door de nekregio te mobiliseren (door partijen aangeduid als de Nelson-techniek) (klachtonderdeel 1), ondanks de omstandigheid dat klager in het verleden whiplashklachten heeft gehad. Klager heeft door deze behandeling zeer hevige pijn gehad. Klager verwijt de fysiotherapeut voorts dat hij de behandeling heeft uitgevoerd zonder deze vooraf te bespreken, uit te leggen en zonder acceptatie (2). Ten slotte verwijt klager de fysiotherapeut dat in het patiëntdossier essentiële informatie niet is opgenomen(3). Het Regionaal Tuchtcollege wijst klachtonderdeel 1 af, verklaart de klachtonderdelen 2 en 3 gegrond en legt aan de fysiotherapeut de maatregel van waarschuwing op. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de uitgevoerde behandeling voldoende aan klager is uitgelegd. Nu de behandeling geen (aanzienlijke) risico’s met zich brengt, was de fysiotherapeut niet gehouden daarover informatie te geven. De dossiervoering oordeelt het Centraal Tuchtcollege adequaat en zorgvuldig. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het principaal beroep van klager, verklaart het incidenteel beroep van de fysiotherapeut gegrond en wijst de gegrond verklaarde klachtonderdelen alsnog af.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:181 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/668211 DW/RK 19/316

    Klacht van de KBvG tegen gedefungeerde gerechtsdeurwaarder vanwege te weinig opleidingspunten. Klacht is gegrond, maar er wordt geen maatregel opgelegd ivm bijzondere omstandigheden, gelegen in het feit dat beklaagde wel een training heeft gevolgd, maar deze niet tijdig heeft aangemeld en dat hij niet van plan is ooit weer te gaan werken als gerechtsdeurwaarder. Hij heeft dus geen tijd en geld uitgespaard en ook de beroepsuitoefening komt niet in gevaar.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:3 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.075

    Klacht tegen fysiotherapeut. Klager is met de fysiotherapeut in contact gekomen vanwege klachten ten gevolge van de ziekte van Ménière. De klacht ziet niet op de kwaliteit van de behandelingen; klager heeft hier baat bij gehad. Klager is na verloop van tijd echter in toenemende mate ontevreden geworden over het contact met de fysiotherapeut, meer in het bijzonder over de afspraken rondom het behandelplan, de bejegening, de dossiervoering en schending van de privacy van klager. Het Regionaal Tuchtcollege verklaard de klacht deels gegrond en legt aan de fysiotherapeut een voorwaardelijke schorsing voor de duur van drie maanden met een proeftijd van twee jaar op met als bijzondere voorwaarde dat de fysiotherapeut gedurende de proeftijd supervisiegesprekken dient te voeren. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het incidenteel beroep van de fysiotherapeut. In het principaal beroep van de inspectie wijzigt het Centraal Tuchtcollege de aan de fysiotherapeut opgelegde bijzondere voorwaarden, zodat deze voor de inspectie praktisch beter uitvoerbaar zijn. 

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:182 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/670109 DW/RK 19/401

    Beslissing op verzet. In verzet kunnen geen nieuwe klachten worden ingediend. Voorzitter heeft juiste maatstaf gehanteerd. Klager heeft reeds meerdere malen over hetzelfde feitencomplex geklaagd.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:4 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.002

      Klacht tegen kno-arts. Klaagster is bekend met de ziekte van Menière. Omdat de medicatie die klaagster gebruikte onvoldoende hielp, heeft de kno-arts gentamycine in het linkeroor gespoten. Na de ingreep is totale doofheid aan het linkeroor opgetreden en heeft klaagster veel last van duizeligheidsklachten. Klaagster verwijt de kno-arts - onder meer - dat zij (1) onvoldoende informatie vooraf over de risico’s van de ingreep heeft verstrekt, (2) de behandeling onjuist heeft uitgevoerd, (3) de behandeling heeft uitgevoerd op een druk spreekuur en (4) een onvolledige weergave van de behandeling in het patiëntendossier heeft opgenomen. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klachtonderdeel (4) gegrond, legt op de maatregel van waarschuwing en wijst de klacht voor het overige af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het daartegen door klaagster ingestelde beroep.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:183 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/670107 DW/RK 19/400

    Beslissing op verzet. In verzet kunnen geen nieuwe klachten worden toegevoegd. Voorzitter heeft juiste maatstaf gehanteerd. Klager heeft reeds meerdere keren geklaagd over hetzelfde feitencomplex.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2020:5 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/237

    Klaagster verwijt verweerder, fysiotherapeut, bij de behandeling haar schouder en arm te hebben beschadigd door te hard aan te trekken. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2019:22 Kamer voor het notariaat Amsterdam 665859/NT 19-24

    De kamer overweegt dat de door klager geuite beschuldigingen aan het adres van de notaris niet zijn aangetoond. Klager heeft immers desgevraagd ter zitting niet kunnen aangeven welke leugens en beschuldigingen door de notaris als waarheid zijn geventileerd. Uit het betoog van de notaris tijdens de mondelinge behandeling van 4 januari 2019 had klager moeten begrijpen dat de notaris als gemachtigde van de beide broers en de zuster van klager optrad. Het stond de notaris vrij om als zodanig in die procedure op te treden. Dat de notaris daarbij enige kleuring in zijn betoog heeft aangebracht is naar het oordeel van de kamer niet klachtwaardig. Aan de gevraagde kostenveroordeling komt de kamer daarom niet toe. De klacht is dan ook ongegrond.  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:5 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.118

    Klacht tegen neuroloog. Klaagster is vanaf jonge leeftijd bekend met epilepsie. Zij is van 2004 tot en met 2013 bij verweerder, neuroloog, in behandeling geweest. Verweerder heeft in februari 2014 klaagster naar een andere instelling verwezen. Klaagster verwijt verweerder dat hij in de verwijsbrief uitdrukkelijk heeft gevraagd om de mogelijkheden voor een operatie te bekijken en niet om andere behandelingsmethoden (zonder operatie) te beoordelen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door klaagster ingestelde beroep tegen die beslissing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:184 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/670789 DW/RK 19/435

    beslissing op verzet. In verzet kunnen geen nieuwe klachten worden ingediend. Voorzitter heeft de juiste maatstaf gehanteerd. Klager heeft reeds meerdere keren geklaagd over hetzelfde feitencomplex.