Zoekresultaten 12301-12310 van de 45231 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:149 Raad van Discipline 's-Gravenhage 20-130/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:107 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 262/2019

    Klacht naar aanleiding van een door beklaagde uitgevoerd enkel artrodese. De ingreep is uitgevoerd in een operatiefaciliteit die onvoldoende waarborgen bood voor verlening van voor de ingreep verantwoorde zorg. Ook slagen de klachten met betrekking tot het informeren van klaagster, de positie van de ingedraaide schroeven, het handelen nadat duidelijk was dat de diastase in de artrodese zodanig was dat het niet waarschijnlijk was dat deze zonder nader ingrijpen door botvorming zou worden gedicht en de wijze van beoordeling van beeldvormend materiaal. De klacht over de opstelling van beklaagde in het kader van de afhandeling van civielrechtelijke aansprakelijkheid slaagt niet. Volgt berisping.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2020:17 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2020/13

    Klacht tegen chirurg met (onder andere) oncologische expertise. Klacht heeft betrekking op de behandeling van de inmiddels overleden echtgenoot (patiënt) van klaagster. Bij patiënt werd in 2014 een melanoom vastgesteld, met metastasen in de halsklieren. Beklaagde was de behandelend (oncologisch) chirurg. Nadat al het aangetaste weefsel radicaal verwijderd leek te zijn, heeft beklaagde patiënt meegedeeld dat er geen chemotherapie of bestraling nodig was. Enige tijd later werden er opnieuw metastasen aangetroffen. Patiënt is toen toch verwezen voor bestraling en enkele maanden later komen te overlijden. Klaagster verwijt beklaagde dat hij zonder klaagster en patiënt in te lichten, is afgeweken van de richtlijn die bestraling voorschrijft als er meer dan twee aangetaste lymfeklieren worden aangetroffen (eerste verwijt). Het tweede verwijt is dat er geen verslag van een multidisciplinair overleg aanwezig is waaruit blijkt waarom er is afgeweken van de richtlijnen. En het derde verwijt luidt dat beklaagde zonder overleg met een melanoomcentrum overgegaan is tot een operatieve ingreep bij een patiënt met een stadium IIIB melanoom. Het college is van oordeel dat het eerste verwijt gegrond is en de tweede en derde ongegrond zijn. Het college verbindt hier als maatregel een waarschuwing aan.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:162 Raad van Discipline 's-Gravenhage 20-348/DH/RO

    Raadbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Verweerder heeft klager niet of niet goed geïnformeerd over het doel en de strekking van het door verweerder ingediende verzoekschrift. Verweerder heeft ook nagelaten het een en ander schriftelijk vast te leggen. Verder heeft verweerder een aan klager toekomend bedrag pas na ruim drie jaar aan klager overgemaakt. Van verduistering, fraude of misbruik van de derdengeldenrekening – zoals klager stelt – is echter geen sprake. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:143 Raad van Discipline 's-Gravenhage 20-513/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond. Verweerster heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door over te gaan tot het leggen van conservatoir beslag. Van slechte bereikbaarheid van verweerster is niet gebleken.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:156 Raad van Discipline 's-Gravenhage 20-327/DH/RO

    Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Verweerster is gedurende langere tijd ernstig tekort geschoten in haar communicatie met klaagster. Ook verweersters communicatie naar de deken is onvoldoende geweest. Dit sterkt de raad in zijn overtuiging dat sprake is van een structureel probleem. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:108 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 274/2019

    Klacht naar aanleiding van een door beklaagde uitgevoerde heupoperatie. Klacht dat beklaagde tijdens de operatie bewust heeft geaccepteerd dat het gebruikte implantaat te hoog zat, laterale doorlichting na het inbrengen van de collumschroef achterwege heeft gelaten en het advies heeft gegeven de heup te belasten is gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:150 Raad van Discipline 's-Gravenhage 20-331/DH/RO/D

    Dekenbezwaar dat samenhangt met 20-330. Verweerder heeft verzuimd om binnen de vervaltermijn en procedure in te stellen na het ontslag op staande voet van zijn cliënt. Bij de deken en de raad heeft verweerder geprobeerd om feiten te verdraaien en de schuld bij klager te leggen. Gedeeltelijk onvoorwaardelijke schorsing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:144 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-867/DH/RO

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2020:157 Raad van Discipline 's-Gravenhage 20-085/DH/RO/D

    Dekenbezwaar. Dit bezwaar en eerdere klachtzaken tonen een patroon in het handelen van verweerder. De raad bedoelt in het bijzonder de zaak met nummer 19-678/DH/RO, waarin op 7 september 2020 de beslissing van 10 februari 2020 van de raad door het Hof van Discipline grotendeels is bekrachtigd en de maatregel van schrapping in stand is gelaten. Het patroon dat de dossiers tonen is dat verweerder stelselmatig informatie onthoudt aan de deken, terwijl de deken op terechte gronden om die informatie vraagt. De kwesties die in dit dekenbezwaar aan de orde komen tonen een beeld van gerommel met financiën, fiscale malversaties en onwaarachtige verklaringen over de beschikbaarheid van een dossier waarin mogelijk sprake is van een ongebruikelijke transactie. Dit dekenbezwaar ziet op uiteenlopende zaken waarin verweerder gehouden is om de deken inlichtingen te verschaffen. Verweerder heeft dit nagelaten en daarmee ontduikt hij het toezicht dat de deken op grond van de Advocatenwet en de Wwft moet uitoefenen. De kernwaarde integriteit is in het geding en mogelijk ook de kernwaarde onafhankelijkheid. Verweerder vormt met zijn gedragingen een gevaar voor het vertrouwen in de advocatuur. Schrapping.