Zoekresultaten 13631-13640 van de 44770 resultaten
-
ECLI:NL:TADRSHE:2019:192 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-783/DB/LI
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 12-12-2019
- ECLI:NL:TADRSHE:2019:192
Niet gebleken dat advocaat persoonsgegevens van een derde aan zijn cliënte heeft verstrekt. Betrokkenheid van die derde bleek uit haar samenwoning met de wederpartij van de cliënt van de advocaat. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2019:311 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.127
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 17-12-2019
- ECLI:NL:TGZCTG:2019:311
Klacht tegen psychiater. Verweerder heeft op verzoek van een psycholoog een rapportage opgemaakt over klager. Klager verwijt verweerder onvoldoende onderzoek en een onjuiste interpretatie van de houding van klager. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2019:234 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-661/DH/DH/W
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 11-11-2019
- ECLI:NL:TADRSGR:2019:234
Wrakingsverzoek. De raad verklaart verzoeker sub 1 niet-ontvankelijk in het wrakingsverzoek en wijst het door verzoekers sub 2 en sub 3 ingediende verzoek tot wraking af.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2019:305 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.120
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 17-12-2019
- ECLI:NL:TGZCTG:2019:305
Klacht tegen een arts arbeid en gezondheid - bedrijfsgeneeskunde. Klager verwijt de arts dat hij een functiegeschiktheidsadvies heeft afgegeven met een onjuiste inhoud, heeft nagelaten eigen feitenonderzoek te plegen en dat hij klager onvoldoende gelegenheid tot hoor en wederhoor heeft gegeven. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht van klager af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.
-
ECLI:NL:TADRARL:2019:272 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-223
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 25-11-2019
- ECLI:NL:TADRARL:2019:272
De klacht gaat over het optreden van verweerder als advocaat van de wederpartij van klager. De raad heeft niet kunnen vaststellen dat het treffen van een minnelijke regeling door verweerder onmogelijk is gemaakt doordat hij niet reageerde op de brief van klagers advocaat. Ook al heeft klager gelijk gekregen in de procedure, dat wil nog niet zeggen dat de door verweerder aangespannen procedure nodeloos was. Ook al afficheert verweerder zich als specialist, dat wil nog niet zeggen dat hij in de desbetreffende zaken altijd het juiste standpunt inneemt. Maar dat is iets anders dan de rechtbank willens en wetens onjuist informeren. Ook het verwijt dat verweerder in de dagvaarding onjuiste beweringen heeft gedaan treft geen doel. Partijen hebben zich daarover kunnen uit laten en de rechtbank heeft daarover geoordeeld. De raad oordeelt dat niet vast staat dat verweerder hierbij de grenzen van de hem toekomende vrijheid heeft overschreden. De klachten zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2019:50 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2018/123
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 28-11-2019
- ECLI:NL:TDIVTC:2019:50
Dierenarts wordt verweten met betrekking tot een hond, die plotseling braakklachten en hemorragische diarree had gekregen, veterinair onjuist en/of nalatig heeft gehandeld. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2019:228 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-240/DH/RO
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 04-11-2019
- ECLI:NL:TADRSGR:2019:228
Verzet ongegrond
-
ECLI:NL:TADRARL:2019:285 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-897
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 13-03-2019
- ECLI:NL:TADRARL:2019:285
De voorzitter oordeelt klagers kennelijk niet-ontvankelijk in hun klachten jegens verweerster nu zij als privé persoon, en niet in hoedanigheid van advocaat, heeft opgetreden als belanghebbende tegen de vergunningaanvraag door klagers. Tuchtrecht niet toepasselijk.
-
ECLI:NL:TGZREIN:2019:85 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 19135
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 18-12-2019
- ECLI:NL:TGZREIN:2019:85
De verpleegkundige heeft seksueel grensoverschrijdend gehandeld door eerst privécontacten met een cliënte te onderhouden en vervolgens een seksuele relatie met haar aan te gaan tijdens de behandelrelatie. Het had voor de verpleegkundige duidelijk moeten zijn dat als hij zorg verleende, ook als invaller en ook in de extramurale zorg, er daarmee sprake was van een behandelrelatie. Ook was verweerder onvoldoende transparant: hij heeft het vriendschappelijke aspect gemeld bij zijn leidinggevende, maar het affectieve deel bleek pas later. Vervolgens heeft verweerder het op zijn beloop gelaten. Toen hij toch werd ingedeeld bij cliënte heeft verweerder geen actie ondernomen naar zijn werkgever. Verweerder was ook niet op de hoogte van de inhoud van de beroepscode. Het bij een andere cliënte twee maal een kus op de wang geven en een plank willen verlagen zijn geen gedragingen die als grensoverschrijdend kunnen worden bestempeld. De beide kussen waren naar aanleiding van een bijzondere gelegenheid, namelijk de verjaardag van cliënte en oud en nieuw. Schorsing van de aan de inschrijving in het register verbonden bevoegdheden voor de duur van één jaar.
-
ECLI:NL:TADRARL:2019:279 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-320
- Datum publicatie: 18-12-2019
- Datum uitspraak: 25-11-2019
- ECLI:NL:TADRARL:2019:279
Dekenbezwaar. In de kwestie Stichting [G] is de raad van oordeel dat verweerder niet tuchtrechtelijk verantwoordelijk kan worden gehouden voor het door het Hof van Discipline vastgestelde tuchtrechtelijk verwijtbare handelen van zijn kantoorgenoot, dat tot diens schrapping van het tableau heeft geleid. Vast staat dat de voormalig deken daarover afspraken met verweerder heeft gemaakt. In de kwestie [P] BV heeft verweerder in strijd gehandeld met de verplichting tot het voeren van een zorgvuldige kantooradministratie in de zin van artikel 6.5 van de Voda alsmede in strijd gehandeld met zijn wettelijke zorgplicht tot voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme via advocatenkantoren in de zin van de Wwft. Diverse dubieuze mutaties van of namens [P] BV op de diverse (en/of) kantoorrekeningen heeft verweerder niet heeft gezien, althans daarop is hij niet aangeslagen. Op grond van de tot 1 januari 2015 toepasselijke bepalingen in de Verordening op de administratie en de financiële integriteit en daarna op grond van de toepasselijke bepalingen 6:19 en 6:21 en het derde lid van 6:22 van de Voda had verweerder die derdengelden ofwel meteen na ontdekking moeten overmaken naar [P] BV, dan wel naar de derdengeldenrekening van kantoor indien die gelden aan een bepaalde zaak waren te relateren. Met zijn nalaten, heeft hij kennelijk zijn eigen (financiële) belang voorop willen stellen. Daarmee heeft verweerder niet alleen het vertrouwen in de advocatuur geschaad, maar ook zijn onafhankelijkheid in gevaar gebracht. Door leningen van derden aan de maatschap toe te staan, dan wel die te gedogen, is tevens sprake is geweest van een ontoelaatbare belangenverstrengeling. Aldus heeft verweerder niet gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt en de artikelen 46 en de kernwaarden, vastgelegd in artikel 10a lid 1 van de Advocatenwet, geschonden. De raad houdt verweerder in deze kwestie tuchtrechtelijk mede verantwoordelijk voor de niet-integere (financiële) praktijkvoering van het kantoor door zijn kantoorgenoot en medevennoot. In zoverre gegrond. Schorsing 6 weken.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1363
- Pagina: 1364
- Pagina: 1365
- ...
- Pagina: 4477
- Volgende pagina zoekresultaten