Zoekresultaten 461-470 van de 1490 resultaten

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:4 Accountantskamer Zwolle 17/2728 Wtra AK

    Schaderapport(en) van een partijdeskundige, bedoeld om het standpunt van de cliënt in een civiele procedure te ondersteunen, ontberen een deugdelijke grondslag. Onvoldoende voorbehouden, nu bij het opstellen alleen van de standpunten van de cliënt is uitgegaan. Onjuiste uitgangspunten bij de schadeberekening. Ten onrechte geen hoor en wederhoor toegepast. Onvoldoende verificatie standpunten van cliënt. Overtreding van de beginselen van vakbekwaamheid, objectiviteit en professionaliteit. Maatregel van tijdelijke doorhaling voor de duur van 2 maanden.

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:3 Accountantskamer Zwolle 18/446 Wtra AK

    Uit het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid vloeit voort (net als geldt bij het samenstellen van een jaarrekening) dat een accountant bij het verrichten van fiscale werkzaamheden (het in casu opstellen van een OB-aangifte), indien deze constateert dat de door de cliënt verschafte gegevens onjuist, onvolledig of anderszins onbevredigend zijn, bij de cliënt inlichtingen inwint om de betrouwbaarheid van de door deze verstrekte informatie vast te stellen of te verifiëren. In casu heeft betrokkene ter zake de post privéonttrekkingen nagelaten daaraan te voldoen. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:1 Accountantskamer Zwolle 17/1149 Wtra AK

    Ambtshalve aanvulling van de klacht, behandeld door nieuwe samenstelling van de kamer. Dit klachtonderdeel wordt ongegrond verklaard. Klacht deels niet-ontvankelijk wegens overschrijding 3-jaarstermijn. Betrokkene en zijn echtgenote zijn minderheidsaandeelhouder in een bepaalde (dochter)vennootschap; betrokkene heeft ook de jaarrekening van deze vennootschap over meerdere jaren samengesteld. Betrokkene en zijn echtgenote hebben een civiele procedure tegen de (moeder)vennootschap ingesteld, die het overgrote deel in het aandelenkapitaal van de (dochter)vennootschap houdt en tevens bestuurster van de (dochter)vennootschap is; in deze procedure vorderen ze dat de moedervennootschap het aandelenbelang van betrokkene en zijn echtgenote overneemt. In die civiele procedure maken betrokkene en zijn echtgenote (voor eigen gewin) gebruik van documenten waarvan betrokkene als accountant van de (dochter)vennootschap kennis had. Hierdoor heeft betrokkene het fundamentele beginsel van vertrouwelijkheid en art. 21 VGBA geschonden.

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:2 Accountantskamer Zwolle 18/1126 Wtra AK

    Betrokkene heeft organogram van ondernemingsstructuur van een voormalige cliënt toegestuurd aan klager. Dit organogram was afkomstig van haar voormalige cliënt en maakte deel uit haar dossier. Wat erin staat over de verhouding tussen een groot aantal vennootschappen is geen informatie waarover eenieder door raadpleging van het handelsregister kan beschikken. Schending van het fundamentele beginsel van vertrouwelijkheid. Uit de tussen betrokkene en klager gewisselde e-mailberichten leidt de Accountantskamer af dat betrokkene wist dat klager het toegezonden organogram wenste te gebruiken in het kader van diens geschil met de voormalige cliënt van betrokkene. Waarschuwing

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:87 Accountantskamer Zwolle 18/716 Wtra AK

    Rapport omtrent indicatieve waarde aandelen. In het rapport wordt voldoende duidelijk gemaakt wat de door betrokkene bepaalde indicatieve waarde inhoudt en wat de aan deze wijze van waarderen klevende beperkingen zijn. Klacht in zoverre ongegrond. De mededeling dat is uitgegaan van informatie afkomstig van het management is onjuist. Betrokkene heeft erkend dat hij alleen heeft gesproken met een voormalige manager van de onderneming. Betrokkene heeft ook verzuimd nader onderzoek te doen naar een vordering van 10 miljoen die deze voormalige manager tegen de vennootschap had ingesteld. Hij had moeten nagaan of deze vordering tot een uitstroom van middelen zou leiden. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:85 Accountantskamer Zwolle 17/1881 Wtra AK

    Aan betrokkene was de opdracht verstrekt om de goederenstromen, facturering en geldstromen bij onder meer klaagster 1) te onderzoeken. Tijdens zijn onderzoek had betrokkene aanleiding moeten zien om zijn initiële afweging dat geen sprake was van een persoonsgericht onderzoek, te heroverwegen, nu het handelen van klaagster 1) de facto onderwerp van het onderzoek werd. Het lag dan ook in beginsel op zijn weg om klaagster 1) over dat onderzoek te informeren, haar te benaderen om informatie te verschaffen, om zijn bevindingen met haar te delen en haar in de gelegenheid te stellen een reactie kenbaar te maken. Nu geen bijzondere omstandigheden zijn gebleken die rechtvaardigen dat het horen van klaagster 1) achterwege kon blijven, is niet voldoende dat betrokkene, met verzending van een afschrift van een daarop ziende e-mail aan de advocaat van klaagster 1), de accountant van klaagster 1) heeft geïnformeerd en in de gelegenheid heeft gesteld om een reactie op zijn bevindingen te geven. Het rapport van betrokkene ontbeert dan ook reeds op die grond een deugdelijke grondslag. Betrokkene heeft een jurist en een ‘praktijkdeskundige’ geraadpleegd op het (specialistische) gebied van onder meer het vervoersrecht, maar heeft nagelaten in zijn rapport te vermelden op welke wijze hij hun deskundigheid heeft geverifieerd. Nu hij bij gebreke aan voldoende eigen juridische kennis zelf de (juistheid van de) inhoud van de adviezen van degenen die door hem waren geraadpleegd, niet kon beoordelen, had betrokkene een voorbehoud moeten maken voor zover zijn bevindingen zijn gebaseerd op de van hen verkregen adviezen. Dit geldt te meer, nu de bevindingen van de accountant van klaagster 1), zoals betrokkene ook zelf in zijn rapport heeft geconstateerd, “lijnrecht staan tegenover de rechtsuitleg van” degenen die door hem waren geraadpleegd. Een accountant moet verder voorkomen dat, indien hij een schatting maakt, die schatting een misleidend beeld geeft. Hij moet zich baseren op reële veronderstellingen en voor zover het door hem geschetste beeld is gebaseerd op onzekerheden, deze onzekerheden benoemen. Betrokkene heeft dit niet gedaan. Door geen voorbehouden te maken waar dit wel had gemoeten en conclusies te trekken zonder deze (afdoende) met feiten te onderbouwen, heeft betrokkene het rapport ook in zoverre niet voorzien van een deugdelijke grondslag en aldus gehandeld in strijd met het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid, zoals neergelegd in artikel 2 onder d. van de VGBA. Maatregel: waarschuwing.

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:86 Accountantskamer Zwolle 18/921 Wtra AK

    Opdracht tot waarderen aandelen van Holding in opdracht van een van de aandeelhouders. Betrokkene heeft standaard 5500N toegepast maar zich niet gehouden aan de paragrafen 19 en 29 van deze standaard. Rapport behelst inhoudelijk op alle onderdelen waarover is geklaagd tekortkomingen. Die tekortkomingen en de herhaalde mededeling dat zijn opdrachtgever de tegenpartij van klaagster is, duiden erop dat betrokkene zich bij zijn afwegingen ongepast heeft laten beïnvloeden door zijn opdrachtgever. Betrokkene heeft bovendien aan de Holding en niet aan de opdrachtgever gedeclareerd zonder zich bewust te zijn van het gevolg daarvan voor een zuivere btw-afdracht door de Holding. Klacht in alle onderdelen gegrond. Tijdelijke doorhaling voor drie maanden.

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:83 Accountantskamer Zwolle 18/350 Wtra AK

    Klacht over het niet betalen van een vergoeding hoewel betrokkene daartoe door het Hof is veroordeeld, en het niet inschakelen van de beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Gebleken is dat betrokkene inmiddels een betalingsregeling heeft getroffen. Ook heeft hij onweersproken gesteld dat hij een tegenvordering heeft op klager, zodat dit klachtonderdeel ongegrond is. Betrokkene heeft zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekering wel aangesproken zodat dit klachtonderdeel feitelijke grondslag mist en eveneens ongegrond is.

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:84 Accountantskamer Zwolle 18/790 Wtra AK

    Klachten over onderzoek naar de grondslag van uitlatingen klaagster in radioprogramma. Betrokkene heeft klaagster bij de start van het onderzoek geen van belang zijnde informatie over haar rol en de doelstelling van het onderzoek onthouden. Dat betrokkene als accountant dient te handelen in het algemeen belang staat er niet aan in de weg een onderzoek in te stellen naar de grondslag van uitlatingen van klaagster. Niet aannemelijk is gemaakt dat vragen die bij klaagster leefden en stukken die openbaar gemaakt moesten worden, licht konden werpen op die grondslag en daarom hoefden die vragen niet betrokken te worden in het onderzoek. Het niet beantwoorden van die vragen en het niet openbaar maken van die stukken doet dan ook geen afbreuk aan de waarheidsvinding met betrekking tot die grondslag. Het is voor een accountant niet verboden gegevens te verzamelen en aan te leveren ter onderbouwing van een partijstandpunt en daarmee het belang van die partij te dienen, mits de accountant zich daarbij houdt aan het fundamentele beginsel van objectiviteit dat wil zeggen zich bij zijn afwegingen niet ongepast laat beïnvloeden. Dat betrokkene dat niet heeft gedaan is niet aannemelijk gemaakt. Betrokkene heeft ook geen onjuiste indruk gewekt in het rapport over de betrokkenheid van klaagster bij de inhoud van het rapport.

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:81 Accountantskamer Zwolle 17/1265 Wtra AK

    Klacht deels verjaard omdat de verweten gedragingen op het moment van indienen van de klacht meer dan 6 jaar oud waren. Tegen betrokkene is eerder een klacht door het OM ingediend. Verweer van ne-bis-in-idem slaagt in ieder geval niet indien tijdens het aanhangig zijn van de eerste klacht in eerste aanleg door een andere partij ter zake (deels) dezelfde gedragingen en hetzelfde feitencomplex eveneens een klacht wordt ingediend. Zulks is wat betreft de ontvankelijkheid van de tweede klacht/klager niet anders, indien, nadat de tweede klacht is ingediend, op de eerste klacht door de Accountantskamer inmiddels een eindbeslissing is gegeven, ook niet als die eindbeslissing onherroepelijk zou zijn geworden. De kern van een deel van de klacht komt overeen met een inmiddels gegrond verklaard onderdeel van de eerder door het OM ingediende klacht. De Accountantskamer neemt dat oordeel uit de eerdere zaak in de huidige, door de andere klager ingediende tweede klachtzaak over en laat buiten bespreking wat de tweede klager aan diens klacht op dit onderdeel nog verder ten grondslag heeft gelegd. Nieuwe klacht op verschillende onderdelen ongegrond bij gebreke aan voldoende substantiering in het klaagschrift.