Zoekresultaten 9921-9930 van de 42312 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:122 Raad van Discipline Amsterdam 20-265/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond. Dat verweerder heeft toegezegd het gehele door klager betaalde bedrag voor een oriënterend gesprek aan klager terug te betalen heeft klager tegenover de betwisting daarvan door verweerder niet onderbouwd.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:116 Raad van Discipline Amsterdam 20-098/A/A

    Ongegronde klacht over de advocaat van de wederpartij. Door het verzoek om verlenging spreektijd vijftien minuten na het versturen daarvan aan het hof aan de advocaat van klager te sturen heeft verweerder voldaan aan het bepaalde in Gedragsregel 21 lid 1. De onjuistheid in de pleitnota van verweerder is voorts onvoldoende zwaarwegend om hem daarvan een tuchtrechtelijk verwijt te maken.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:123 Raad van Discipline Amsterdam 20-267/A/NH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in alle onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:117 Raad van Discipline Amsterdam 19-846/A/A

    Klacht over de advocaat van de wederpartij deels niet-ontvankelijk vanwege het ontbreken van een rechtstreeks belang dan wel tijdsverloop en deels ongegrond. Geen strijd met Gedragsregel 3 lid 6. De feitelijke onjuistheden die klager noemt zien op het inhoudelijke geschil en zijn aan de civiele rechter om te beoordelen. Nu klager geen client van verweerder was rustte op verweerder niet de verplichting de tekst van de overeenkomst en de borgstelling met de mogelijke gevolgen daarvan te bespreken.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:124 Raad van Discipline Amsterdam 20-269/A/NH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over belastering door de advocaat van de wederpartij deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:118 Raad van Discipline Amsterdam 19-852/A/NH

    Gegrond verzet omdat de klacht niet kennelijk ongegrond is. Er zal een nieuwe datum bepaald worden voor de behandeling van de klacht.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:125 Raad van Discipline Amsterdam 20-268/A/NH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:119 Raad van Discipline Amsterdam 20-087/A/NH

    Gegronde klacht over regel 7 lid 4 van de Gedragsregels 1994; verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door voor de man tegen klaagster op te treden, terwijl zijn (voormalige) kantoorgenoot eerder als mediator voor klaagster en de man is opgetreden.  Verweerder heeft daarnaast tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door in de gegeven omstandigheden tot beslaglegging over te gaan. Berisping en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2020:126 Raad van Discipline Amsterdam 20-288/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij deels kennelijk ongegrond en deels kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2020:11 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2019/54

    Klager verwijt de kandidaat-notaris dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld bij de financiële afwikkeling van de overdracht van de aan hem en zijn ex-echtgenote in eigendom toebehorende woning. Volgens klager heeft de kandidaat-notaris, in strijd met de beschikkingen van de rechtbank en het hof, de gehele overwaarde aan de ex-echtgenote uitgekeerd. De kamer volgt de kandidaat-notaris in het door hem gevoerde verweer. De kamer is van oordeel dat de kandidaat-notaris de zorgvuldigheid heeft betracht die een behoorlijk handelend kandidaat-notaris betaamt. Bij dit oordeel spelen met name de volgende omstandigheden een rol. a) Tussen klager en de kandidaat-notaris is niet in geschil dat het verkoopsaldo van de woning in beginsel aan klager en zijn ex-echtgenote toekomt, ieder voor de onverdeelde helft. b) Uit de door de kandidaat-notaris overgelegde stukken volgt dat er, voorafgaand aan de levering van de woning, op verzoek van de ex-echtgenote twee executoriale beslagen zijn gelegd ten laste van klager: 1. executoriaal beslag op de aan klager toekomende onverdeelde helft van de woning; en 2. executoriaal derdenbeslag onder het notariskantoor op de aan klager toekomende overwaarde van de woning. De kamer is van oordeel dat de ex-echtgenote op grond van de betreffende beschikkingen ten laste van klager executoriaal beslag kon leggen. Gesteld noch gebleken is dat klager de betreffende vorderingen van de ex-echtgenote al had voldaan. c) Uit de aan het notariskantoor betekende beslagexploten blijkt dat de betreffende beschikkingen aan klager waren betekend. d) De gemachtigde van klager heeft ter zitting erkend dat klager de op 29 mei 2019 door de kandidaat-notaris aan hem gemailde concept-nota’s heeft ontvangen. De kandidaat-notaris heeft klager steeds geïnformeerd over de stand van zaken en de wijze van uitbetaling van het verkoopsaldo van de woning. De klacht wordt ongegrond verklaard.