Zoekresultaten 12561-12570 van de 42824 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:89 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180338

    Beklag ex artikel 5 Advocatenwet (weigering verzoek inschrijving op tableau). Het hof is van oordeel dat sprake is van gegronde vrees dat verweerder in de toekomst inbreuk zal maken op wet- en regelgeving of tuchtrechtelijk verwijtbaar zal handelen, omdat hij bij zijn (tweede) verzoek om inschrijving blijk heeft gegeven van handelen waarvoor hij eerder tuchtrechtelijk veroordeeld is: nonchalance, onzorgvuldigheid en slordigheid.  De stukken bij zijn verzoek zijn incompleet dan wel incorrect en de financiën lijken niet op orde. Daarbij is op basis van de begroting en het businessplan onvoldoende duidelijk hoe verweerder zijn praktijk denkt op te bouwen en vorm te geven. Ook is het kantoor waar verweerder zijn praktijk denkt onder te brengen niet met concrete toezeggingen gekomen over de zaakinstroom van  verweerder noch over de duurzaamheid van de beoogde samenwerking. Beklag ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:130 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-469/DB/OB

    Het staat een advocaat vrij om in het belang van -de ontwikkeling van- de kinderen de transgender identiteit aan de orde te stellen. Geen sprake van discriminatie. Advocaat mag bewijsstukken waaronder niet aan hem gerichte emails in het geding brengen. Klacht over advocaat/client relatie van de wederpartij is kennelijk niet-ontvankelijk.  

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:96 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180174

    Klacht over eigen advocaat. Verweerder heeft zich voldoende ingespannen door de uitgever tweemaal aan te schrijven en die door te sturen aan klaagsters en klaagsters te adviseren een registeraccountant onderzoek te laten doen. Nu klaagsters dit advies afwezen stond het verweerder vrij een civiele procedure te ontraden. Niet gebleken is dat verweerder tekort is geschoten in zijn zorg jegens zijn cliënten. Klacht ongegrond. Gedeeltelijke vernietiging (t.a.v. gegrondverklaring en maatregel).

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:104 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190007

    Klacht over eigen advocaat. De termijn ex art. 46g Advw is verstreken. Er is meer dan drie jaar verstreken sinds het handelen van verweerder op het moment dat klaagster haar klacht heeft ingediend. Klaagster is niet-ontvankelijk in haar klacht. 

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:131 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-434 DB/LI

    Klacht deels niet-ontvankelijk ogv art. 46g Advocatenwet wegens verstrijken van de daar genoemde termijn en deels kennelijk ongegrond wegens ontbreken feitelijke grondslag.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:90 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180279

    Klacht over eigen advocaat. Appel alleen ingesteld door klaagster, onvoldoende gebleken dat klager sub 2 ook in appel is gekomen. Klacht deels niet-ontvankelijk omdat de klacht ziet op gedragingen in 2013 en de klacht is ingediend in 2017. Klacht voor het overige ongegrond. De kantonrechter heeft de vordering van verweerders kantoor ter zake van de openstaande declaratie toegewezen. Dat verweerder ten onrechte een incassoprocedure aanhangig heeft gemaakt en in die procedure onwaarheden heeft verkondigd en valsheid in geschrifte heeft gepleegd is niet gebleken. Deels niet-ontvankelijk, deels ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:97 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180134

    Herstelbeslissing. Per abuis was in het dictum tweemaal een reiskosten veroordeling opgenomen en geen griffierecht opgenomen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:105 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180339

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Dat verweerster in de verdelingsprocedure heeft gesteld dat sprake is van een schuur en in de pachtprocedure heeft gesteld dat slechts sprake is van een overkapping betekent niet dat zij bewust de feiten heeft verdraaid nu de kwalificatie pas relevant werd in de pachtprocedure. Evenmin onnodig grievend uitgelaten. Ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad. 

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:232 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.114

    De klacht heeft betrekking op de overleden broer van klager. Klager maakt bezwaar tegen de weigering het medisch dossier van zijn broer aan hem over te dragen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klager niet ontvankelijk verklaard in zijn klacht. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klager verworpen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:130 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/644437 / DW RK 18/122

      Klacht gegrond. Maatregel: geldboete. Klaagster beklaagt zich er over dat de gerechtsdeurwaarder misbruik van recht heeft gemaakt door beslag te leggen op de beheer –en leefgeldrekening van cliënte van klaagster, omdat de gerechtsdeurwaarder wist dat de rekening uitsluitend uit een bron werd gevoed waarvoor een beslagvrije voet van toepassing was.