Zoekresultaten 21091-21100 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2016:169 Raad van Discipline 's-Gravenhage 15-376/DH/RO

    Beslissing op verzet. De raad is van oordeel dat de voorzitter bij de beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klager aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden. Nu het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2016:128 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-327/DB/LI

     Klager heeft al eerder geklaagd over misbruik van recht door faillissement aan te vragen. Hierop is reeds door de tuchtrechter beslist. Klager niet ontvankelijk in herhaalde klacht, ook niet nu de klacht betrekking heeft op het instellen van hoger beroep tegen de afwijzende beslissing van de rechtbank. Klacht kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2016:129 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-645/DB/LI

     Niet-ontvankelijk wegens verstrijken van 3 jaren ex art. 46g lid 1 sub a Advocatenwet.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:272 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.465

      Klacht tegen een psychiater. Klager v erwijt de psychiater – in de kern – dat er tijdens de proefperiode van klager binnen de forensisch psychiatrische kliniek (FPK) onvoldoende behandelaanbod is geweest en dat het verslag van de psychiater van 30 september 2010 niet voldoet aan de eisen die daaraan gesteld mogen worden. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege is met het Regionaal Tuchtcollege van oordeel dat de klacht ongegrond is en verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:279 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.087

      klacht tegen een huisarts. Klager verwijt de huisarts dat hij: a) bij de verwijzing naar een gz-psycholoog geen keus heeft gemaakt door een van de acht diagnoses aan te kruisen; b) vraagtekens heeft gezet bij de verzoeken om verwijzing naar een (andere) gz-psycholoog; c) bij het opvragen van het medisch dossier dit dossier naar de nieuwe huisarts van klager heeft gestuurd in plaats van naar klager zelf. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:273 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.052

      Klacht tegen tandarts. Klager verwijt verweerder dat door zijn toedoen zijn gebit ernstig in verval is geraakt, hij gezonde tanden heeft getrokken zonder enig overleg met klager, klager veelal met alleen een antibioticakuur naar huis heeft gestuurd, onvoldoende diagnostiek heeft uitgevoerd, geen behandelplan heeft gehad en gebrekkig dossier heeft gevoerd en dat verweerder tijdens de behandeling Duits sprak. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht betreffende de diagnostiek, het behandelplan en de dossiervoering gegrond verklaard en aan de tandarts de maatregel van berisping opgelegd. De tandarts is hiertegen in beroep gekomen. De klacht over de dossiervoering acht het Centraal Tuchtcollege evenals het Regionaal Tuchtcollege gegrond. Anders dan het Regionaal Tuchtcollege acht het Centraal Tuchtcollege de klacht over de diagnostiek en het behandelplan ongegrond. De maatregel van berisping komt te vervallen en aan de tandarts wordt een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2016:83 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/154

    Beoordeling ontvankelijkheid in verband met verjaringstermijn.   klager is ontvankelijk verklaart in zijn klacht .

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:280 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.100

      klacht tegen een huisarts. Klager verwijt de huisarts dat hij hem, na een vermeende vergiftiging, niet zelf, of in zijn rol als supervisor, heeft verwezen naar een ziekenhuis voor onderzoek. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:274 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.067

      Klacht tegen tandarts. Verweerder heeft op verzoek van de medisch adviseur van klager in 2007 een expertiserapport opgesteld ten behoeve van een beroepsaansprakelijkheidsprocedure waar klager in was verwikkeld. Klager verwijt verweerder dat hij zich niet objectief heeft opgesteld en in het rapport de feiten onjuist heeft weergegeven dan wel heeft weg gelaten. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:275 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.078

      Klacht tegen tandarts. Klager verwijt verweerder dat door zijn toedoen zijn gebit ernstig in verval is geraakt, hij gezonde tanden heeft getrokken zonder enig overleg met klager, klager veelal met alleen een antibioticakuur naar huis heeft gestuurd, onvoldoende diagnostiek heeft uitgevoerd, geen behandelplan heeft gehad en gebrekkig dossier heeft gevoerd en dat verweerder tijdens de behandeling Duits sprak. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht betreffende de diagnostiek, het behandelplan en de dossiervoering gegrond verklaard en aan de tandarts de maatregel van berisping opgelegd. In deze zaak is klager is in beroep gekomen tegen de ongegrondverklaring van de klacht dat door toedoen van de tandarts zijn gebit ernstig in verval is geraakt, hij gezonde tanden heeft getrokken zonder enig overleg met klager, klager veelal met alleen een antibioticakuur naar huis heeft gestuurd en tijdens de behandeling Duits sprak. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.