Zoekresultaten 11741-11750 van de 43488 resultaten
-
ECLI:NL:TNORSHE:2019:37 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2019/27
- Datum publicatie: 20-02-2020
- Datum uitspraak: 13-12-2019
- ECLI:NL:TNORSHE:2019:37
Erfdienstbaarheid. De notaris heeft in 2012 een akte gepasseerd waarbij (mede) ten dienste van klagers een erfdienstbaarheid is gevestigd, waardoor zij recht kregen op toegang tot de openbare weg. Op verzoek van de eigenaren van de dienende erven (de opdrachtgevers) heeft de notaris in 2019 ambtshalve een proces verbaal van verbetering ex 45 lid 2 Wna opgesteld en ingeschreven in de registers, waarbij de erfdienstbaarheid buiten medeweten en zonder instemming van klagers in hun nadeel anders is omschreven en de toegang tot de openbare weg niet meer wordt vermeld. Daardoor heeft de akte materieel een andere inhoud gekregen. Nu geen sprake is geweest van verbetering van een kennelijke schrijffout of kennelijke misslag als bedoeld in 45 lid 2 Wna vindt de kamer het tuchtrechtelijk verwijtbaar dat de notaris in de gegeven omstandigheden gebruik heeft gemaakt van een proces-verbaal van verbetering als bedoeld in dat wetsartikel. Nu niet is gesteld of gebleken dat de erfdienstbaarheid op verzoek van de opdrachtgevers door de rechter was gewijzigd toen zij de notaris benaderden, is de kamer van oordeel dat daaruit volgt dat de notaris de opdracht alleen rechtsgeldig zou kunnen uitvoeren als de eigenaren van de heersende erven instemden met die wijziging. In lijn met de uitspraak van de hoogste notariële tuchtrechter (ECLI:NL:GHAMS:2018:166) is de kamer van oordeel dat het in de gegeven omstandigheden op de weg van de notaris had gelegen aan zijn opdrachtgevers te vragen of zij hem toestemming verleenden om contact op te nemen met klagers om te verifiëren of zij instemden met de beoogde wijziging. Dat heeft de notaris echter niet gedaan. Als de opdrachtgevers de gevraagde toestemming niet aan de notaris zouden hebben verleend, zou het de notaris gelet op zijn notariële geheimhoudingsplicht inderdaad niet toegestaan zijn geweest om zich desalniettemin tot klagers te richten. Dan had de notaris zich vervolgens moeten beraden over de vraag of hij aanleiding had om zijn ministerie te weigeren of op te schorten. Omdat niet bekend was of klagers instemden met de beoogde wijziging en deze daardoor niet rechtsgeldig tot stand kon komen zonder dat de rechter daarover zou hebben geoordeeld, had het op de weg van de notaris had gelegen om zich terughoudend op te stellen en aan zijn opdrachtgevers kenbaar te maken dat hij zijn ministerie zou weigeren of zou opschorten in afwachting van een rechterlijke beslissing uit hoofde waarvan de notaris bevoegd of gehouden zou zijn om zijn ministerie aan hen te verlenen. Klacht gegrond met oplegging van een schorsing voor de duur van een week en proceskostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2020:5 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2019/40
- Datum publicatie: 20-02-2020
- Datum uitspraak: 20-01-2020
- ECLI:NL:TNORSHE:2020:5
Klacht over de manier waarop de notaris de bezwaren heeft behandeld die klager had geuit over de dienstverlening van een kantoorgenote (toegevoegd notaris) van de notaris. Klager heeft ook een klacht ingediend tegen deze toegevoegd notaris, waarop de kamer afzonderlijk heeft beslist (SHE/2019/39). De kamer vindt dat de notaris in de gegeven omstandigheden telkens voortvarend, voldoende zorgvuldig en serieus op de bezwaren van klager heeft gereageerd. Daarbij neemt de kamer mede in aanmerking dat de notaris naar voren heeft gebracht dat er maatregelen zijn/zullen worden genomen om herhaling van gemaakte (slordigheids)fouten te voorkomen. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2020:22 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 171/2019
- Datum publicatie: 20-02-2020
- Datum uitspraak: 20-02-2020
- ECLI:NL:TGZRZWO:2020:22
Rapport van een door een verzekeraar ingeschakeld medisch adviseur (beklaagde) voldoet op onderdelen niet aan de daaraan te stellen eisen; beklaagde vermeldt niet de medische stukken waarop het advies berust; beklaagde vermeldt niet altijd zijn bronnen; beklaagde treedt buiten de grenzen van zijn deskundigheid. Klacht gegrond; waarschuwing.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2020:6 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2019/39
- Datum publicatie: 20-02-2020
- Datum uitspraak: 20-01-2020
- ECLI:NL:TNORSHE:2020:6
Klacht over dienstverlening van toegevoegd notaris, omdat niet direct een code aan klager is toegestuurd toen hij liet weten dat hij gebruik wilde maken van versleutelde e-mailcorrespondentie, terwijl ook de tenaamstelling van correspondentie onvolledig was en de communicatie over de passeerdatum niet goed is verlopen. De kamer vindt het weliswaar tuchtrechtelijk verwijtbaar dat er onder verantwoordelijkheid van de toegevoegd notaris in het dossier van klager meerdere (slordigheids)fouten zijn gemaakt, maar de kamer acht deze fouten, hoe vervelend ook, niet zo ernstig dat deze het opleggen van een maatregel rechtvaardigen. Op de klacht van klager tegen een kantoorgenoot van de toegevoegd notaris over de wijze waarop deze kantoorgenoot heeft gereageerd op de bezwaren van klager over de toegevoegd notaris, heeft de kamer afzonderlijk beslist (SHE/2019/40).
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2020:19 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 120/2019
- Datum publicatie: 20-02-2020
- Datum uitspraak: 20-02-2020
- ECLI:NL:TGZRZWO:2020:19
Klacht dat beklaagde (arts, toen nog arts-assistent) slechts telefonisch met haar supervisor, een internist, en met een neuroloog heeft overlegd. Het college acht de klacht kennelijk ongegrond. Gelet op de in het tuchtrecht geldende persoonlijke aanspreekbaarheid, kan het beklaagde niet worden aangerekend dat de benaderde internist en neuroloog besloten hebben klager niet persoonlijk te onderzoeken. Niet is gebleken dat beklaagde de specialisten onjuist of onvolledig heeft ingelicht. Ook kan niet worden geoordeeld dat beklaagde reden had om bij de specialisten aan te dringen op persoonlijk onderzoek. Deze zaak hangt samen met de zaken 147 en 148/2019.
-
ECLI:NL:TAHVD:2020:60 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190180
- Datum publicatie: 20-02-2020
- Datum uitspraak: 07-02-2020
- ECLI:NL:TAHVD:2020:60
Geen doorbreking appelverbod. Wat klagers hebben gesteld over door hen aangedragen feiten waarop de raad niet is ingegaan betreft niet het beginsel van hoor en wederhoor, maar de inhoud van de beslissing en daarmee de motivering. Hoger beroep niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TNORARL:2019:75 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/362933 / KL RK 19-160
- Datum publicatie: 20-02-2020
- Datum uitspraak: 30-12-2019
- ECLI:NL:TNORARL:2019:75
Het notarisambt van de oud-notaris wordt vanaf 1 januari 2011 waargenomen. Het is de kamer ambtshalve bekend dat het protocol van de oud-notaris nog niet is toegewezen aan een opvolgend notaris. Voordat de voorzitter van de kamer (ambtshalve) een beslissing kan nemen over een eventuele verlenging van de waarneming met maximaal een jaar, dient de kamer te beoordelen of ontheffing kan worden verleend als bedoeld in de laatste zin van artikel 29 lid 4 Wna. Naar het oordeel van de kamer is niet gebleken van feiten of omstandigheden die de conclusie rechtvaardigen dat sprake is van een bijzonder geval dat een verdere verlenging van de waarnemingsperiode rechtvaardigt. Nu het protocol van de oud-notaris reeds sinds 1 januari 2011 vacant is, heeft de Minister ruimschoots de gelegenheid gehad om op grond van artikel 15 Wna een notaris aan te wijzen om het protocol van de oud-notaris over te nemen. Daarbij merkt de kamer op dat, in lijn met de genoemde uitspraak van het Gerechtshof, zij van oordeel is dat ook van de KNB verwacht mag worden dat – als er geen verzoek tot overname van het protocol van de oud-notaris door een notaris wordt ingediend - zij de Minister verzoekt om een notaris aan te wijzen om het protocol over te nemen. Dit vloeit voort uit haar in artikel 61 Wna omschreven taak.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2020:16 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-826 DB/OB
- Datum publicatie: 19-02-2020
- Datum uitspraak: 11-02-2020
- ECLI:NL:TADRSHE:2020:16
Terzake de klachtonderdelen 1,2,3 en 4 geldt dat niet is gebleken dat klager rechtstreeks in zijn belang is of kan worden getroffen, zodat de klachtonderdelen 1,2,3 en 4 kennelijk niet-ontvankelijk zijn. Klachtonderdeel 5 is ongegrond. Er is geen advocaat-cliënt relatie tot stand gekomen en niet is gebleken dat verweerder niet heeft gereageerd.
-
ECLI:NL:TAHVD:2020:29 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190093
- Datum publicatie: 19-02-2020
- Datum uitspraak: 10-02-2020
- ECLI:NL:TAHVD:2020:29
Klacht tegen advocaat, inhoudende dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld doordat hij het verzoek van klager heeft genegeerd om, indien klager inderdaad niet de cliënt van verweerder is geweest, het door hem betaalde bedrag terug te storten. Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, zodat de grieven van klager worden verworpen. De beslissing van de raad wordt bekrachtigd.
-
ECLI:NL:TADRARL:2020:37 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-607
- Datum publicatie: 19-02-2020
- Datum uitspraak: 17-02-2020
- ECLI:NL:TADRARL:2020:37
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond. Verweerder heeft de grenzen van de hem toekomende vrijheid niet overschreden. Verweerder is niet gehouden jegens klaagsters de onderbouwing van zijn aansprakelijkstelling weer te geven in de vorm van overlegging van de anonieme getuigenverklaringen die hij van zijn cliënte heeft ontvangen.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1174
- Pagina: 1175
- Pagina: 1176
- ...
- Pagina: 4349
- Volgende pagina zoekresultaten