Zoekresultaten 19621-19630 van de 44846 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:184 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1175

    De raad oordeelt klager - juridisch medewerker, destijds werkzaam op het kantoor van verweerder - ten aanzien van verschillende klachtonderdelen niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van een eigen rechtstreeks belang daarbij, dan wel omdat die klachten het algemeen belang betreffen. Getuigenverhoor over vermeende chantage en bedreiging van klager.. De raad is gebleken dat de uitlatingen van verweerder jegens klager tijdens de kantoorvergadering op 5 september 2016 zijn gedaan in de beslotenheid van kantoor wat in elk geval heeft geresulteerd in emoties aan de zijde van klager, omdat zijn baan in gevaar dreigde te komen. Op grond van de getuigenverklaring, de processtukken en het verhandelde ter zitting en mede gelet op het gemotiveerde verweer van verweerder kan de raad echter niet vaststellen dat klager door verweerder daadwerkelijk is gechanteerd zoals door hem wordt gesteld. Gevoel van bedreiging alleen onvoldoende om bedreiging van klager vast te stellen. Niet uit getuigenverhoor gebleken. Overige klachtonderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:212 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-767/DB/LI

    Verweerster, advocaat van klaagsters wederpartij, kan geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt van het feit dat klaagster vertrouwelijke gesprekken heeft gevoerd met de haptonoom waar zij met haar ex-echtgenoot (=wederpartij) en hun kinderen in therapie was, terwijl die haptonoom verweersters levenspartner is. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:178 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-171

    Klacht tegen eigen advocaat. Klacht ten aanzien van de kwaliteit dienstverlening ongegrond. Wel gegrond is de klacht over het niet of slecht bereikbaar zijn van verweerder, temeer nu klager meermalen en langere tijd zijn onvrede kenbaar heeft gemaakt en verweerder daarin geen verbetering heeft gebracht. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:206 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-614/DB/NN

    Voorzitter heeft juiste maatstaf gehanteerd en kon de klacht zonder zitting afdoen op gerond van artikel 46j Advocatenwet. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:171 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-086c

    Ongegronde klacht tegen een huisarts. De huisarts heeft na onderzoek vastgesteld welke oorzaak voor de benauwdheid het meest waarschijnlijk leek en voor het beleid gekozen, nadat andere mogelijke oorzaken zijn overwogen en gemotiveerd zijn verworpen. Niet vast komen te staan dat er op dat moment aanleiding was de situatie anders te beoordelen, de keuze om patiënte niet naar het ziekenhuis te verwijzen is verdedigbaar. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:249 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-646/DH/DH

    voorzittersbeslissing; klacht over advocaat wederpartij in een arbeidsrechtelijk geschil kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:140 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/258

    De klacht betreft de behandeling van klagers destijds twee maanden oude zoon, die na een val van de trap (liggend in de kinderwagen) kort in het ziekenhuis wegens een commotio cerebri opgenomen is geweest. Na 10 maanden werd klagers zoontje wegens een verminderd gebruik van zijn linkerarm na een osteopatische behandeling opnieuw gepresenteerd op de afdeling SEH. Klagers verwijten de chirurg als hoofdbehandelaar onder andere -kort samengevat- dat tijdens de eerste opname geen ontslag had mogen plaatsvinden zonder klagers zoontje nader te onderzoeken. De klacht heeft voorts betrekking op de verslaglegging. Klagers zoontje is overleden. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:250 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-422/DH/DH

    Handelen van verweerder voldoet niet aan de professionele standaard. Niet gebleken is dat hij klagers heeft geïnformeerd over de slagingskansen en risico’s van een aanhangig te maken procedure. Hij heeft voorts nagelaten met klagers te overleggen over het uit eigener beweging intrekken van een kort geding. Tevens heeft verweerder in strijd gehandeld met zijn plicht tot nauwgezetheid en zorgvuldigheid in financiële aangelegenheden door zijn nota niet direct nadat hem duidelijk was dat deze niet correct was, te corrigeren. Klacht gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:167 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-148

    Deels gegronde klacht tegen een huisarts. De huisarts heeft ten onrechte geen andere oorzaak voor de klachten overwogen (geen differentiaal diagnose gesteld), terwijl hij daarbij de gangbare NHG-standaard heeft genegeerd, klachtonderdeel gegrond. Ten aanzien van het meedelen van de fatale boodschap aan patiënte had een meelevender houding gepast geweest, maar klachtonderdeel ongegrond. Overige klachtonderdelen ongegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:141 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/259

    De klacht betreft de behandeling van klagers destijds twee maanden oude zoon, die na een val van de trap (in de kinderwagen) kort in het ziekenhuis wegens een commotio cerebri opgenomen is geweest. Na 10 maanden werd klagers zoontje wegens een verminderd gebruik van zijn linkerarm na een osteopatische behandeling opnieuw gepresenteerd op de afdeling SEH. Klagers verwijten de radioloog onder andere -kort samengevat- dat de bij klagers zoontje tijdens de eerste opname gemaakte rontgenbeelden van onvoldoende kwaliteit waren om nekletsel uit te sluiten. Klagers zoontje is overleden. Ongegrond.