Zoekresultaten 12441-12450 van de 42842 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:134 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180252

    Klacht over advocaat wederpartij. Verweerster heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door in haar brief aan klaagster feitelijk onjuist te stellen dat klaagster recht heeft op een AOW-uitkering, nu klaagster in de gelegenheid is gesteld om op verweersters brief te reageren en de daarin gestelde feiten te weerleggen, en zij door de onjuiste mededeling van verweerster niet in haar belangen geschaad. Inhoud en toonzetting brief niet onnodig grievend en tijdstip verzending is evenmin tuchtrechtelijk ontoelaatbaar. Grenzen vrijheid advocaat wederpartij niet overschreden. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:147 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190062

    De door klager ingediende klacht was door de voorzitter van de raad kennelijk ongegrond verklaard. Klager had daartegen verzet ingesteld, welk verzet door de raad ongegrond was verklaard. Klager heeft vervolgens tegen deze beslissing van de raad een beroepschrift ingediend bij het hof. Het hof verwijst naar artikel 46h lid 7 van de Advocatenwet en komt tot het oordeel dat de Advocatenwet aan klager niet de mogelijkheid biedt om in hoger beroep te komen van de beslissing van de raad. Het ingestelde beroep wordt daarom verworpen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:128 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180316

    Beklag art. 13 Advocatenwet (aanwijzing advocaat). Klager heeft de deken verzocht om aanwijzing van een advocaat in een procedure bij de Raad van Discipline en voor een procedure bij een huurcommissie. De deken heeft het verzoek afgewezen omdat geen sprake is van zaken waarbij een vertegenwoordiging door een advocaat is voorgeschreven, dan wel uitsluitend door een advocaat kan geschieden. Het hof oordeelt dat de deken het verzoek op juiste gronden heeft afgewezen en verklaart het beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:141 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180265

    Klacht over eigen advocaat. Kwaliteit van de dienstverlening. Verweerder zou de bezwaarzaak van klager niet zorgvuldig hebben aangepakt; ondeskundig zijn; gebrekkig of leugenachtig hebben gecommuniceerd met klager en een denigrerende houding jegens klager hebben aangenomen. In hoger beroep heeft klager onder meer aangevoerd dat verweerder tijdens de hoorzitting niet heeft gehandeld op basis van een vooraf besproken strategie. Het hof leidt echter uit het verslag van de hoorzitting af, dat verweerder tevoren met klager een inhoudelijke bespreking heeft gevoerd en hierbij heeft getracht om klager te overtuigen van de strategie om in onderling overleg met de gemeente tot een oplossing te komen. Ook heeft verweerder toen aangegeven dat hij hierover, na de hoorzitting, nogmaals in overleg zal treden met klager. Blijkens dit verslag heeft klager op dat moment ook niet tegengesproken dat hij hiertoe bereid was. Mede gelet op de uitkomst van de nadien – door een andere gemachtigde –  gevoerde bestuursrechtelijke procedure tegen de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van klager, valt de door verweerder gekozen koers volgens het hof binnen de bandbreedte van de hiervoor geldende kwaliteitseisen. Niettemin kan het hof wel enig begrip opbrengen voor het ongenoegen van klager over de wijze waarop verweerder zich heeft opgesteld tijdens de hoorzitting. Een door de advocaat gekozen koers kan juist zijn, maar de uitvoering daarvan moet niet zo zijn dat de advocaat in de perceptie van zijn cliënt, afstand van hem neemt. Naar het oordeel van het hof is dat echter onvoldoende ernstig om te kunnen oordelen dat sprake is van een tuchtrechtelijk verwijtbare houding van verweerder jegens klager. Bekrachtiging van de beslissing van de raad (klacht ongegrond).

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:135 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180256

    Klacht over eigen advocaat. Niet kan worden vastgesteld dat verweerder klaagster niet naar behoren bijgestaan bij de afwikkeling van de echtscheiding. Verweerder heeft vanaf het begin duidelijk gemaakt dat hij het kort geding niet als strategisch wilde inzetten. Klaagster (jurist) heeft dat kunnen begrijpen en ingestemd met de door verweerder voorgestelde strategie. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:148 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190101

    Voorzittersbeslissing. Klager is niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep, omdat hij de beroepstermijn heeft overschreden. De voorzitter heeft begrip voor zijn persoonlijke situatie maar ziet hierin geen grond voor verschoning van de termijnoverschrijding.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:129 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180230

    Bekrachtiging beslissing van de raad. Klacht tegen advocaat tegenpartij in arbeidszaak ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:249 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170262H

    Herzieningsverzoek. Verzoeker heeft aan zijn herzieningsverzoek ten grondslag gelegd dat het hof een fundamenteel rechtsbeginsel heeft geschonden. Ter onderbouwing heeft verzoeker aangevoerd dat de uitspraak van de raad, die door het hof is bekrachtigd, is gebaseerd op aannames die zijn gedaan op basis van vervalste e-mailberichten. Het indienen van de klacht is volgens verzoeker destijds ingegeven doordat klaagster de declaratie niet wilde betalen. Het hof overweegt dat de  argumenten die verzoeker ten grondslag heeft gelegd aan zijn verzoek om herziening door hem reeds zijn aangevoerd in de voorgaande procedures en door het hof zijn betrokken in zijn oordeelsvorming. Het betreft derhalve een herhaling van zetten. Ook in het kader van deze procedure is het hof niet gebleken dat er tuchtrecht is gesproken op grond van vervalste bewijsmiddelen. Verzoeker heeft dan ook geen deugdelijke grond naar voren gebracht waaruit het hof zou kunnen dan wel moeten afleiden dat geen sprake is geweest van een eerlijk proces. Het hof concludeert derhalve dat het verzoek om herziening dient te worden verworpen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:142 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180266

    Klacht over eigen advocaat. Kwaliteit van de dienstverlening. Verweerder zou klaagster geen opdrachtbevestiging hebben gestuurd;  klaagster niet hebben geadviseerd over de slagingskansen en risico’s van de procedures, klaagster ook overigens niet op een juiste wijze hebben geadviseerd en bijgestaan en voor klaagster een verweer hebben gevoerd dat niet zou voldoen aan de redelijkerwijs daaraan te stellen eisen. Het hof overweegt dat voor klaagster een belangrijk punt was of zij, behalve met een fors hogere huur, ook geconfronteerd zou worden met een groot bedrag aan inmiddels opgelopen huurachterstand. Een advocaat dient zijn cliënt op de hoogte brengen van belangrijke feiten en informatie en waar nodig ter voorkoming van misverstand of onzekerheid, deze schriftelijk aan zijn cliënt te bevestigen. In het dossier ontbreekt echter een brief van verweerder waarin hij een en ander duidelijk aan klaagster uiteen zet. Ook is door verweerder niet kenbaar rekening gehouden met en geïnformeerd over het maandelijks oplopen van deze achterstand. Het bewijsrisico dat niet komt vast te staan of voldoende is geadviseerd, ligt bij verweerder, nu het volgens verweerder wel gegeven advies niet schriftelijk is vastgelegd. Het is daarmee niet gezegd dat de procedure voor klaagster anders zou zijn verlopen of afgelopen, maar haar klacht dat verweerder haar onvoldoende het risico van een grote nabetaling onder de aandacht heeft gebracht, acht het hof anders dan de raad gegrond. Voor het overige bekrachtigt het hof de beslissing van de raad. Oplegging waarschuwing. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:136 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180307

    Klacht over advocaat wederpartij. Niet is komen vast te staan dat verweerster mededelingen heeft gedaan waarvan zij de onjuistheid kende of redelijkerwijs kon kennen. Verweerster had tegenover klaagster, haar wederpartij, geen geheimhoudingsplicht. Verweerster was gerechtigd om haar cliënt in te lichten over haar gesprekken met klaagster. Klacht terecht ongegrond verklaard: bekrachtiging.