Zoekresultaten 14661-14680 van de 44930 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:94 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180125

    Klacht over eigen advocaat. Verweerder is opgetreden in een cassatieprocedure waarin hij klager en diens ex-partner als gezamenlijke procespartij bijstond. In een andere kwestie heeft verweerder klager geschreven dat de ex-partner van klager hem had meegedeeld dat klager bezig was inbeslaggenomen inboedelzaken te verkopen en dat hij geen reden had om te veronderstellen dat die mededeling van de ex-partner onjuist was. Het hof is van oordeel dat de raad de klacht terecht gegrond heeft verklaard. Verweerder heeft met zijn handelen blijk gegeven van vooringenomenheid. Daar voegt het hof aan toe dat voor iedere advocaat dezelfde betamelijkheidsnorm geldt ongeacht of die op basis van toevoeging of betaling optreedt. Bekrachtiging beslissing raad. Waarschuwing. Proceskostenveroordeling

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:102 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180171

    Klacht tegen advocaat wederpartij over onder meer in het geding brengen van vervalste stukken, misleiding rechterlijke macht, misbruik van procesrecht. Ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:129 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-1005 DB/ZWB

    Niet gebleken dat verweerster feiten heeft gepresenteerd en stellingen heeft ingenomen waarvan zij wist, althans had moeten weten, dat deze onjuist waren. Niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door in de kop van het verzoekschrift een onjuist lidnummer te noemen, nu deze verschrijving niets afdeed aan de inhoud van het stuk en klagers advocaat het verzoek heeft opgevat zoals het was bedoeld. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:88 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190078

    Beklag artikel 13 Advocatenwet. Deken heeft verzoek om aanwijzing advocaat afgewezen omdat voor de bewuste procedures geen bijstand van een advocaat vereist is. Voor zover verzoeker om aanwijzing heeft gevraagd voor een “gezondheidsrechterlijke kwestie”, heeft de deken dit verzoek bij gebrek aan verdere informatie afgewezen. Beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:95 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180127

    Ontvankelijkheid: Nederlandse vertaling van beroepschrift na beroepstermijn maar binnen termijn brief griffie ontvangen. Ontvankelijk. Klacht over eigen advocaat. Dat verweerder agressief en brutaal zou hebben gereageerd in een gesprek is niet komen vast te staan en dus ongegrond. Verweerder heeft zich niet op een ongelegen moment te kennen gegeven dat zijn kantoor niet langer werkzaamheden zou verrichten. Er was nog voldoende tijd voor dossieroverdracht en dit is tijdig gebeurd. Verder is klaagster – itt wat de raad heeft geoordeeld - ontvankelijk in haar klacht over de kantoorvestiging in Düsseldorf omdat zij aannemelijk heeft gemaakt dat zij juist om die reden dit kantoor heeft uitgekozen. Deze klacht is ongegrond, nu verweerder voldoende gemotiveerd en onderbouwd heeft dat dit geen brievenbusfirma maar een daadwerkelijke vestiging van kantoor was. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:103 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180135

    Klacht tegen eigen advocaat. Klagers niet-ontvankelijk voor zover beroep gericht tegen gegrond verklaard klachtonderdeel. Hof bekrachtigt beoordeling raad ten aanzien van excessief declareren, omdat de tuchtrechter dit marginaal toetst. Over de klacht dat verweerder ontoelaatbare druk heeft uitgeoefend bij de totstandkoming van de vaststellingsovereenkomst en dat verweerder ten onrechte niet heeft gewezen op de toepasselijke financiële regelingen heeft de raad ten onrechte niet beslist. Het hof is van oordeel dat niet is vast te stellen dat verweerder ontoelaatbare druk uitoefent, nu partijen hierover een verschillende lezing geven. Dat verweerder niet heeft gewezen op financiële regelingen is niet verwijtbaar omdat ten tijde van het sluiten van de vaststellingsovereenkomst nog geen sprake was van een declaratiegeschil. Klacht ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad. Geen proceskostenveroordeling in hoger beroep.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:89 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180338

    Beklag ex artikel 5 Advocatenwet (weigering verzoek inschrijving op tableau). Het hof is van oordeel dat sprake is van gegronde vrees dat verweerder in de toekomst inbreuk zal maken op wet- en regelgeving of tuchtrechtelijk verwijtbaar zal handelen, omdat hij bij zijn (tweede) verzoek om inschrijving blijk heeft gegeven van handelen waarvoor hij eerder tuchtrechtelijk veroordeeld is: nonchalance, onzorgvuldigheid en slordigheid. De stukken bij zijn verzoek zijn incompleet dan wel incorrect en de financiën lijken niet op orde. Daarbij is op basis van de begroting en het businessplan onvoldoende duidelijk hoe verweerder zijn praktijk denkt op te bouwen en vorm te geven. Ook is het kantoor waar verweerder zijn praktijk denkt onder te brengen niet met concrete toezeggingen gekomen over de zaakinstroom van verweerder noch over de duurzaamheid van de beoogde samenwerking. Beklag ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:130 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-469/DB/OB

    Het staat een advocaat vrij om in het belang van -de ontwikkeling van- de kinderen de transgender identiteit aan de orde te stellen. Geen sprake van discriminatie. Advocaat mag bewijsstukken waaronder niet aan hem gerichte emails in het geding brengen. Klacht over advocaat/client relatie van de wederpartij is kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:96 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180174

    Klacht over eigen advocaat. Verweerder heeft zich voldoende ingespannen door de uitgever tweemaal aan te schrijven en die door te sturen aan klaagsters en klaagsters te adviseren een registeraccountant onderzoek te laten doen. Nu klaagsters dit advies afwezen stond het verweerder vrij een civiele procedure te ontraden. Niet gebleken is dat verweerder tekort is geschoten in zijn zorg jegens zijn cliënten. Klacht ongegrond. Gedeeltelijke vernietiging (t.a.v. gegrondverklaring en maatregel).

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:104 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190007

    Klacht over eigen advocaat. De termijn ex art. 46g Advw is verstreken. Er is meer dan drie jaar verstreken sinds het handelen van verweerder op het moment dat klaagster haar klacht heeft ingediend. Klaagster is niet-ontvankelijk in haar klacht.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:131 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-434 DB/LI

    Klacht deels niet-ontvankelijk ogv art. 46g Advocatenwet wegens verstrijken van de daar genoemde termijn en deels kennelijk ongegrond wegens ontbreken feitelijke grondslag.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:90 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180279

    Klacht over eigen advocaat. Appel alleen ingesteld door klaagster, onvoldoende gebleken dat klager sub 2 ook in appel is gekomen. Klacht deels niet-ontvankelijk omdat de klacht ziet op gedragingen in 2013 en de klacht is ingediend in 2017. Klacht voor het overige ongegrond. De kantonrechter heeft de vordering van verweerders kantoor ter zake van de openstaande declaratie toegewezen. Dat verweerder ten onrechte een incassoprocedure aanhangig heeft gemaakt en in die procedure onwaarheden heeft verkondigd en valsheid in geschrifte heeft gepleegd is niet gebleken. Deels niet-ontvankelijk, deels ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:97 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180134

    Herstelbeslissing. Per abuis was in het dictum tweemaal een reiskosten veroordeling opgenomen en geen griffierecht opgenomen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:105 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180339

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Dat verweerster in de verdelingsprocedure heeft gesteld dat sprake is van een schuur en in de pachtprocedure heeft gesteld dat slechts sprake is van een overkapping betekent niet dat zij bewust de feiten heeft verdraaid nu de kwalificatie pas relevant werd in de pachtprocedure. Evenmin onnodig grievend uitgelaten. Ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:232 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.114

    De klacht heeft betrekking op de overleden broer van klager. Klager maakt bezwaar tegen de weigering het medisch dossier van zijn broer aan hem over te dragen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klager niet ontvankelijk verklaard in zijn klacht. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klager verworpen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:130 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/644437 / DW RK 18/122

    Klacht gegrond. Maatregel: geldboete. Klaagster beklaagt zich er over dat de gerechtsdeurwaarder misbruik van recht heeft gemaakt door beslag te leggen op de beheer –en leefgeldrekening van cliënte van klaagster, omdat de gerechtsdeurwaarder wist dat de rekening uitsluitend uit een bron werd gevoed waarvoor een beslagvrije voet van toepassing was.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:148 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-074

    Deels gegronde klacht tegen een psychiater. Met betrekking tot het tweede fraudeonderzoek heeft beklaagde met enkel de e-mail niet adequaat gereageerd op de verzoeken van klaagster ter zake. In zoverre heeft beklaagde geen medewerking verleend aan dit tweede onderzoek. Overige klachten ongegrond. Klacht deels gegrond zonder oplegging van een maatregel, voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:227 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.454

    Klacht tegen arts. Klager klaagt namens zijn overleden broer die, nadat de palliatieve chemo therapie werd gestaakt toen er progressie bleek van de eerder gediagnosticeerde alvleesklierkanker, met verweerder naar Italië is afgereisd in verband met een alternatieve behandelmethode. Klager verwijt verweerder met patiënt een behandelrelatie te zijn aangegaan, hem valse hoop op genezing te hebben gegeven en patiënt – kort gezegd – in een situatie te hebben gebracht waarin adequate medische zorg ontbrak waardoor het lijden van patiënt in de laatste fase van zijn leven onnodig is toegenomen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht gedeeltelijk gegrond verklaard en verweerder ter zake van het gegrond verklaarde deel het recht ontzegd om weer in het BIG-register te worden ingeschreven, en aan verweerder, voor het geval deze zich vóór het onherroepelijk worden van de beslissing weer in het BIG-register heeft laten inschrijven, de maatregel van doorhaling in het register opgelegd, en publicatie van de beslissing gelast. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt over één klachtonderdeel anders en verklaart dat deel ongegrond maar verwerpt het beroep van verweerder voor het overige. Het Centraal Tuchtcollege acht de door het Regionaal Tuchtcollege opgelegde maatregel passend en geboden.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:131 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/667181 / DW RK 19/273

    Beslissing op verzet. Klaagster zijn van mening dat de gerechtsdeurwaarders opzettelijk en welbewust beslag hebben gelegd op de inboedel van klager sub 2 en de laptop van haar werkgever, terwijl de vordering waarvoor het beslag is gelegd, een schuld betreft van de bij klager sub 2 inwonende klager sub 1. Voorts zou er sprake zijn van disproportioneel boedelbeslag. De kamer is het eens met de beslissing van de voorzitter en verklaart het verzet derhalve ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:149 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-084

    Gegronde klacht tegen een psychiater. Het declareren van niet verleende zorg leidt ertoe dat ten onrechte gelden aan de gezondheidszorg worden onttrokken en is in zoverre in strijd met het algemeen belang, gelegen in een goede uitoefening van de individuele gezondheidszorg. In strijd met de voor zorgverleners geldende verplichtingen, neergelegd in artikel 7:754 BW, heeft beklaagde jarenlang nagelaten zorgvuldig de patiëntendossiers bij te houden. Verder heeft beklaagde niet meegewerkt aan verschillende fraudeonderzoeken. Doorhaling inschrijving BIG-register en schorsing inschrijving bij wijze van voorlopige voorziening.