Zoekresultaten 42121-42130 van de 44805 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0557 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 H 212

    Klaagster verwijt de huisarts de ooglidcorrectie van de bovenoogleden en de nabehandeling hiervan niet fatsoenlijk te hebben uitgevoerd. Bovendien is klaagster niet tevreden over het resultaat van de ooglidcorrectie aan het rechteroog. De huisarts heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College heeft de klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0558 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2010-008

    Klager verwijt de huisarts dat zij een verkeerde of te late diagnose heeft gesteld, verkeerde medicijnen heeft voorgeschreven en ten onrechte niet heeft doorverwezen. De huisarts heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College legt de huisarts de maatregel van waarschuwing op.

  • ECLI:NL:TADRARN:2010:YA1003 Raad van Discipline Arnhem 10-35

    Klacht luidt dat belangen niet optimaal zijn behartigd. Niet is gebleken dat de advocaat een verwijt te maken valt. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARN:2010:YA1004 Raad van Discipline Arnhem 10-62

    Betekening van een uitspraak aan de wederpartij, ondanks verzoek van deze om een termijn voor beraad voor vrijwillige nakoming, niet klachtwaardig. Betekening is een handeling waarbij de executie wordt aangezegd.

  • ECLI:NL:TADRARN:2010:YA1000 Raad van Discipline Arnhem 10-74

    Klacht over advocaat van de wederpartij. a. Sommatie (om lasterlijke uitspraken –beschuldiging van pedofilie - van internet te verwijderen) zou te weinig precies zijn. b. Klager zou ten onrechte beschuldigd zijn van bedreiging. c. Verweerder zou ten onrechte weigeren om gevorderde schade toe te lichten en (d.) klager tuchtrechtelijk verwijtbaar en onrechtmatig onder druk zetten. e. Klager zou ten onrechte in de waan zijn gelaten dat verweerder een betalende cliënt was. a., b., c. en d. zijn kennelijk ongegrond; e. is kennelijk niet-ontvankelijk

  • ECLI:NL:TADRARN:2010:YA1001 Raad van Discipline Arnhem 10-31

    Advocaat verkiest een arbeidsgeschil waarin de procedure reeds was aangevangen niet in behandeling te nemen omdat de zaak kansloos zou zijn. Klager zet de zaak zelf door en bereikt dat uit coulanceoverwegingen aan hem (toch nog) € 4000,- wordt betaald. Vervolgens wordt geklaagd. De inschatting van de advocaat is in het licht van de omstandigheden van het geval (zie daarvoor de beslissing) geen onjuiste of onbegrijpelijke geweest. Klacht kennelijk ongegrond. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0551 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 H 129

    Klaagster verwijt de psychotherapeut dat hij zonder haar toestemming en zonder haar daarover te informeren haar minderjarige zoon heeft gezien en onderzocht. De psychotherapeut heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College legt de psychotherapeut de maatregel van berisping op.

  • ECLI:NL:TADRARN:2010:YA1002 Raad van Discipline Arnhem 10-29

    Bij een schriftelijk verzoek aan de rechtbank om uitstel van een comparitie heeft de advocaat verwezen naar een bijgevoegde brief, terwijl hij wist dat die brief niet was bijgevoegd en hij ook niet van de inhoud van die brief op de hoogte was of kon zijn. Rechtbank op het verkeerde been gezet, maar ook belangen klager geschaad. Klacht gegrond.

  • ECLI:NL:TNOKALM:2010:YC0511 Kamer van toezicht Almelo 18 09 Wna

    De klacht is niet-ontvankelijk voor zover het gaat om het gestelde dat sprake is van niet geoorloofde wervende publiciteit. Redengevend hiervoor is dat dit klachtonderdeel eerst ter zitting naar voren is gebracht. De notaris is in gebreke gebleven voor zover het gaat om de berekening van het successierecht en de slotafrekening. Ook is ten onrechte te lang niet gereageerd op verzoeken van eiseres. Een declaratie van de makelaar is op onzorgvuldige wijze geaccepteerd. De hoogte van de reservering ten behoeve van de eindafrekening was op basis van de op dat moment beschikbare informatie niet onredelijk.

  • ECLI:NL:TNOKROT:2009:YC0506 Kamer van toezicht Rotterdam 5a/09, 5b/09 en 5c/09

    Klagers zijn van mening dat de bankgaranties in strijd zijn met het bepaalde in de akte van levering onder 7.1, daar de bankgaranties niet op naam van klagers, maar op naam van de notaris gesteld zijn. Daarnaast verwijten klagers de notarissen dat zij onvoldoende onpartijdig zijn geweest in het behartigen van de belangen van klagers. Daarbij zijn klagers van mening dat de notarissen onheuse stellingen hebben ingenomen richting klagers, waardoor de vergunning niet is verleend. Beslissing: klacht ongegrond.