Zoekresultaten 19631-19640 van de 44846 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2017:35 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2017/115

    Klacht tegen bedrijfsarts. Verweerder wordt verweten dat hij medische informatie over klaagster heeft opgevraagd met een machtiging waarop een vervalste handtekening is gezet. Daarnaast heeft hij klaagster niet geïnformeerd over welke informatie hij bij de specialist heeft opgevraagd, en heeft hij heeft structureel niet dan wel te laat gereageerd op diverse verzoeken en klachten van klaagster. Klacht gedeeltelijk gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:251 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-411/DH/DH

    Ongeldigheid door oma klager afgegeven volmacht niet komen vast te staan. Wel dat zij dementerend was op het moment van dagvaarding en hangende die procedure. Gelet daarop acht de raad het onzorgvuldig om af te gaan op uitsluitend een schriftelijke volmacht zonder de oma zelf te spreken. Klachtonderdeel gegrond. Klacht voor het overige deels niet-ontvankelijk en deels ongegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:168 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-039

    Ongegronde klacht tegen een arts. De lezingen van klaagster en de arts lopen uiteen, zodat niet is komen vast te staan dat er bij het spreekuur bij de arts al aanwijzingen voor een dreigend herseninfarct aanwezig waren. Ter zitting is gebleken dat de basisarts optreedt als huisarts, omdat hij onder supervisie werkt, hij de huisartsenopleiding tussentijds heeft moeten afbreken omdat een huisarts in de praktijk uitviel en hij van plan is de huisartsenopleiding voort te zetten. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:142 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/262

    De klacht betreft de behandeling van klagers destijds twee maanden oude zoon, die tijdens een val van de trap (liggend in de kinderwagen) kort in het ziekenhuis wegens een commotio cerebri opgenomen is geweest. Na 10 maanden werd klagers zoontje wegens een verminderd gebruik van zijn linkerarm na een osteopatische behandeling opnieuw gepresenteerd op de afdeling SEH. Klagers verwijten de chirurg onder andere -kort samengevat- dat tijdens de eerste opname geen ontslag had mogen plaatsvinden zonder klagers zoontje nader te onderzoeken (zoals het maken van rontgenfoto's van de nekwervels) en een vervolgafspraak te maken. Klagers zoontje is overleden. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:270 Raad van Discipline Amsterdam 17-485/A/NN

    Ongegrond verzet.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2017:36 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2017/79

    Klacht tegen huisarts. Verweerder heeft geweigerd het medisch dossier van klager op diens verzoek te vernietigen en heeft een verzoek tot ondercuratelestelling jegens klager ondersteund, zonder met klager hierover gesproken te hebben. Klacht gegrond, berisping.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:246 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-1047/DH/DH

    Schrapping naar aanleiding van dekenbezwaar. Eindbeslissing na tussenbeslissing d.d. 13 februari 2017. De raad is van oordeel dat verweerder met het grote aantal verzoeken om een LAT-vergoeding dat hij in de onderzochte periode heeft ingediend en in welke zaken door hem niet of nauwelijks juridische werkzaamheden zijn verricht, heeft gehandeld in strijd met de op hem rustende verplichting tot financiële integriteit en misbruik heeft gemaakt van overheidsgelden. De aan dit oordeel ten grondslag liggende feiten en omstandigheden acht de raad zodanig ernstig dat zij reeds op zichzelf een schrapping rechtvaardigen.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:169 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-086a

    Ongegronde klacht tegen een arts. De arts heeft na onderzoek – in overleg met haar supervisor – vastgesteld welke oorzaak voor de benauwdheid het meest waarschijnlijk leek en voor het beleid gekozen, nadat andere mogelijke oorzaken zijn overwogen en gemotiveerd zijn verworpen. Niet vast komen te staan dat er op dat moment aanleiding was de situatie anders te beoordelen, de keuze om patiënte niet naar het ziekenhuis te verwijzen is verdedigbaar. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:137 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/262

    De klacht betreft de behandeling van klagers destijds twee maanden oude zoon, die na een val van de trap (in de kinderwagen) kort in het ziekenhuis wegens een commotio cerebri opgenomen is geweest. Na 10 maanden werd klagers zoontje wegens een verminderd gebruik van zijn linkerarm na een osteopatische behandeling opnieuw gepresenteerd op de afdeling SEH. Klagers verwijten de kinderarts/supervisor (tevens opgeleid in de kinderneurologie) onder andere -kort samengevat- dat klagers zoontje ten onrechte niet is opgenomen in het ziekenhuis en/of is door verwezen naar een ander ziekenhuis. Klagers zoontje is overleden. Gegrond, berisping.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:247 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-044/DH/DH

    Klagers verwijten verweerder betrokkenheid bij oplichting. Klagers hebben verweerder opdracht gegeven om werkzaamheden te verrichten en hebben hem daarvoor ook betaald. Omdat een en ander plaatsvond in een periode dat verweerder niet als advocaat op het tableau stond ingeschreven is de klacht in zoverre niet-ontvankelijk. Klagers hebben een fors bedrag betaald aan een vennootschap. De vennootschap heeft geen tegenprestatie geleverd en heeft het bedrag evenmin terugbetaald. De door klagers gestelde betrokkenheid van verweerder bij de vennootschap kan niet worden vastgesteld. De klacht is in zoverre ongegrond.