Zoekresultaten 20951-20960 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TACAKN:2016:95 Accountantskamer Zwolle 15/2548 en 15/2549 Wtra AK

      Schending van het fundamentele beginsel van objectiviteit is niet alleen aan de orde indien wordt vastgesteld dat van objectieve oordeelsvorming daadwerkelijk geen sprake is, maar ook indien duidelijk is dat de accountant zich heeft begeven in een situatie waarin zijn objectiviteit te zeer in het gedrang komt. Betrokkenen hebben onvoldoende aan partijen kenbaar gemaakt wat hun rol was en hoe zij omgingen met de bedreiging voor hun objectiviteit als gevolg van de (mogelijk) tegengestelde belangen van klager en zijn zoon in het kader van de bedrijfsoverdracht. Betrokkenen hebben niets in hun dossier vastgelegd, zodat niet kan worden vastgesteld op welke wijze zij partijen hebben geïnformeerd. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2016:190 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-103/DH/RO

    Gegronde klacht over advocaat wederpartij. De klacht houdt in dat klager de volledige vordering van de wederpartij heeft voldaan, inclusief de kosten voor het gelegde beslag, maar dat verweerder desondanks niet wil overgaan tot het opheffen van het gelegde beslag. Verweerder heeft klager bericht dat hij enkel wil overgaan tot opheffing van het beslag indien klager een bedrag van EUR 600,- aan “voorschot” betaalt. De raad overweegt dat verweerder klager niet eerder dan 6 november 2015, nadat klager op 5 november 2015 een klacht jegens hem had ingediend bij de deken, te kennen heeft gegeven dat hij er ook voor kan kiezen om zich rechtstreeks tot de deurwaarder te wenden teneinde het beslag te laten opheffen, alsmede dat hij niet verplicht is om gebruik te maken van de diensten van verweerder. Bovendien zijn de kosten van de werkzaamheden van verweerder in het kader van het opheffen van de beslagen reeds in het vonnis opgenomen als ‘nasalaris’. Het had op de weg van verweerder gelegen om, ter voorkoming van misverstanden, klager reeds op het moment dat hij hem voor het eerst confronteerde met de betalingsverplichting te wijzen op de mogelijkheid om het beslag bijvoorbeeld via de deurwaarder te laten opheffen. Verweerder heeft aanvankelijk echter slechts gewag gemaakt van één mogelijkheid, namelijk van betaling op de derdengeldenrekening van zijn eigen kantoor en aansluitende – niet kosteloze - actie door verweerder, en klager pas ná het indienen van de klacht bericht dat het ook mogelijk was om het beslag rechtstreeks via de deurwaarder te laten opheffen. Door daarnaast de indruk te wekken dat het beslag slechts zou worden opgeheven indien klager een voorschot van EUR 600,- aan verweerder zou betalen, heeft verweerder niet de vereiste zorgvuldigheid in acht genomen die hem in dit verband jegens klager had gepast. Berisping, terugbetaling griffierecht en kostenveroordeling t.g.v. klager en NOvA.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2016:28 Kamer voor het notariaat Amsterdam 601064/NT16-6 O

    Klacht ongegrond.  De notaris mocht ter zake van het verlijden van de akte afgaan op het e-mailbericht van de curator. Hij was niet verplicht  voorafgaand aan de overdracht de – gewezen – hypotheekhouder over die overdracht te informeren. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2016:96 Accountantskamer Zwolle 15/1965 en 15/1966 Wtra AK

      Klacht van de leden van één fractie van de gemeenteraad van de gemeente Westland tegen de controlerend accountant en de manager-accountant op de opdracht. Verhoudingen tussen een minderheidsdeel van de gemeenteraad, de gemeenteraad zelve en het college van B&W en de controlerend accountant. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2015:72 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/63 en 64

      De kamer constateert dat de kandidaat-notaris er niet in is geslaagd om, nadat de woning van de ouders van klagers begin december 2014 was geleverd, voortvarend een verdelingsvoorstel te doen. De kandidaat-notaris erkent dit ook. De vraag of de kandidaat-notaris daardoor tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld, beantwoordt de kamer echter ontkennend. De kamer neemt hierbij in aanmerking dat de niet te vermijden drukte op een notariskantoor in de maand december de vertraging in het redigeren van het voorstel mede zal hebben veroorzaakt, dat de kandidaat-notaris aan klagers heeft meegedeeld dat zij aan haar eerdere toezegging niet kon voldoen en dat de termijnoverschrijding niet als ontoelaatbaar kan worden aangemerkt.

  • ECLI:NL:TNORARL:2015:73 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/19

      Vrijstelling schenkbelasting valt tegen. De (kandidaat-)notaris had zich voor wat betreft de inschatting van de verschuldigde schenkbelasting weliswaar voorzichtiger kunnen opstellen, maar dit vormt op zich zelf beschouwd onvoldoende grond voor een tuchtrechtelijk verwijt. De (kandidaat-)notaris heeft de zaak destijds beoordeeld aan de hand van de destijds beschikbare, gezaghebbende en – naar onweersproken is gesteld – gelijkgestemde bronnen. Feiten of omstandigheden op grond waarvan geoordeeld zou moeten worden dat de (kandidaat-)notaris destijds redelijkerwijs had kunnen voorzien dat de belastingdienst de zaak anders zou beoordelen, zijn niet gesteld en niet gebleken. De (kandidaat-)notaris heeft klager aanvankelijk te summier ingelicht over de tegenvallende schenkbelasting. Deze tekortkoming heeft de notaris nadien adequaat gecompenseerd door een uitgebreidere toelichting en een gesprek.

  • ECLI:NL:TNORARL:2015:69 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/18

      Gelet op hetgeen partijen over en weer hebben aangevoerd, is de kamer - los van de vraag of hier sprake is van een tuchtrechtelijk te toetsen verwijt - van oordeel dat al met al niet is komen vast te staan dat notaris [B] zich niet aan de bij de voorzitter van de kamer gemaakte afspraken houdt en/of enige bij of krachtens de Wna geldende, hier van belang te achten verplichting schendt. De klacht dient daarom ongegrond verklaard te worden.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2016:148 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-840/DB/OB

    Ontruiming heeft plaatsgevonden op basis van een gedeeltelijk vonnis. Het staat een advocaat vrij om in overleg met zijn client over te gaan tot executoriale maatregelen. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2015:71 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/62

      Voor wat betreft de vraag of klagers ‘enig redelijk belang’ als bedoeld in artikel 99 Wna  bij de ingediende klacht hebben, acht de kamer van belang dat de Memorie van Toelichting  als redelijk belang aanmerkt ‘betrokkenheid bij een specifieke zaak’ of ‘handhaving van beroepsnormen of regels’. Gesteld noch gebleken is dat de handelwijze van de notaris als een schending van beroepsnormen of regels voor het notariaat jegens klagers, die geen belangenorganisatie zijn, is te kwalificeren. De ouders van klagers hadden/ hebben de vrijheid hun vermogen te besteden op de wijze die zij wilden/willen. De kamer merkt ten deze op dat klagers bij de behandeling van het verzoek hebben verklaard dat hun moeder nog steeds achter de lening staat en geen klacht tegen de notaris wenst.  Vervolgens resteert de vraag of sprake is van een zodanige betrokkenheid van klagers bij het handelen van de notaris dat klagers als indirect betrokkenen moeten worden beschouwd. Ofschoon de kamer zich realiseert dat de lening nu en in de toekomst zowel bij leven van de ouders als daarna consequenties voor klagers kan hebben - bijvoorbeeld indien de ouders zorgbehoevend worden dan wel met betrekking tot de nalatenschap - acht de kamer die mogelijke consequenties onvoldoende om klagers als indirect belanghebbenden in de klacht te ontvangen.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2016:46 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2015/1

    Dierenarts wordt verweten een elleboogfractuur bij een hond  onjuist te hebben behandeld, door deze niet met een trekschroef, maar met 2 pinnen te fixeren. Ongegrond.