Zoekresultaten 17131-17140 van de 42252 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:240 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-666/DH/RO

    Verweerder heeft een ernstige beroepsfout gemaakt door het griffierecht niet (tijdig) te voldoen. Daarnaast heeft hij niet c.q. onvoldoende gereageerd op verzoeken van klaagster, onder meer om het griffierecht aan haar te retourneren en om contact op te nemen met diverse instanties. Mede gelet op het tuchtrechtelijk verleden van verweerder acht de raad de maatregel van een onvoorwaardelijke schorsing van twee weken passend en geboden. Daarnaast  ziet de raad aanleiding om aan verweerder een voorwaardelijke geldboete van EUR 1.000,- op te leggen, onder de bijzondere voorwaarden dat verweerder binnen 14 dagen na dagtekening van de onderhavige beslissing aan de deken moet hebben aangetoond: 1) dat hij het niet (tijdig) betalen van het griffierecht bij zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar heeft gemeld en 2) dat hij het van klaagster ontvangen griffierecht aan haar heeft geretourneerd.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:253 Raad van Discipline Amsterdam 17-622/A/A

    Verweerder heeft klaagster in het verleden bijgestaan in een geschil dat verband hield met de kwestie waarin verweerder de wederpartij van klaagster later heeft bijgestaan, aangezien in beide zaken de verkoop van hetzelfde onroerend goed centraal staat. Daarmee is sprake van een ter zake doend verband tussen beide zaken. Dat de feiten in beide zaken van  andere aard zijn kan daar niet aan afdoen. Aan de voorwaarde van Gedragsregel 7 lid 5 sub 1 wordt niet voldaan. Voor zover de klacht mede is ingediend namens de raadsman van klaagster is deze niet-ontvankelijk in zijn klacht, nu de bepaling van Gedragsregel 7 lid 4 strekt tot de bescherming van de belangen van klaagster en niet tot die van klager als raadsman van klaagster. Klacht voor zover deze namens klaagster is ingediend gegrond. Gezien specifieke omstandigheden geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:247 Raad van Discipline Amsterdam 17-813/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat kennelijk ongegrond. Het valt verweerster niet tuchtrechtelijk te verwijten dat mr. A is gaan optreden tegen klager. Dat verweerster vertrouwelijke informatie over klager aan mr. A heeft verstrekt heeft klager op geen enkele wijze onderbouwd.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:241 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-512/DH/DH

    Dekenbezwaar. Verweerster is tekort geschoten in haar communicatie richting de deken en heeft in strijd gehandeld met gedragsregel 37. Ook heeft zij in strijd gehandeld met de Verordening op de advocatuur door in het jaar 2016 in het geheel geen opleidingspunten te behalen, en door geen opvolging te geven aan de namens de deken geconstateerde gebreken van haar kantoororganisatie. Verweerster heeft weliswaar meermalen beterschap beloofd, maar heeft tot op heden de daad niet bij het woord gevoegd. Zelfs de aan haar opgelegde schorsing ex artikel 60b Advocatenwet heeft er niet toe geleid dat verweerster op adequate wijze haar verantwoordelijkheid neemt. Zij blijft zich verschuilen achter excuses. De raad is daarom met de deken van oordeel dat verweerster een flinke stok achter de deur nodig heeft en legt aan haar een voorwaardelijke schorsing voor de duur van 26 weken op.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:254 Raad van Discipline Amsterdam 17-289/A/A

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:248 Raad van Discipline Amsterdam 17-778/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:202 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/608753 / DW RK 539.2016

      Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:242 Raad van Discipline Amsterdam 17-753/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Klaagster en verweerder hebben wel persoonlijk contact gehad. Dat verweerder nooit heeft gereageerd op e-mails heeft klaagster niet onderbouwd. Verweerder heeft wel onderzoek gedaan.

  • ECLI:NL:TNORARL:2017:46 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/19030 KL RK 17-45 C/05/19032 KL RK 17-46

      Klager verwijt de notarissen dat zij hebben meegewerkt aan een schenking van vader aan zijn kinderen, terwijl de notarissen wisten dat na de schenking vader onvoldoende vermogen overhield om een vordering op hem die opeisbaar zou worden na zijn overlijden te voldoen.   De werkzaamheden en de advisering ten aanzien van de schenking zijn verricht door de kandidaat-notaris, terwijl de klacht zich richt tegen de notarissen. De notarissen zijn niet betrokken geweest bij het handelen waarover klager zich beklaagt. Het handelen van de kandidaat-notaris is zelfstandig aan het tuchtrecht onderworpen. De kamer komt tot het oordeel dat ten aanzien van de notarissen geen sprake is van verwijtbare gedragingen. De klacht wordt derhalve ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:243 Raad van Discipline Amsterdam 17-754/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht deels niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop en deels kennelijk ongegrond. Het staat verweerder vrij klaagster namens zijn cliënt in rechte te betrekken. Geen strijd met Gedragsregel 7 want geen advocaat-cliënt relatie.