Zoekresultaten 19721-19730 van de 44885 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:230 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170110

    Klacht tegen eigen advocaten. Anders dan de raad acht het hof de klacht dat verweersters klager niet hebben gewezen op de mogelijkheid die zijn ex-echtgenote had om zonder rechterlijke tussenkomst, via een deurwaarder, beslag te laten leggen, ongegrond. Uit de omstandigheden volgt dat klager zich reeds bij aanvang van de behandeling van de zaak ervan bewust moet zijn geweest dat de ex-echtgenote executiemaatregelen kon treffen en dat beslag kon worden gelegd. Anders dan de raad acht het hof de expliciete waarschuwing van verweersters aan klager niet te laat. Het hof oordeelt dat ook de klacht dat verweersters ten onrechte heben gezegd dat het LBIO terughoudend zou zijn met het nemen van incassomaatregelen gedurende de loop van een rechtszaak, ongegrond is. De uitlating van verweerster bevat geen onjuistheden en is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar, temeer klager erop is gewezen dat de alimentatieverplichting zou blijven bestaan indien de rechter het verzoek tot beëindiging van de alimentatieverplichting zou afwijzen, dat het risico van exectue bij niet-betaling bleef bestaan en dat hem geadviseerd is de gelden te reserveren. De beslissing van de raad wordt vernietigd.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:224 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170180

    Dekenbezwaar. Gegrond. De raad heeft aan verweerder een schorsing van 4 weken en een geldboete van € 10.000 opgelegd vanwege (onder meer) excessief declareren en daarbij overwogen dat aanleiding bestaat verweerder het door hem ten onrechte genoten voordeel te ontnemen. Het hoger beroep van verweerder, de deken en de algemeen deken richt zich tegen de maatregel, in het bijzonder de boete. Het hof oordeelt dat de cliënt in ieder geval ten onrechte een bedrag van € 5.000 heeft betaald. Het hof legt een voorwaardelijke geldboete van € 10.000 op onder de bijzondere voorwaarde dat verweerder € 5.000 betaalt aan de cliënt. Schorsing van 4 weken. Proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:231 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170256

    Verzoek aanwijzing van een advocaat (art. 13 Advocatenwet). Klager heeft zelf een cassatieverzoek bij de Hoge Raad ingediend. De griffier van de Hoge Raad heeft klager een termijn van twee weken gegeven om een door een cassatieadvocaat ondertekend verzoekschrift in te dienen.De griffier heeft klager vervolgens geschreven dat, nu het verzuim niet is hersteld, deze termijn is verstreken. Klager beroept zich op een verschoonbare termijnoverschrijding doordat volgens klager de post naar zijn bewindvoerder is verzonden en deze de post te laat naar hem heeft doorgezonden. Klager stelt dat hij de eerste brief van de griffier pas na 17 dagen heeft ontvangen. Volgens het hof valt niet uit te sluiten dat de bewuste brief van de Hoge Raad klager te laat heeft bereikt zonder dat klager daarvan een verwijt kan worden gemaakt. Het hof ziet daarin aanleiding de deken te verzoeken een advocaat aan te wijzen om advies uit te brengen over de vraag of in dit geval een beroep op verschoonbare termijnoverschrijding een redelijke kans van slagen heeft.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:225 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170191

    Hoger beroep tegen beslissing van de raad waarbij het verzet tegen de beslissing van de voorzitter ongegrond is verklaard. Appelverbod artikel 46h lid 7 Advocatenwet. Geen grond voor doorbreking. Klager is niet-ontvankelijk in zijn beroep.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:244 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-560/DH/DH

    Beslissing op verzet. De preliminaire verweren zijn tevergeefs voorgesteld. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:326 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.093

    Klacht tegen kinderarts. IGZJ i.o. verwijt de kinderarts schending van de tweede tuchtnorm ex artikel 47 lid 1 onder b Wet BIG door als kinderarts kinderpornografisch materiaal te downloaden, in het bezit te hebben en te bekijken. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt de klacht gegrond, ontzegt de arts de bevoegdheid om, in het register ingeschreven staand, het beroep van kinderarts uit te oefenen en bepaalt dat deze ontzegging onmiddellijk van kracht wordt, beveelt zo nodig de doorhaling van verweerders inschrijving als kinderarts in het BIG-register dan wel ontzegt verweerder, voor het geval hij op het moment van het onherroepelijk worden van deze beslissing niet als kinderarts is ingeschreven in het BIG-register, het recht om wederom in dit register als kinderarts te worden ingeschreven en bepaalt dat deze ontzegging onmiddellijk van kracht wordt en gelast de publicatie. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de bestreden beslissing echter uitsluitend wat betreft de opgelegde maatregel, legt de arts de maatregel op van ontzegging van de bevoegdheid om het beroep als arts uit te oefenen ten aanzien van minderjarigen, gelast de onmiddellijke inwerkingtreding, bekrachtigt de beslissing voor het overige en gelast de publicatie.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:226 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170153

    Klacht tegen eigen advocaat over kwaliteit van de behandeling van een familiezaak. Klager beklaagt zich erover dat de advocaat zijn argumenten in een procedure onvoldoende voor het voetlicht heeft gebracht, heeft geweigerd een stuk op te vragen, de belangen van klager onvoldoende voortvarend heeft behartigd, ermee heeft ingestemd dat er door een derde alleen betalingen aan zijn ex-echtgenote werden gedaan en dat de advocaat zich ontijdig aan de zaak heeft onttrokken. Klacht is ook in hoger beroep ongegrond. Bekrachtiging.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:197 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-531/DB/LI

    Een advocaat kan niet worden verplicht een (appel)procedure te voeren indien die advocaat geen mogelijkheden ziet deze met succes te voeren. Uit dossier volgt dat advocaat veelvuldig met klaagster heeft gecommuniceerd. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:220 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170179

    Dekenbezwaar, inhoudende dat verweerder een declaratie heeft gestuurd met ondeugdelijke urenspecificatie, geen opdrachtbevestiging gestuurd en heeft nagelaten zorgvuldig en nauwgezet te declareren, is gegrond. In hoger beroep is ongegrond het bezwaar dat geen redelijke salaris in rekening is gebracht. Voor tuchtrechtelijk ingrijpen is slechts dan plaats als excessief gedeclareerd is. Daarvan is sprake als het in rekening gebrachte bedrag in geen enkele verhouding staat tot de verrichte werkzaamheden. Verweerder heeft volgens de Geschillencommissie weliswaar een te hoog bedrag in rekening gebracht maar gelet op de omvang van dit bedrag (€ 1.000) in verhouding tot het totale bedrag (€ 3.206,50) en de aard van de werkzaamheden en de omstandigeid dat verweerder het teveel betaalde inmiddels heeft gerestitueerd, is naar het oordeel van het hof geen sprake meer van een exces. De maatregel wordt enigzins gematigd tot een voorwaardelijke schorsing voor de duur van twee weken. Proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TAHVD:2017:227 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170083

    Klacht tegen eigen advocaat, dat hij de boot heeft afgehouden, zijn belofte om klager binnen een maand na ontvangst van de stukken te berichten niet is nagekomen en een afspraak met klager kort voor een geplande bespreking heeft afgezegd omdat verweerder geen heil in de zaak van klager zag, is ook in hoger beroep ongegrond. Bekrachtiging.