Zoekresultaten 15511-15520 van de 21674 resultaten
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:133 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3909/12.37
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 16-12-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:133
Verzet. Raad verenigt zich met het oordeel van de plaatsvervangend voorzitter dat klaagster geen althans onvoldoende tuchtrechtelijk relevant belang heeft bij de door haar ingediende klacht. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:184 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4189/13.96
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 04-11-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:184
Door de raad wordt de beslissing van de voorzitter onderschreven. Klaagster heeft op geen enkele wijze haar klachtonderdelen nader onderbouwd, zodat de juistheid hiervan niet is komen vast te staan. Verzet is ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:165 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.4227/13.134
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 18-11-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:165
Het verzet van klager tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van 8 juli 2013 wordt ongegrond verklaard. Hetgeen klager in het verzet heeft aangevoerd, is niet meer dan een uitwerking en herhaling van de eerdere klacht en dit leidt niet tot een ander oordeel dan de plaatsvervangend voorzitter heeft gegeven.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:146 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3553/10.183
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 07-10-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:146
Wrakingsverzoek(en). Verweerders maakten deel uit van de kamer van de Raad van Discipline die op 11 februari 2013 zitting hield. Uit het proces-verbaal blijkt dat alle feiten die aan de wrakingsverzoeken ten grondslag zijn gelegd, zich tijdens deze zitting hebben voorgedaan. Verzoeken eerst ingediend op respectievelijk 11 maart en 17 april 2013. Niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:197 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.4147/13.54
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 09-12-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:197
De advocaat heeft voor klager een drietal zaken behandeld op het gebied van schadevergoeding. Niet is gebleken van onvoldoende zorgvuldigheid in de uitvoering van de opdracht, noch van traag handelen. Klacht in alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:178 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4325/13.232
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 15-10-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:178
Handelen advocaat in hoedanigheid van deken. Verweerder heeft onbetwist gesteld dat hij in het kader van het onderzoek naar de klacht van klaagster tegen de kantoorgenoot van verweerder bij brief van 13 juni 2013 het onderzoek van deze klacht heeft overgelaten aan de waarnemend deken. Verweerder was hiertoe op grond van artikel 46c lid 3 Advocatenwet bevoegd. Ten aanzien van klaagsters klacht over het feit dat verweerder zich ten onrechte zou hebben ingelaten met de klacht van klaagster tegen de voormalig deken van de Orde van Advocaten in het toenmalig arrondissement Dordrecht is reeds een oordeel gegeven door het Hof van Discipline . Ten aanzien van dit klachtonderdeel geldt de “ne bis in idem” regel en kan klaagster niet twee keer over hetzelfde feitencomplex met succes klagen. Klager stelt dat verweerder zich ongepast en neerbuigend over klaagster uitlaat. De voorzitter oordeelt dat de uitlatingen van verweerder dat klaagster een “veel klager” is, in de gegeven omstandigheden niet onjuist of onnodig grievend is. Deze kwalificatie vindt grondslag in feiten, die de voorzitter ambtshalve bekend zijn.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:260 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.4170/13.77
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 02-09-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:260
Verweerder heeft in een huurgeschil niet juist gehandeld door de verzetdagvaarding te laten uitbrengen aan het gekozen domicilie van klager (kantoor van de gerechtsdeurwaarder). De vraag of verweerder ten processe al dan niet terecht voor mevrouw P als procespartij is opgetreden ligt niet ter beoordeling aan de tuchtrechter. Verweerder heeft zich met meerdere e-mails rechtstreeks tot klager gewend zonder daarvan een kopie aan klagers advocaat te sturen. Die gedragingen zijn strijdig met gedragsregel 18 lid 1. Indien zou worden aangenomen dat het gaat om aanzeggingen met rechtsgevolg (hetgeen niet is aangevoerd) geldt dat de gedragingen in strijd zijn met gedragsregel 18 lid 2. Klacht gedeeltelijk gegrond. Enkele waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:159 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4081/12.215
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 01-07-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:159
Verweerder heeft de wederpartij van klager bijgestaan. Klager verwijt verweerder dat deze zich onbehoorlijk gedragen heeft door te trachten klager door middel van chantage te laten instemmen met een door de cliënte van verweerder voorgestelde beëindigingsregeling. Verweerder heeft niet expliciet gereageerd op e-mailberichten van de advocaat van klager over de bij klager ontstane indruk, namelijk dat deze zich onder druk gezet voelde, en daardoor deze indruk niet weggenomen. Daarmee heeft verweerder onzorgvuldig jegens klager gehandeld. Dit klemt temeer omdat van de zijde van klager expliciet gevraagd is naar een verdere uitleg dan wel toelichting. Het door verweerder in het dekenonderzoek ingenomen standpunt heeft verweerder zakelijk verwoord. De bewoordingen die gebezigd zijn, acht de raad niet grievend of beledigend. Dit klachtonderdeel is ongegrond. De maatregel van enkele waarschuwing wordt opgelegd.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:241 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4131/13.38
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 09-09-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:241
Klager stelt onweersproken dat hij verweerder van de slechte financiële positie van hem en zijn familie op de hoogte heeft gebracht. Verweerder had daarom de mogelijkheden voor gefinancierde rechtshulp moeten bespreken. Klager stelt onweersproken dat dat niet is geschied. Het gehanteerde uurtarief acht de raad gelet op de enerzijds kenbare financieel zwakke positie van klager en anderzijds de omstandigheid dat niet gesteld of gebleken is dat verweerder als specialist kan worden aangemerkt, excessief. Door verweerder gedane uitlatingen in strijd met de zorg die hij als advocaat jegens zijn cliënt had behoren te betrachten. Niet gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt. Klacht gegrond. Met handelwijze niet alleen ten opzichte van klager tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld maar ook het vertrouwen in de advocatuur als beroepsgroep geschaad. Bovendien heeft verweerder niet willen meewerken aan het dekenonderzoek en is hij niet ter zitting verschenen. Schorsing voor de duur van vier weken.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2013:222 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4303/13.210
- Datum publicatie: 26-03-2014
- Datum uitspraak: 25-09-2013
- ECLI:NL:TADRSGR:2013:222
De klacht ziet op de wijze waarop verweerder in zijn hoedanigheid van deken onderzoek heeft gedaan inzake de tegen klager ingediende klacht. Op basis van de stukken kan niet worden vastgesteld dat verweerder door de wijze waarop hij zijn onderzoek naar de tegen klager ingediende klacht heeft verricht, het vertrouwen in de advocatuur heeft geschaad, of dat hij zijn taken zodanig heeft verwaarloosd of zich zodanig heeft misdragen, dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan een handelen of nalaten dat een behoorlijk advocaat niet betaamt. Klacht kennelijk ongegrond.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1551
- Pagina: 1552
- Pagina: 1553
- ...
- Pagina: 2168
- Volgende pagina zoekresultaten