ECLI:NL:TADRSHE:2015:193 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch L 279 - 2014
Klager, die de klacht heeft ingediend in de functie van plv. hoofdofficier van justitie
van het landelijke parket, is ontvankelijk: (1) klacht is binnen termijn van 3 jaar
ingediend en verweerder is niet in zijn verdediging geschaad; (2) nu het mede tot
de taak van het OM behoort om een behoorlijke rechtspleging en een eerlijk proces
in strafzaken te bevorderen kan klager door het beweerdelijk handelen van verweerder
rechtstreeks in zijn belang worden getroffen. Gelet op de op verweerder rustende geheimhoudingsplicht
jegens zijn cliënt en gelet op het feit dat verweerder mogelijk niet alleen de belangen
van zijn cliënt maar ook zijn eigen belangen schaadt indien hij in de tuchtrechtelijke
procedure verklaart over de aan de klacht ten grondslag gelegde feiten kan van verweerder
niet kan worden verlangd dat hij inderdaad verklaart. Nu de raad de feiten niet volledig
kan vaststellen en aldus ook niet kan vaststellen of sprake is van tuchtrechtelijk
verwijtbaar handelen, moet de klacht ongegrond worden verklaard. Indien het strafrechtelijk
onderzoek tegen verweerder zou leiden tot een strafrechtelijke veroordeling, zal sprake
zijn van een nieuw feit op grond waarvan opnieuw een klacht kan worden voorgelegd.
De termijn van 3 jaar van artikel 46g (nieuw) gaat alsdan in zodra klager op de hoogte
zal zijn van die veroordeling. Klacht ongegrond