Zoekresultaten 1-1 van de 1 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:243 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-388/DH/MN/D

    Dekenbezwaar. Verweerder heeft in strijd gehandeld met de Wwft, de Vafi en de gedragsregels en heeft vervolgens, aangesproken door de deken op zijn handelen, tegenstrijdige verklaringen afgelegd en daarmee de deken onjuist geïnformeerd. De integriteit van een advocaat is een belangrijke, zo niet de belangrijkste, kernwaarde van de advocatuur. Van een advocaat mag worden verwacht dat hij die waarde beschermt, zich van die waarde voortdurend bewust is en dat hij zijn handelwijze afstemt op het voorkomen van twijfel daarover en dus op het voorkomen van twijfel aan de eerlijkheid en oprechtheid van zijn handelen. De handelwijze van verweerder zoals vastgesteld door de raad is een grove schending van deze kernwaarde. Dit klemt te meer, daar verweerder kan bogen op een jarenlange ervaring als advocaat en hij als lid van de Raad van Discipline zeer wel op de hoogte is of in elk geval behoort te zijn van de aan een advocaat te stellen eisen en voor deze geldende regels en zo hij niet een voorbeeldfunctie vervult, dan wel in ieder geval in alle opzichten extra zorgvuldig zou behoren te handelen. Deels voorwaardelijke schorsing.