Zoekresultaten 20231-20240 van de 42624 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:379 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.239

      Klacht tegen een tandarts werkzaam bij een academisch (opleidings)centrum voor tandheelkunde. Klaagster wordt sinds 2006 behandeld in genoemd opleidingscentrum. De tandarts is vanaf november 2014 bij de behandeling van klaagster betrokken als docent van een student die klaagster op dat moment behandelde. Op enig moment heeft de tandarts de behandelingsovereenkomst met klaagster beëindigd vanwege diverse conflicten. De klacht houdt in dat de tandarts heeft gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid die zij jegens klaagster behoorde te betrachten doordat zij onprofessioneel en ondeskundig heeft gehandeld. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in eerste aanleg afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing waarvan beroep voor zover de klacht geheel is afgewezen en oordeelt dat de tandarts de behandelingsovereenkomst niet op zorgvuldige wijze heeft beëindigd door geen concrete hulp aan te bieden bij het zoeken naar een alternatieve tandarts dan wel voor klaagster in beeld te blijven voor noodsituaties. Het Centraal Tuchtcollege verklaart de klacht in zoverre gegrond, legt de tandarts de maatregel van waarschuwing op en bekrachtigt de bestreden beslissing voor het overige.

  • ECLI:NL:TGDKG:2016:139 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW verzet 487.2016

      Beslissing op verzet. De kamer is het op drie onderdelen van de klacht niet met de beslissing van de voorzitter eens en vernietigt de beslissing in zoverre. De gerechtsdeurwaarders hebben geld ontvangen op een moment dat het beslag al was opgeheven. Gelet op het standpunt van klager dat de gerechtsdeurwaarders bekend was hadden de gerechtsdeurwaarders het ontvangen bedrag niet zomaar hadden mogen verdelen over de beslagleggers. De gerechtsdeurwaarders hadden of het bedrag moeten terugstorten aan het UWV of zij hadden bij de doorbetaling rekening moeten houden met de uitspraak van de Hoge Raad ten aanzien van beslag op het vakantiegeld. Dat hebben de gerechtsdeurwaarders niet gedaan. Dit onderdeel van de klacht is gegrond. De kamer acht het ook laakbaar om als een klager vraagtekens zet bij de doorbetaling van een na het opheffen van een beslag ontvangen bedrag, te dreigen met hervatting van de executie. De klacht dat door de gerechtsdeurwaarders aan klager niet duidelijk is gemaakt hoe de ontvangen bedragen door hen zijn verdeeld, acht de kamer eveneens gegrond. Maatregel: geldboete van € 500,00. Ten aanzien van het overige dat door klager in verzet is aangevoerd wordt het verzet ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2016:254 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160151

    De raad heeft geoordeeld dat verweerder ten opzichte van klager ernstig tekort is geschoten in zijn zorgplicht, hetgeen onder meer tot gevolg heeft gehad dat klager, die leeft van een bijstandsuitkering, zich nu geconfronteerd ziet met een flinke proceskostenveroordeling. Dit valt volgens de raad verweerder zwaar aan te rekenen, op grond waarvan de raad het opleggen van de maatregel van berisping passend en geboden heeft geacht. Het hof bekrachtigt de uitspraak van de raad.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:373 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.099

      Klacht tegen een verpleegkundige. Klaagster verwijt de verpleegkundige dat zij 1) laakbaar, onzorgvuldig en onrechtmatig heeft gehandeld 2) de goede naam en eer van klaagster heeft aangetast en daardoor schade bij klaagster heeft veroorzaakt 3) schade heeft veroorzaakt omdat er vele geldverslindende onderzoeken hebben moesten plaatsvinden om de valse betichtingen van de verpleegkundige te weerleggen 4) zich schuldig heeft gemaakt aan machtsmisbruik 5) haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden. Klaagster vordert € 1.500,- schadevergoeding. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. H et Centraal Tuchtcollege verklaart klaagster niet-ontvankelijk in het beroep, nu het beroepschrift niet voldoet aan de in de wet gestelde eisen. Ten overvloede wordt toegevoegd dat als het Centraal Tuchtcollege het beroep inhoudelijk had beoordeeld, het beroep zou zijn verworpen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2016:223 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-540/DH/RO

    Het is vaste jurisprudentie dat een advocaat die een zaak van een andere advocaat wenst over te nemen zorgvuldig dient te handelen en (dus) vooraf contact dient op te nemen met de behandelend advocaat. Dat er op de betreffende dag een telefoonstoring bij de piketcentrale was, ontsloeg verweerder niet van deze verplichting. Klacht gegrond. Gezien de specifieke omstandigheden van het geval en met name gelet op het feit dat verweerder diezelfde avond nog contact heeft gezocht met klaagster en geen verdere handelingen heeft verricht, ziet de raad aanleiding af te zien van het opleggen van een maatregel. Aangezien de klacht gegrond is verklaard, moet verweerder het door klaagster betaalde griffierecht aan haar vergoeden.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:374 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.130

      Klacht tegen een kinderarts. Klaagster verwijt de kinderarts dat zij 1) laakbaar en onzorgvuldig heeft gehandeld 2) de goede naam en eer van klaagster heeft aangetast en daardoor schade bij klaagster heeft veroorzaakt 3) schade heeft veroorzaakt omdat er vele geldverslindende onderzoeken hebben moesten plaatsvinden om de valse betichtingen van de kinderarts te weerleggen 4) zich schuldig heeft gemaakt aan machtsmisbruik 5) haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. H et Centraal Tuchtcollege verklaart klaagster niet-ontvankelijk in het beroep, nu het beroepschrift niet voldoet aan de in de wet gestelde eisen. Ten overvloede wordt toegevoegd dat als het Centraal Tuchtcollege het beroep inhoudelijk had beoordeeld, het beroep zou zijn verworpen.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:236 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-277

    Voorzittersbeslissing: de voorzitter oordeelt dat verweerster namens meerderjarige, die onder bewind stond en een mentor had zonder toestemming van zijn moeder, tevens bewindvoerder en mentor, verzoekschrift tot ontslag als bewindvoerder en mentor bij kantonrechter kon indienen. Ruime vrijheid advocaat wederpartij bij optreden in rechte. Klacht deels kennelijk niet-ontvankelijk (geen eigen belang bij klachtonderdeel) deels kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2016:224 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-356/DH/RO

    Beslissing op verzet. Naar het oordeel van de raad heeft de voorzitter de klacht terecht niet-ontvankelijk verklaard op grond van artikel 46g lid 1, aanhef en sub a Advocatenwet. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:375 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.017

      klacht tegen een verzekeringsarts. Klager verwijt de verzekeringsarts dat zij: a)     voor haar medisch advies gebruik heeft gemaakt van verouderde informatie van International SOS; b)     haar antwoorden onvoldoende heeft gemotiveerd en geen nader onderzoek heeft gedaan naar de situatie in het land van herkomst; c)     niet heeft meegewogen dat klager eerder een suïcidepoging heeft ondernomen; d)    heeft nagelaten klager persoonlijk te onderzoeken.   Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht gegrond voor wat betreft de onderdelen b) en c) en legt de verzekeringsarts de maatregel van waarschuwing op. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing en verklaart de klacht in al haar onderdelen ongegrond. De verzekeringsarts kon en mocht volstaan met een weergave van essentiële en zakelijke informatie die zij nodig achtte voor haar advies. 

  • ECLI:NL:TGZCTG:2016:369 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.434

      Klacht tegen verpleegkundige. Verweerster heeft het looppatroon van het dochtertje van klager bij het 14- en 18-maanden consult op het consultatiebureau geobserveerd en geen afwijkingen geconstateerd. Kort na het 18-maanden consult is bij het dochtertje dysplasie van de heup vastgesteld en is zij geopereerd. Klager verwijt verweerster dat zij zijn ongerustheid bij beide consulten niet serieus heeft genomen en heeft nagelaten te adviseren naar een huisarts of een specialist te gaan. Voorts verwijt klager verweerster dat zijn dochter door een fout van verweerster geopereerd moest worden. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart het klachtonderdeel dat verweerster bij het 18-maanden consult had moeten adviseren naar een huisarts of specialist te gaan gegrond en legt aan verweerster de maatregel van waarschuwing op. Klager komt in beroep, welk beroep door het Centraal Tuchtcollege wordt verworpen.