Zoekresultaten 20931-20940 van de 44805 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:115 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-133/DB/ZWB

    Advocaat heeft zich gedurende de bij beslissing van 11 juli 2016 door het HIof van Discipline bepaalde proeftijd schuldig gemaakt aan een in art. 46 van de Advocatenwet bedoelde gedraging. Tenuitvoerlegging ex artikel 57 a juncto 48 e Advocatenwet van de bij beslissing van het Hof van Discipline van 11 juli 2016 voorwaardelijk aan verweerder opgelegde schorsing voor de duur van twee weken. TUL 2 weken

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:116 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-060/DB/ZWB

    Advocaat is tekort geschoten in de kwaliteit van de dienstverlening (processtukken) die van hem als een redelijk handelend advocaat verwacht had mogen worden en zijn cliënt gedurende een lange periode niet of nauwelijks op de hoogte gehouden van de voortgang van de procedure, noch gereageerd op redelijke verzoeken van klager om informatie en uitstel van een comparitie van partijen, waardoor de cliënt zich genoodzaakt zag zich rechtstreeks tot het gerechtshof te wenden. Geen afschrift toegezonden van definitief processtuk., waardoor cliënt niet wist of en welke processtuk bij het gerechtshof was ingediend. Advocaat heeft ondanks herhaald verzoek van het gerechtshof het procesdossier in eerste aanleg niet ingediend. Enkel door de welwillende houding van het gerechtshof is een niet-ontvankelijkheid van het appel voorkomen. Zwaarte van de maatregel mede ten gevolge van tuchtrechtelijk verleden. Klacht (ged) gegrond; schorsing 26 weken, waarvan 13 voorwaardelijk, proeftijd 2 jaar; termijn ex art 8a, lid 3, verkort tot 2 jr.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:117 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-132/DB/ZWB/D

    Advocaat bewaarde dossiers in een door hem verhuurde woning in een voor de bewoners van dat pand en hun bezoekers toegankelijke ruimte in open staande althans niet met sleutels afgesloten kasten. De dossiers waren voor een ieder die de betreffende ruimte binnen trad zichtbaar en voor kennisneming van de inhoud direct voorhanden. De advocaat heeft aldus zijn geheimhoudingsplicht geschonden. Dekenbezwaar dat advocaat niet verbleef op het adres waar hij stond ingeschreven ongegrond gelet op de niet zonder meer onaannemelijke verklaring van verweerder ten aanzien van zijn verblijf anders dan in de woning waar hij stond ingeschreven. Zwaarte van de maatregel mede ten gevolge van tuchtrechtelijk verleden. Dekenbezwaar (ged.) gegrond, schorsing 13 weken; termijn ex art 8a, lid 3, verkort tot 2 jr.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:165 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.276

    Klacht tegen GZ-psycholoog. Klaagster, die onder curatele is gesteld, is op eigen verzoek verwezen naar een instelling waaraan de GZ-psycholoog is verbonden. Klaagster wilde onderzocht worden om een eerder gestelde diagnose van geestesziekte te ontkrachten. Klaagster is door de GZ-psycholoog onderzocht en is het niet eens met zijn bevindingen. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:101 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-285

    Deels gegronde klacht tegen een verpleegkundige. De verpleegkundige heeft bij een intercollegiale toetsing, een aantal diagnoses - tot het stellen waarvan hij niet bevoegd is – zeer stellig geformuleerd en daarmee onzorgvuldig gehandeld. Hij kende klaagster niet en heeft noch haar noch haar medische dossier gezien en is afgegaan summiere informatie. Het sturen van een (geanonimiseerd) bericht over een patiënt in het kader van intercollegiale toetsing naar een collega beroepsbeoefenaar niet verwijtbaar. De verpleegkundige diende er met het verzenden van de e-mail rekening mee te houden dat de aan klaagster geboden zorg in het zorgteam onder druk zou komen te staan. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:69 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/038AP

    Klaagster dient klacht in namens haar moeder. Klaagster verwijt de apotheker onzorgvuldig handelen. De moeder van klaagster heeft van de apotheek verkeerde medicijnen gekregen. Op 30 januari 2016 is de moeder van klaagster overleden. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:96 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-292

    Gegronde klacht van de IGZ tegen een anesthesioloog. De anesthesioloog heeft ten onrechte nagelaten een check en dubbelcheck uit te voeren waardoor bij patiënt een verkeerd geneesmiddel is ingespoten. De anesthesioloog heeft, nadat hij zijn fout had ontdenkt, adequaat gehandeld om de schade voor de patiënt zoveel mogelijk te beperken. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2017:59 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 16193

    Bedrijfsarts wordt onder meer verweten dat zij in terugkoppeling van spreekuur tot onjuiste conclusie en advies is gekomen op basis van onzorgvuldige handelwijze en dat zij klager aan zijn lot heeft overgelaten door de begeleiding eenzijdig te beëindigen. In casu niet tuchtrechtelijk verwijtbaar dat bedrijfsarts geen contact heeft opgenomen met klagers psycholoog of huisarts. Eenzijdige beëindiging verzuimbegeleiding in strijd met zorgplicht. Klager is op ontijdig moment aan zijn lot overgelaten. Bedrijfsarts heeft onvoldoende oog gehad voor het risico dat klager door de aanwezigheid van dit conflict alsnog arbeidsongeschikt zou raken met alle gevolgen van dien. Deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:93 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-033/DH/RO

    Eindbeslissing naar aanleiding van dekenbezwaar. De raad heeft in zijn tussenbeslissing van 8 mei 2017 overwogen dat aan verweerder een voorwaardelijke schorsing dient te worden opgelegd met als bijzondere voorwaarde begeleiding door een coach. De raad heeft partijen in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de invulling van de maatregel. Verweerder heeft de raad verzocht om mr. Y als coach te benoemen. De raad stemt daarmee in, nu een vertrouwensband tussen een coach en de gecoachte essentieel is. Aan verweerder wordt een voorwaardelijke schorsing voor de duur van 3 maanden opgelegd. Mr. Y dient verweerder gedurende de proeftijd van 2 jaar te adviseren en te voorzien van aanwijzingen met betrekking tot het gedrag van verweerder, alsmede tezamen met verweerder te onderzoeken op welke wijze veranderingen in het gedrag van verweerder het beste kunnen worden bewerkstelligd. Mr. Y en verweerder dienen ieder half jaar (tussentijds) verslag uit te brengen aan de behandelend voorzitter omtrent de stand van zaken in de uitvoering van de hiervoor genoemde opdrachten.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:97 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-306

    Gegronde klacht van de IGZ tegen een anesthesioloog. De anesthesioloog heeft ten onrechte nagelaten een check en dubbelcheck uit te voeren waardoor bij patiënte een verkeerd geneesmiddel is ingespoten. De anesthesioloog heeft, nadat zij haar fout had ontdenkt, adequaat gehandeld om de schade voor de patiënte zoveel mogelijk te beperken. Berisping.