Zoekresultaten 34511-34520 van de 45223 resultaten
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:52 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4144/13.51
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 01-07-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:52
Verwijt dat de advocaat tegen klager optreedt, terwijl zij in 1998 de belangen van klager in een strafzaak heeft behartigd. Niet gebleken dat informatie uit de strafzaak van 1998 van enig belang is geweest in de thans behandelde zaak. Overige verwijten onvoldoende onderbouwd. Klacht kennelijk ongegrond. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:65 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4069/12.203
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 24-06-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:65
Verzet niet ingesteld binnen de daarvoor geldende termijn. Niet ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:46 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4194/13.101
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 12-06-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:46
Verweerster heeft naar aanleiding van het verzoek van klager zijn identiteit niet bekend te maken bij mr. M. dan wel diens cliënt, klager geïnformeerd over de door de Raad van Toezicht gevolgde werkwijze in bemiddelingsdossiers en heeft klager vervolgens de keus gegeven de brief van klager van 26 januari 2013 alsnog door te sturen naar mr. M. of aan klager de keus gegeven dat zijn cliënt alsnog zelf reageert op de brief van verweerster van 25 januari 2013. Hierop hebben klager noch zijn cliënt, gereageerd. Verweerster heeft door aldus te handelen niet het vertrouwen in de advocatuur geschaad. Evenmin kan worden vastgesteld dat verweerster haar geheimhoudingsplicht heeft geschaad, nu in casu deze plicht niet geldt. Mr. M. heeft immers in zijn hoedanigheid van advocaat een bemiddelingsverzoek ten aanzien van mr. E. (in zijn hoedanigheid van advocaat) ingediend bij de deken en klager treedt op als advocaat voor mr. E. Uit de faxbrief van 26 januari 2013 volgt dat klager niet bereid is voor zijn cliënt als advocaat naar buiten te treden. Nu klager kennelijk de opdracht van zijn cliënt heeft geaccepteerd, kan hij anderen niet verantwoordelijk stellen voor de gevolgen die hij daar kennelijk van vreest. Het handelen van verweerster valt onder de beleidsvrijheid die de deken en dientengevolge zijn medewerkers hebben ten aanzien van de vraag hoe een verzoek tot bemiddeling wordt behandeld. Klager heeft verweerster ten slotte verweten dat zij heeft nagelaten haar excuses aan te bieden aan klager wegens het verzenden van een kopie van de faxbrief van 1 februari 2013 aan mr. M. Verweerster heeft gesteld dat zij abusievelijk voornoemde faxbrief in afschrift aan mr. M. heeft doen toekomen. Nadat verweerster dit heeft ontdekt, heeft zij direct passende maatregelen genomen, waarbij mr. M. aan de deken heeft toegezegd zijn cliënt niet op de hoogte te stellen van de betreffende faxbrief. Verweerster heeft onder deze omstandigheden geen aanleiding gezien haar excuus aan klager aan te bieden. Hoewel het wellicht verstandiger en correcter van verweerster zou zijn geweest om dat excuus wel aan te bieden, acht de voorzitter het onder bovenvermelde omstandigheden ontbreken ervan in tuchtrechtelijke zin toch van kennelijk onvoldoende gewicht. Klachtonderdelen a t/m c kennelijk ongegrond en klachtonderdeel d kennelijk van onvoldoende gewicht.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:78 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4122/13.29
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 17-06-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:78
Verweerder heeft erkend dat hij zich zonder toestemming van klaagster tot de rechtbank heeft gewend terwijl de zaak voor uitspraak stond. Het betrof toezending van een medische verklaring van de cliënt van verweerder. De raad overweegt dat het een advocaat niet is toegestaan om, nadat een uitspraak is gevraagd, zich zonder toestemming van de wederpartij tot de rechter te wenden. In beginsel laat deze regel geen uitzonderingen toe. Een uitzondering is slechts mogelijk indien er sprake is van zeer bijzondere, dringende omstandigheden waarbij tevens van belang is of er sprake is van nieuwe feiten en/of omstandigheden. Verweerder heeft ter zitting verklaard, en zo volgt ook uit de stukken, dat er geen sprake was van nieuwe feiten en/of omstandigheden. Gesteld noch gebleken is dat er sprake is van zeer bijzondere, dringende omstandigheden die afwijking van de regel rechtvaardigen. Verweerder had zich dienen te onthouden van het zich wenden tot de rechtbank nu klaagster niet om toestemming is gevraagd en klaagster deze ook niet later heeft gegeven. Dat overleggen van de stukken in het belang van verweerders cliënt waren, maakt de zaak niet anders. De raad verklaart de klacht gegrond en legt verweerder de maatregel op van enkele waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:59 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4131/13.38
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 03-06-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:59
De deken is niet in staat geweest onderzoek naar de klacht uit te voeren vanwege het ontbreken van een inhoudelijke reactie op de klacht. Aanhouding van de zaak, gelegenheid om binnen vier weken inhoudelijk te reageren.
-
ECLI:NL:TNOKARN:2012:4 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2012/21 en 22
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 23-11-2012
- ECLI:NL:TNOKARN:2012:4
De KNB verwijt de notarissen dat zij door een betalingsachterstand niet konden voldoen aan hun rechercheplicht. De Kamer acht dat door de KNB onvoldoende onderbouwd, waarbij zij opmerkt dat een en ander wel zorgelijk is. Er is in één geval geld uitgeboekt terwijl (zoals achteraf is gebleken) geen bewijs van inschrijving van het Kadaster was ontvangen. De daarvoor verantwoordelijke notaris wordt de maatregel van waarschuwing opgelegd.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:72 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3553/10.183
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 13-05-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:72
Verzoekster stelt dat indien een gehele (wrakings)kamer van de raad wordt gewraakt het hof van discipline verzocht dient te worden een andere kamer aan te wijzen, die samengesteld dient te zijn uit een voorzitter en leden uit een ander ressort. Uit de door verzoekster genoemde beslissing van het hof van discipline, noch uit beslissingen van latere datum volgt dat aan het hof moet worden verzocht om een (wrakings)kamer samen te stellen met leden uit een ander ressort. Dat is slechts anders indien er geen leden meer zijn om de wrakingskamer samen te stellen. Daarvan was in het onderhavige geval geen sprake. Er zijn ook overigens geen feiten of omstandigheden gesteld waaruit blijkt dat er sprake zou (kunnen) zijn van subjectieve of (de schijn van) objectieve bevooroordeeldheid van de gewraakte (plaatsvervangend) leden van de raad. Er wordt geconcludeerd dat het wrakingsverzoek ongegrond is.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:53 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.4009/13.6
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 01-06-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:53
Klachten over de behandeling van door de advocaat van een verzetprocedure na een verstekvonnis waarbij klager tot ontruiming werd veroordeeld. De mededeling dat klager niet op een bepaalde zitting aanwezig hoefde te zijn is niet laakbaar, omdat het een rolzitting betrof waarbij de rechter uitspraak deed. Verweerder heeft in een bezwaarschriftprocedure een bezwaarschrift ingediend waarvan hij niet kan aantonen dat hij het heeft ingediend. Een kopie van het bezwaarschrift is later aan de gemeente gestuurd, maar het bezwaar is niet-ontvankelijk verklaard. De advocaat heeft op dit punt zijn zorgplicht geschonden. Klacht gedeeltelijk gegrond. Enkele waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:66 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3949/12.87
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 13-05-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:66
Vijf klachtonderdelen hebben betrekking op de kwaliteit van de dienstverlening van verweerster. Een advocaat is volledig verantwoordelijk voor de wijze waarop hij de belangen van zijn cliënt heeft behartigd. Uitgangspunt is dat een advocaat bij het in overleg met de cliënt te voeren beleid een ruime mate van vrijheid toekomt en dat in het algemeen een tuchtrechtelijke maatregel pas geïndiceerd kan zijn indien de advocaat bij de behandeling van de zaak zodanig optreedt en adviseert dat de belangen van de cliënt daardoor worden geschaad of kunnen worden geschaad. De raad constateert dat niet gebleken is dat verweerster bij de behandeling van de zaak van klaagster kennelijk onjuist heeft opgetreden of klaagster onjuist heeft geadviseerd of dat klaagsters belangen zijn geschaad. Met betrekking tot het klachtonderdeel dat ziet op het zich terugtrekken van de advocaat uit een zaak overweegt de raad dat het een advocaat vrijstaat om te bepalen of hij een cliënt in een bepaalde zaak, in het kader van klaagster hoger beroep, wenst bij te staan. Verweerster heeft klaagster ruim binnen de beroepstermijn ingelicht dat zij geen hoger beroep zou instellen. Klaagster heeft daarmee ruimschoots de mogelijkheid gehad om zich tot een andere advocaat te wenden teneinde hoger beroep in te stellen. De klachtonderdelen zijn alle ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:47 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4219/13.126
- Datum publicatie: 11-07-2013
- Datum uitspraak: 26-06-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:47
Klager heeft geen tuchtrechtelijk relevant belang bij de door hem ingediende klacht. De bevoegdheid te klagen in verband met het bewaken van een algemeen belang komt toe aan de Deken. Klacht kennelijk niet-ontvankelijk.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 3451
- Pagina: 3452
- Pagina: 3453
- ...
- Pagina: 4523
- Volgende pagina zoekresultaten