Zoekresultaten 14861-14870 van de 42242 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:188 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-460

    Voorzittersbeslissing: klacht tegen advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Niet gebleken van enige vorm van misleiding van de deken of de rechter of anderszins onbetamelijk handelen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2018:104 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018/170

        Klaagster verwijt de psychiater dat hij zich grensoverschrijdend (seksueel) over klaagster heeft uitgelaten en een onjuiste verklaring/rapport heeft opgesteld. Tevens verwijt zij de psychiater dat hij geen inzage- of correctierecht heeft toegekend. Daarnaast verwijt zij de psychiater dat hij haar onvoldoende heeft geïnformeerd over de behandeling, dat hij haar maar twee keer heeft gezien en dat hij haar ten onrechte niet heeft doorverwezen naar een andere behandelaar.     Ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:121 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-407/DB/ZWB/H

    Verzoek tot herziening van verzoeker als klagende partij kan niet in behandeling worden genomen. Kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:182 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-060

    De klacht betreft het optreden van verweerder als deken bij de instructie van een klacht en bij de behandeling van een daarmee samenhangende ambtshalve klacht tegen klager bij de raad Den Bosch. Klager verwijt de deken dat hij zich niet onpartijdig boven de partijen heeft gesteld maar is gaan meeprocederen met klagers. De raad overweegt naar aanleiding van de diverse klachtonderdelen als volgt. De deken heeft het commentaar van klager beoordeeld en deze beoordeling heeft geen wijziging in zijn dekenstandpunt gebracht. Het commentaar heeft de deken bij het klachtdossier gevoegd. Daarmee kon hij volstaan. De deken heeft het begrip onbetrouwbaar gebruikt om het gedrag van klager te duiden en daarmee de onverbeterlijkheid van het gedrag van klager willen benadrukken. Het behoorde tot de taak van de deken zijn dekenbezwaar zo helder en volledig mogelijk voor het voetlicht te brengen. Niet is komen vast te staan dat de deken daarmee de grenzen van het toelaatbare heeft overschreden. De deken heeft op basis van zijn toetsingskader een afweging mogen en moeten maken en is tot slotsom gekomen dat een bepaalde klacht die na het dekenbezwaar is ingediend bij de ambtshalve klacht moest worden meegenomen. Dit behoort tot de taak van de deken en daarbij heeft de deken gehandeld binnen de marges van de aan hem verleende vrijheid. De raad ziet niet in dat het voor een deken niet passend is om de woorden “herhaald en ingelast/tot de zijne maken” te gebruiken omdat hij zich daardoor (aldus de klacht) aan de zijde van één van de partijen in de klachtzaak zou scharen. Het overnemen van dergelijke woorden maakt iemand nog niet tot  instrument van de persoon waarvan hij de woorden overneemt. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2018:153 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 318/2017

      klacht tegen bedrijfsarts kennelijk ongegrond. Correcte verzuimbegeleiding. Zorgvuldige adviezen. Invullen van formulier, een wettelijke plicht, en aan klaagster verstrekken is geen schending geheimhoudingsplicht.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2018:176 Raad van Discipline Amsterdam 18-523/A/NH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Niet gebleken dat verweerder excessief heeft gedeclareerd. Gedragsregel 19 (Gedragsregels 1992) dient in beginsel te worden nageleefd, doch in uitzonderlijke gevallen is afwijking mogelijk. In dit geval acht de voorzitter het feit dat verweerder klager niet eerst van zijn voornemen om tot dagvaarding over te gaan in kennis heeft gesteld niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Gelet op het feit dat tussen klager en verweerder was afgesproken een bedrag van € 12.500 onder de deken te storten, was evident dat klager niet vrijwillig zou overgaan tot betaling van de vordering van verweerder. Daarbij dient na deponering van een bedrag onder de deken zo spoedig mogelijk te worden vastgesteld wie de rechthebbende van dat bedrag is. In dat licht kon in redelijkheid niet van verweerder verwacht worden dat hij een kennisgeving deed en een termijn voor beraad gaf alvorens een dagvaarding uit te brengen aan klager. Niet tuchtrechtelijk verwijtbaar dat verweerder met informatie, die via derde bij verweerder terecht is gekomen, beslag heeft gelegd ten laste van klager. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:189 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-486

    Voorzittersbeslissing: klacht voor zover ingediend namens klaagster kennelijk niet-ontvankelijk vanwege het ontbreken van een machtiging. Klacht voor zover ingediend door klager kennelijk ongegrond. Verweerder is niet tekortgeschoten in de door hem aan klager verleende dienstverlening. Verweerder was voorts gehouden de opdracht te beëindigen vanwege een vertrouwensbreuk. Dat klager daarvan processuele schade heeft ondervonden, is niet gebleken.

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:183 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-904

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Een advocaat geniet een ruime mate van vrijheid om de belangen van zijn cliënt te behartigen op de wijze als hem in overleg met zijn cliënt goeddunkt. Deze vrijheid is niet absoluut, maar kan onder meer beperkt worden doordat a) de advocaat zich niet onnodig grievend mag uitlaten over de wederpartij, b) de advocaat geen feiten mag poneren waarvan hij de onwaarheid kent of redelijkerwijs kan kennen, c) de advocaat bij de behartiging van de belangen van zijn cliënt de belangen van de wederpartij niet onnodig of onevenredig mag schaden zonder redelijk doel. Daarbij geldt voorts dat de advocaat de belangen van zijn cliënt dient te behartigen aan de hand van het feitenmateriaal dat zijn cliënt hem verschaft en dat hij in het algemeen mag afgaan op de juistheid daarvan en slechts in uitzonderingsgevallen gehouden is de juistheid daarvan te verifiëren. De advocaat behoeft voorts in het algemeen niet af te wegen of het voordeel dat hij voor zijn cliënt wil bereiken met de middelen waarvan hij zich bedient opweegt tegen het nadeel dat hij daarmee aan de wederpartij toebrengt. Wel moet de advocaat zich onthouden van middelen die op zichzelf beschouwd ongeoorloofd zijn of die, zonder dat zij tot enig noemenswaardig voordeel van zijn cliënt strekken, onevenredig nadeel aan de wederpartij toebrengen. Daarvan is de raad niet gebleken. Wel is de raad opgevallen dat verweerster op enig moment zodanig veel verhinderdata heeft opgegeven dat er in feite geen behandelingsdatum te bepalen viel. Bij het opgeven van verhinderdata dient in het kader van een goede rechtspleging uitgangspunt te zijn dat deze beperkt blijven tot die data waarin het om objectiveerbare redenen niet mogelijk is om ter zitting te verschijnen zodat er voldoende tijd overblijft om een zitting te plannen. Verweerster heeft ter onderbouwing van de vele data die door haar als zijnde verhinderd waren opgegeven naar voren gebracht dat dit op uitdrukkelijk verzoek van haar cliënte is gebeurd en dat dit haar werkdagen waren waarvan zij in die periode geen vrij kon krijgen. En dat deze handelwijze niet is ingegeven door de wens om klager op kosten te jagen. De raad ziet hierin, tegen de achtergrond van de vele procedures tussen partijen, een voldoende verklaring voor de handelwijze van verweerster, terwijl van benadeling niet is gebleken nu de rechtbank met voorbijgaan aan de aangeleverde verhinderdata een zitting heeft bepaald. Daarmee sneuvelt dit klachtonderdeel van klager.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2018:177 Raad van Discipline Amsterdam 18-525/A/NH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij. Hoewel er door verweerder scherpe bewoordingen zijn gebruikt, kunnen ze worden beschouwd als functioneel in het tussen partijen gevoerde debat. De grenzen van acceptabel professioneel gedrag zijn niet overschreden. Gelet op het verweer van verweerder kan voorts niet worden vastgesteld dat verweerder opdracht heeft gegeven voor het weghalen van zaken bij een aan klager sub 1 gelieerde onderneming. Vaststaat wel dat verweerder heeft aangekondigd dat zijn cliënte de goederen de volgende dag zou komen ophalen. Naar het oordeel van de voorzitter heeft verweerder daarmee niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:190 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-313

    Voorzittersbeslissing: klacht over advocaat wederpartij in alle onderdelen kennelijk ongegrond, onder meer omdat een aantal klachtonderdelen civielrechtelijke kwesties betreffen waarover in dit klachtgeding geen oordeel kan worden geveld.