Zoekresultaten 3651-3660 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:23 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-944/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de kwaliteit van dienstverlening kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:18 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-646/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TDIVBC:2023:2 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2022/01

    De dierverloskundige heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door de vele door hem onbevoegd uitgevoerde keizersneden zonder dat daartoe een dwingende veterinaire noodzaak bestond, het onbevoegd toedienen en achterlaten van de UDD-gekanaliseerde diergeneesmiddelen en de ontoereikende administratieve verantwoording. van de toepassing en verstrekking van diergeneesmiddelen en tweede keuze antibiotica in het bijzonder.Het Veterinair Beroepscollege kan zich voorts verenigen met hetgeen het Veterinair Tuchtcollege in de uitspraak onder 5.13. heeft overwogen over de op te leggen maatregelen. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:8 Hof van Discipline 's Gravenhage 210365 210366

    Klacht tegen de advocaten van de wederpartij. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad onder aanvulling van gronden en voor zover aan het oordeel van het hof onderwerpen en verklaart de klacht in alle onderdelen in beide zaken ongegrond. Verweerders hebben niet gehandeld in strijd met gedragsregel 20 en ook niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet. Het hof concludeert dat beroepsgrond 3 weliswaar gegrond is, maar dat de klachtonderdelen f. en g., die zich uitsluitend richten tegen verweerder 1 en niet tegen verweerder 2, (eveneens) ongegrond zijn.  

  • ECLI:NL:TDIVBC:2023:3 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2022/02 VB 2022/03

    Hond. Het Veterinair Beroepscollege is van oordeel dat het Veterinair Tuchtcollege terecht heeft geoordeeld dat de dierenartsen niet tekort zijn geschoten in de veterinaire zorg die zij hebben verleend als bedoeld in artikel 4.2 van de Wet dieren. Verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:13 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/4209

    Gedeeltelijke gegronde klacht tegen een plastisch chirurg. De plastisch chirurg heeft klaagster geopereerd aan haar buik. Klaagster verwijt de plastisch chirurg dat hij in plaats van (alleen) de rectus diastase te sluiten een volledige buikwandcorrectie heeft uitgevoerd, waarbij hij de rectus diastase niet (correct) heeft gesloten, voorafgaand aan de operatie onvoldoende informatie heeft gegeven, de buikwandcorrectie onzorgvuldig heeft uitgevoerd en onvoldoende nazorg heeft geleverd door alleen wondvocht weg te halen en geen littekenbehandeling te hebben geadviseerd. Het college is met betrekking tot het tweede klachtonderdeel van oordeel dat het de taak is van een zorgverlener om patiënt op een begrijpelijke wijze te informeren over een voorgestelde behandeling voordat een patiënt toestemming geeft voor het uitvoeren van die behandeling. Het in zijn algemeenheid spreken over een buikwandcorrectie die passend is voor de klachten van patiënte betekent niet per definitie dat er ook sprake is van informed consent. Het is aan de plastisch chirurg om te verifiëren dat klaagster heeft begrepen wat de voorgestelde behandeling (in haar specifieke geval inhoudt en (vervolgens) dat zij hier akkoord mee is. Omdat de plastisch chirurg in het medisch dossier niets heeft genoteerd over een eventuele uitleg aan klaagster over de voorgenomen behandeling en een hiervoor verkregen informed consent kan het college niet vaststellen of de plastisch chirurg wel (voldoende) uitleg over de behandeling heeft gegeven. Het college verklaart het tweede klachtonderdeel (geen sprake van informed consent) gegrond, verklaart de klacht voor het overige ongegrond en legt de plastisch chirurg de maatregel op van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TDIVBC:2023:1 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2021/14 VB 2021/15

    Hond. Het Veterinair Beroepscollege volgt het oordeel van het Veterinair Tuchtcollege dat de dierenartsen niet veterinair onzorgvuldig hebben gehandeld en dat het veterinaire handelen binnen de grenzen van een redelijke beroepsuitoefening is gebleven. Verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TACAKN:2023:4 Accountantskamer Zwolle 22/64 Wtra AK

    Klacht tegen accountant die bestuurder is van een onderneming die buitenlandse ondernemers assisteert bij het opzetten van Nederlandse entiteiten. Klacht ongegrond. Aangezien niet is komen vast te staan dat betrokkene een rol heeft gespeeld bij de oprichting van een B.V. voor klager en hij er daarom vaktechnisch niet voor verantwoordelijk kan worden gehouden, kan betrokkene niet worden verweten dat hij de B.V. niet aan klager heeft geleverd. Klager heeft niet aangetoond dat betrokkene hem heeft afgeperst en dat naast de gefactureerde werkzaamheden die zijn verricht op basis van de voor akkoord ondertekende opdrachtbevestiging nog andere bedragen in rekening zijn gebracht.

  • ECLI:NL:TACAKN:2023:2 Accountantskamer Zwolle 22/286 Wtra AK

    Klacht tegen externe accountant over controle jaarrekening groep in verband met vermeende onjuistheden bij buitenlandse dochteronderneming. Klacht deels gegrond; deels ongegrond. Oplegging maatregel van waarschuwing. Bij gebreke van de administratieve gegevens waarop betrokkene zijn controlewerkzaamheden heeft verricht, kan niet worden vastgesteld of en zo ja in hoeverre betrokkene onvoldoende controlewerkzaamheden heeft verricht. Klaagsters hebben niet concreet gemaakt dat betrokkene bij de door hem verrichte controlewerkzaamheden tekort is geschoten. De controledocumentatie schiet op onderdelen tekort. Het lag op de weg van betrokkene om in zijn controledossier deugdelijk te documenteren waarom de door accountantsorganisatie Indonesië verschafte informatie voldeed om de daaruit getrokken conclusies te kunnen trekken. De weigering van accountantsorganistatie Indonesië om betrokkene nog toegang te verschaffen tot haar controledossier komt voor risico van betrokkene.

  • ECLI:NL:TACAKN:2023:3 Accountantskamer Zwolle 22/790 Wtra AK 22/791 Wtra AK

    Betrokkenen hebben gedurende vele jaren diverse werkzaamheden, waaronder het samenstellen van jaarrekeningen, verricht voor een vennootschap. Klagers zijn de enig aandeelhouders van de vennootschap. De rekening-courantschuld van klagers aan de vennootschap is in de loop van de jaren steeds verder opgelopen. Klagers stellen dat zij ten onrechte niet voor de risico’s hiervan zijn gewaarschuwd door betrokkenen en dat aan hen geen besprekingsverslagen zijn verstrekt. De klacht is ongegrond. Klagers zijn voldoende gewaarschuwd voor het oplopen van de rekening-courantschuld. Voldoende aannemelijk is dat besprekingsverslagen zijn toegezonden aan klagers.