Zoekresultaten 18721-18730 van de 21555 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2860 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3683/11.85

    Het zonder overleg met de wederpartij en consultatie van de deken overleggen van confraternele correspondentie, is niet handelen zoals een behoorlijk advocaat betaamt. Dat het belang van de cliënt overlegging van confraternele correspondentie bepaaldelijk vorderde, doet niet ter zake. Het klachtonderdeel is gegrond. Het klachtonderdeel dat ziet op het uitbrengen van een appeldagvaarding bij de cliënt van klager en niet op het kantooradres van de advocaat in eerste aanleg (klager)zelf is ongegrond. Anders dan verweerder stelt is het uit laten brengen van een appeldagvaarding niet gelijk te stellen met een aanzegging met rechtsgevolg. Verweerder wordt de maatregel van enkele waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2841 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3632/11.34

    De advocaat heeft nagelaten klager schriftelijk te berichten dat zij de opdracht niet zou aanvaarden. Dit wordt de advocaat tuchtrechtelijk verweten, temeer nu sprake was van een vervaltermijn en er door klager stukken waren afgegeven aan verweerster. Klacht gegrond, maatregel een enkele waarschuwing

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2822 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3980/12.114

    Verzoek ex artt. 60ab en 60b Advocatenwet. Verdenking van het plegen van ernstige strafbare feiten en inbreuken op de financiële integriteit. Onbehoorlijke praktijkuitoefening. Schorsing voor onbepaalde tijd. Benoeming waarnemers.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2803 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3762/11.164

    In casu is sprake van onnodig grievende opmerkingen in de brief van verweerder aan de advocaat van de wederpartij. Deze opmerkingen dienden ook geen zakelijk doel, zodat de klacht gegrond is. De stelling van verweerder dat de geuite beschuldigingen in de betreffende brief juist zijn en zijn gebaseerd op stukken van zijn client, neemt niet weg dat de wijze waarop verweerder zich heeft uitgelaten, ongepast is voor een advocaat. Maatregel: een enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2854 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3943/12.77

    Niet kan worden vastgesteld dat verweerster verantwoordelijk kan worden gehouden voor het door klagers gestelde gedrag van haar broer. Uit de door klagers overgelegde brieven van de Centrale Raad van Toezicht van de NVM van 23 november 2011 en 13 januari 2012 volgt dat de Raad van Toezicht en de Centrale Raad van Toezicht NVM beslissingen hebben genomen, die zo niet genomen hadden mogen worden, vanwege het feit dat de broer van verweerster ten tijde van deze beslissingen geen lid van de NVM was. Dit oordeel van de Centrale Raad van Toezicht van de NVM regardeert geenszins het handelen van verweerster. De klacht van klagers mist dan ook feitelijke grondslag. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2835 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3899/12.33

    De enkele vermelding van de naam van klager achter de tekst “ingediend namens partij” op het B-2 formulier impliceert niet dat de advocaat aan de Rechtbank heeft bericht dat klager hem opdracht heeft gegeven zich te onttrekken. Daaruit blijkt slechts dat verweerder voor klager optrad. De voorzitter acht de klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2816 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3788/11.190

    Klacht over optreden van verweerster als advocaat van klagers wederpartij. Verwijt dat het briefpapier van verweerster niet de bankrekening van de Stichting Derdengelden vermeldt; voorts dat verweerster geen rekening en verantwoording aflegt van door klagers uit hoofde van een vonnis op de derdengeldrekening van verweerster betaald bedrag; nevenklachten. Op grond van artikel 6 lid 2 van de Verordening op de administratie en de financiële integriteit is vermelding van een rekeningnummer van de Stichting Derdengelden geen verplichting. Verweerster is niet gehouden jegens klagers om rekening en verantwoording af te leggen over betalingen die zij op de derdenrekening hebben gedaan. De vrees dat die betalingen niet op de juiste plaats terecht zijn gekomen is niet onderbouwd. Een teveel door klagers betaald bedrag is teruggestort naar hun advocaat. Deze klachten en nevenklachten kennelijk ongegrond. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2848 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3678/11.80

    Klacht dat de advocaat belangrijke informatie van de rechtbank aan klaagster heeft onthouden (in casu het voornemen van de rechtbank om de zaak naar de sector kanton te verwijzen en de gelegenheid voor de advocaat om op dat voornemen te reageren), dat de belangen van klaagsters dochter niet naar behoren zijn behartigd, dat de behandeling van de zaak onnodig is vertraagd en dat de advocaat weigert schriftelijk te reageren op een door klaagster kenbaar gemaakte klacht. De advocaat heeft verwijtbaar onzorgvuldig gehandeld door de brief van de rechtbank waarin het voornemen tot verwijzing kenbaar werd gemaakt, niet aan klaagster voor te leggen. In zoverre is de klacht gegrond. Het niet schriftelijk reageren op vragen in een door klaagster kenbaar gemaakte klacht is verwijtbaar onzorgvuldig, daar in de omstandigheden van het geval van de advocaat mocht worden verwacht dat hij eerst schriftelijk op de vragen van klaagster zou antwoorden, te meer daar die beantwoording kort en zakelijk kon zijn. De vragen hadden onder meer betrekking op de verwijzing door de rechtbank naar de sector kanton. Ook in zoverre is de klacht gegrond. De overige klachtonderdelen ongegrond. Maatregel: enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2829 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3739/11.141

    Klacht dat de advocaat in verband met een door de wederpartij geëntameerd voorlopig getuigenverhoor een gesprek heeft gehad met een door die wederpartij aangezegde getuige, die volgens klaagster niet in een bijzondere relatie tot de cliënt van verweerder stond. De betreffende getuige verrichtte door middel van zijn besloten vennootschap op regelmatige basis werkzaamheden voor de cliënte van verweerder, had met die cliënte een geheimhoudingsovereenkomst gesloten en behartigde blijkens interne stukken kennelijk het belang van die cliënte. De getuige stond daardoor in een bijzondere relatie tot de cliënt van verweerder (gedragsregel 16, lid 3). Klacht ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA2791 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3911/12.45

    Op basis van de tegenstrijdige mededelingen van klagers en verweerster kan niet worden vastgesteld dat sprake was van een situatie als bedoeld in gedragsregel 15 lid 2, nu de Rechtbank aan verweerster heeft verzocht informatie te verschaffen, waarna zonodig een termijn kon worden bepaald waarop klager sub 1 nog op de verzoeken mocht reageren. Gelet hierop kan niet worden vastgesteld dat een datum voor (eind)uitspraak was bepaald Niet kan worden vastgesteld dat sprake is van een situatie waar door het doen van inhoudelijke mededelingen van verweerster een situatie is gecreëerd, waarin zij de rechter heeft kunnen beïnvloeden, zonder dat klagers daarop hebben kunnen reageren. Op basis van de ter beschikking staande gegevens blijkt niet dat sprake was van een situatie waarin om uitspraak was gevraagd, zodat gedragsregel 15 lid 2 in dit geval toepassing mist. Het stond verweerster op grond van het bovenstaande dan ook vrij om de Rechtbank, zonder toestemming van klager sub 1 te berichten, mits zij van haar brief tegelijkertijd een afschrift aan klager sub 1 heeft gezonden. Gebleken is dat zij dat heeft gedaan. De klacht wordt als kennelijk ongegrond afgewezen.