Zoekresultaten 11441-11450 van de 42331 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:218 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-111b

    Ongegronde klacht tegen een anesthesioloog. De anesthesioloog was betrokken bij de time-outprocedure vlak voor de operatie van klaagster. Zij was op dat moment in opleiding en werkte onder verantwoordelijkheid van de dienstdoende anesthesioloog. Zij had geen aanleiding om aan de eerdere beoordeling wat betreft de doorgang te twijfelen. Ook waren er na de eerdere beoordeling geen veranderingen aanwezig. Het grootste risico van de ziekte van klaagster (Polycythemia Vera) bij een operatie bestaat in het ontstaan van trombose en dit risico was door het gebruik van Ascal voldoende weggenomen. De genoemde vermelding van de PV in het dossier behoefde de anesthesioloog, mede gelet op de verdeling van de verantwoordelijkheid voor de anesthesie, niet toe te brengen hiervan expliciet mededeling te doen aan de operateur, noch om te adviseren alsnog te beslissen dat de operatie niet kon worden uitgevoerd. Klacht ongegrond verklaard. 

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:284 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.039

    Klacht tegen een sociaal psychiatrisch verpleegkundige (spv-er), verpleegkundige en een psychiater. De verpleegkundige is werkzaam in een FACT-team van een instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Klaagster was in beeld bij het sociaal team dat een beroep heeft gedaan op de instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Eerst heeft de spv-er samen met de verpleegkundige klaagster benaderd om te kunnen beoordelen of bemoeizorg zou moeten worden verleend. Later heeft de spv-er klaagster nogmaals samen met de psychiater trachten te bezoeken. De klacht van klaagster houdt in dat de verpleegkundige zonder enige behandelingsovereenkomst klaagster heeft lastiggevallen en de privacy en persoonlijke levenssfeer van klaagster heeft geschonden. Ook zijn er gegevens van klaagster opgenomen in een dossier van de instelling, terwijl klaagster daar geen toestemming voor heeft gegeven. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard en afgewezen.  Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2019:52 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2019/31

    Klacht tegen psychiater. Klagers verwijten verweerder dat hij ethische grenzen heeft overschreden door - zonder toestemming daartoe van klaagster en zonder dat daar een onafhankelijk onderzoek of behandelingsrelatie aan ten grondslag lag - in een gerechtelijke procedure uitspraken van medische aard over klaagster te doen. Anders dan verweerder stelt, is het college van oordeel dat het betreffende verslag niet enkel op persoonlijke titel is geschreven. Verweerder heeft in het verslag immers gesproken vanuit zijn professie door conclusies te trekken over de psychische gesteldheid van klaagster en zich ook als zodanig gepresenteerd door gebruik te maken van het briefpapier van zijn werkgever, met ondertekening als psychiater. Het college acht het handelen van verweerder toetsbaar aan de tweede tuchtnorm en is van oordeel dat verweerder zich niet heeft gedragen overeenkomstig de voor zijn beroep geldende normen. Enerzijds heeft hij zich als vriend van het gezin opgesteld en anderzijds is hij op basis van zijn persoonlijke ervaringen en waarnemingen rondom de gezinssituatie in de rol van psychiater naar buiten getreden. Hiermee heeft verweerder het vertrouwen in de beroepsuitoefening geschaad. Dit klachtonderdeel wordt daarom gegrond verklaard. Het college acht, alle omstandigheden in aanmerking genomen, oplegging van de maatregel van waarschuwing passend en geboden. Het college acht het klachtonderdeel, dat verweerder misbruik heeft gemaakt van zijn positie als psychiater door de dochter van klagers te beïnvloeden middels financiële ondersteuning en andere middelen, onvoldoende onderbouwd. Niet duidelijk is geworden op welke wijze deze beïnvloeding, vanuit verweerders beroepsoefening bezien, zou hebben plaatsgevonden. Dit klachtonderdeel wordt daarom ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:219 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-111c

    Ongegronde klacht tegen een anesthesioloog. De anesthesioloog heeft als dienstdoende anesthesioloog op het consultformulier van de preoperatieve screening groen licht gegeven voor de operatie. Hij heeft hierbij het later binnengekomen bericht van de hematoloog over de ziekte van klaagster vermeld. De anesthesioloog had geen aanleiding om aan de beoordeling van de hematoloog wat betreft de doorgang van de operatie te twijfelen. Het grootste risico van de ziekte van klaagster (Polycythemia Vera) bij een operatie bestaat in het ontstaan van trombose en dit risico was door het gebruik van Ascal voldoende weggenomen. Expliciet mededeling doen aan de operateur of de bij de operatie betrokken anesthesiologen hoefde de anesthesioloog niet te doen. Overig klachtonderdeel eveneens ongegrond. Klacht ongegrond verklaard

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:285 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.027

    Klacht tegen forensisch arts. Klaagster was bekend met uitgebreide medisch problematiek en overgewicht en was na onderzoek door een medisch adviseur van de Dienst Justitiële Inrichtingen detentiegeschikt bevonden. Verweerster had de taak toe te zien op medisch verantwoord vervoer van klaagster naar de justitiële instelling. Klaagster verwijt verweerster dat zij ten onrechte heeft gesteld dat klaagster detentiegeschikt en vervoerbaar was en voorts dat zij vooringenomen en onverschillig was, naliet onderzoek te doen en ook overigens haar zorgplicht niet nakwam. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:286 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.028

    Klacht tegen forensisch arts in opleiding. Klaagster was bekend met uitgebreide medisch problematiek en overgewicht en was na onderzoek door een medisch adviseur van de Dienst Justitiële Inrichtingen detentiegeschikt bevonden. Verweerder had de taak toe te zien op medisch verantwoord vervoer van klaagster naar de justitiële instelling. Klaagster verwijt verweerder dat hij ten onrechte heeft gesteld dat klaagster detentiegeschikt en vervoerbaar was en voorts dat hij vooringenomen en onverschillig was, naliet onderzoek te doen en ook overigens zijn zorgplicht niet nakwam. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:220 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-111d

    Ongegronde klacht tegen een orthopedisch chirurg. De orthopeed was alleen betrokken bij de time-outprocedure vlak voor de operatie van klaagster. Er was voor de orthopeed geen aanleiding om aan de beoordeling door de anesthesioloog wat betreft de doorgang van de operatie te twijfelen. Gelet op de pijnscore van klaagster was er niet direct aanleiding tot nader onderzoek. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:221 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-111e

    Ongegronde klacht tegen een internist-hematoloog. De expresbrief van de internist met daarbij de vermelding van de voorlopige diagnose PV was beschikbaar in het dossier. Deze is ook ingezien door de anesthesiologen en de hoofdbehandelaar. Er was derhalve geen reden om nader met hen te overleggen. Het grootste risico van de ziekte van klaagster (Polycythemia Vera) bij een operatie bestaat in het ontstaan van trombose en daar heeft de internist in de expresbrief voor gewaarschuwd. Dit risico werd door het voorgezette gebruik van Ascal reeds voldoende weggenomen. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:215 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-097b

    Ongegronde klacht tegen een anesthesioloog. De anesthesioloog was op dat moment AIOS. Uit het medisch dossier blijkt voldoende dat hij de anamnese heeft afgenomen en aandacht heeft gegeven aan klaagsters cardiale problematiek en medicatie en de daarmee samenhangede risico’s voor de operatie. De anesthesioloog is niet degene geweest die de uitslag van het preoperatieve bloedonderzoek heeft beoordeeld. De ter zitting toegelichte taakverdeling en werkwijze over de beoordeling van bloedonderzoek acht het College aannemelijk. Het was niet nodig om navraag te doen naar eerdere uitslagen van bloedonderzoek. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:222 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-119a

    Ongegronde klacht tegen een orthopeed. Er is geen aanleiding om de orthopeed te verwijten dat hij de eerdere operateur had moeten adviseren van de operatie af te zien. Hij was in die tijd bevoegd en bekwaam tot het verrichten van niet bijzonder gecompliceerde operaties. Ook geen aanleiding om te oordelen dat de orthopeed na de operatie onvoldoende onderzoek naar de aanhoudende klachten van klaagster heeft gedaan. Niet verantwoordelijk voor een mededeling gedaan door iemand anders. Het dossier voldoet verder aan de in die tijd geldende eisen. Klacht ongegrond verklaard.