Zoekresultaten 1421-1430 van de 1572 resultaten
-
ECLI:NL:TADRSHE:2024:46 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-676/DB/LI
- Datum publicatie: 19-03-2024
- Datum uitspraak: 18-03-2024
- ECLI:NL:TADRSHE:2024:46
Raadsbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat over de financiële gang van zaken. Het verwijt dat verweerster, zonder klaagster vooraf te informeren en ondanks het feit dat zij was toegevoegd, honorarium bij klaagster in rekening heeft gebracht, is deels niet-ontvankelijk op grond van artikel 46g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet en deels ongegrond. Van handelen in strijd met gedragsregel 18 is niet gebleken. Het verwijt dat verweerster klaagster het verschil in premie voor verweersters beroepsaansprakelijkheidsverzekering gedurende drie jaar heeft laten betalen is eveneens op grond van artikel 46g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2024:47 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-524/DB/ZWB
- Datum publicatie: 19-03-2024
- Datum uitspraak: 18-03-2024
- ECLI:NL:TADRSHE:2024:47
Verzet. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en voorts rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2024:48 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-114/DB/OB
- Datum publicatie: 19-03-2024
- Datum uitspraak: 19-03-2024
- ECLI:NL:TADRSHE:2024:48
Voorzittersbeslissing. De klacht vloeit voort uit een zakelijk geschil en heeft betrekking op gedragingen van verweerder als privépersoon en niet op gedragingen van verweerder die verband houden met zijn beroepsuitoefening als advocaat. Voor het ernstige verwijt dat verweerder zich heeft schuldig gemaakt aan diefstal heeft de voorzitter in de overgelegde stukken geen enkel aanknopingspunt gevonden en van gedragingen die absoluut ongeoorloofd moeten worden geacht en het vertrouwen in de advocatuur ondermijnen is evenmin gebleken. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2024:44 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-563/DB/ZWB
- Datum publicatie: 19-03-2024
- Datum uitspraak: 18-03-2024
- ECLI:NL:TADRSHE:2024:44
Raadsbeslissing. Klacht tegen advocaat in hoedanigheid van deken. De raad is van oordeel dat niet is gebleken dat verweerder zich bij de vervulling van de functie van deken op de punten die in deze tuchtzaak aan de orde zijn zodanig heeft gedragen dat daardoor het vertrouwen in de advocatuur is geschaad. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:60 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-682/AL/MN
- Datum publicatie: 18-03-2024
- Datum uitspraak: 26-02-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:60
Raadsbeslissing. Klachten over de advocaat van de wederpartij zijn door de raad ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:61 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-692/AL/MN
- Datum publicatie: 18-03-2024
- Datum uitspraak: 26-02-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:61
De raad heeft geoordeeld dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld omdat hij een klacht van klager onvoldoende voortvarend bij zijn verzekeraar heeft gemeld en klager daarover niet goed op de hoogte heeft gehouden. De ernst van dit handelen en nalaten rechtvaardigt in beginsel de oplegging van een maatregel. Gelet echter op de omstandigheid dat verweerder geen advocaat meer is, dient de oplegging van een maatregel geen redelijk doel meer. Er zal daarom worden volstaan met de gegrondverklaring van de klacht, zonder oplegging van een maatregel.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:62 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-441/AL/OV
- Datum publicatie: 18-03-2024
- Datum uitspraak: 26-02-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:62
Verzet. De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2024:43 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24/053/DB/LI/D
- Datum publicatie: 18-03-2024
- Datum uitspraak: 18-03-2024
- ECLI:NL:TADRSHE:2024:43
Dekenbezwaar. Verweerder heeft zich, ondanks een eerdere tuchtrechtelijke veroordeling en langdurige schorsing wegens het handelen in strijd met aan een gedetineerde cliënt opgelegde beperkingen, opnieuw schuldig gemaakt aan handelen in strijd met aan een gedetineerde cliënt opgelegde beperkingen. Aldus heeft verweerder opnieuw in ernstige mate tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld en het vertrouwen in de advocatuur in ernstige mate geschaad. Gelet op de ernst van het aan verweerder gemaakte tuchtrechtelijk verwijt en zijn antecedentenlijst ziet de raad het beeld van een advocaat die blijk geeft zich onvoldoende bewust te zijn van voor de advocatuur elementaire beginselen en regelgeving en zich onvoldoende rekenschap geeft van de belangen die daarmee worden gediend. Ter zitting heeft verweerder er geen blijk van gegeven inzicht te hebben in het kwalijke van zijn handelen. Uit de houding van verweerder, ook in deze procedure, is op te maken dat hij de ernst van de situatie blijkbaar niet inziet. De ernst van de verweten gedraging, verweerders houding ter zitting, het recidiverende karakter van verweerders misdragingen en zijn tuchtrechtelijk verleden laten geen andere keus dan de maatregel van schrapping. De raad zal op grond van het bovenstaande aan verweerder de maatregel van schrapping van het tableau opleggen.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:58 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-901/AL/NN/D
- Datum publicatie: 18-03-2024
- Datum uitspraak: 18-03-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:58
Dekenbezwaar. De deken heeft naar aanleiding van een eerder tegen verweerder ingediend dekenbezwaar zeven dossiers bij hem opgevraagd. Op basis van de bevindingen van dat onderzoek in die zaken, waartegen verweerder bewust geen met stukken onderbouwd verweer heeft gevoerd, is de raad van oordeel dat verweerder op ernstige wijze is tekortgeschoten in zijn zorgplicht richting zijn cliënten in de zin van artikel 46 Advocatenwet. Verweerder heeft daarnaast in (een aantal van) die zaken in strijd met de kernwaarden deskundigheid en onafhankelijkheid gehandeld (artikel 10a lid 1 Advocatenwet). Verweerder heeft zich richting de deken gedragen op een wijze die een advocaat niet betaamt door haar toezichthoudende taak te frustreren (gedragsregel 29) en door de deken, vooral tijdens de zitting van de raad, herhaaldelijk persoonlijk aan te vallen en zelfs een bedreigende toon aan te slaan én ongefundeerde insinuaties richting de deken te maken. Verweerder miskent daarbij dat de persoon van de deken losstaat van het instituut van de deken. Tijdens de zitting is de raad ook gebleken dat verweerder geen enkel inzicht heeft in het laakbare van zijn handelen en dat hij de deken ongefundeerd beschuldigt van een hetze tegen hem. De raad heeft ook, gezien de opstelling van verweerder, grote zorgen over een goede belangenbehartiging van toekomstige cliënten van verweerder. Verweerder heeft zich ook niet stuurbaar getoond en lijkt geenszins bereid om zijn houding te veranderen of zich daarbij te laten coachen. Verweerder lijkt zich niets gelegen te laten liggen aan de regels die voor elke advocaat gelden, maar vaart in plaats daarvan volledig zijn eigen koers. Nu verweerder meer dan duidelijk heeft gemaakt dat hij niet anders zal optreden dan hij nu doet, komt de raad tot de conclusie dat verweerder dan niet thuis hoort in de advocatuur. Verweerder wordt dan ook geschrapt.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:59 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-679/AL/NN
- Datum publicatie: 18-03-2024
- Datum uitspraak: 26-02-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:59
Ongegrond verzet.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 142
- Pagina: 143
- Pagina: 144
- ...
- Pagina: 158
- Volgende pagina zoekresultaten