Zoekresultaten 2311-2320 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:124 Hof van Discipline 's Gravenhage 230093

    Het hof is van oordeel dat klager misbruik maakt van klachtrecht. Volgens het hof moet klager er rekening mee houden dat de deken een volgend verzoek op grond van artikel 13 niet in behandeling zal nemen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:125 Hof van Discipline 's Gravenhage 230039

    Beklag op grond van artikel 13 ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:126 Hof van Discipline 's Gravenhage 220314

    Beklag van klaagster niet-ontvankelijk nu i) beklagtermijn ruimschoots is verlopen en ii) geen sprake is van een afwijzende beslissing van de deken.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:127 Hof van Discipline 's Gravenhage 230199

    Beklag op grond van artikel 13 Aw gegrond. De deken heeft ten onrechte geoordeeld dat klager voor de door hem gewenste procedure geen bijstand van een advocaat nodig heeft. Het hof verwijst de zaak terug naar de deken teneinde opnieuw op het inleidend verzoek te beslissen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:86 Hof van Discipline 's Gravenhage 210311 210312 210313

    Optreden van drie advocaten als externe onderzoekscommissie op grond van (Nederlandse) klachtenregeling van de opdrachtgever. Klachtenregeling geldt als protocol. Kernwaarde onafhankelijkheid brengt mee dat een advocaat die met zijn opdrachtgever afspreekt dat hij voor die opdrachtgever onafhankelijk onderzoek zal verrichten, in een andere relatie tot zijn opdrachtgever komt te staan dan de klassieke advocaat-cliëntrelatie. Er ontstaat dan eenrelatie met een op zichzelf staand karakter (sui generis), waarin de kernwaarde partijdigheid in beginsel niet meer geldt. Ook de kernwaarde van de vertrouwelijkheid kan niet onverkort op de advocaat-onderzoeker van toepassing zijn, omdat die op gespannen voet staat met de plicht van een advocaat-onderzoeker om objectief en onafhankelijk onderzoek te doen. Artikel 10a betreft dus de rol van de advocaat als raadsman en – zie artikel 10a sub e – vertrouwenspersoon (de klassieke advocaat-cliëntrelatie). Als de advocaat als onderzoeker optreedt, is van die klassieke situatie geen sprake en heeft de kernwaarde van de jegens de cliënt te betrachten vertrouwelijkheid geen doorslaggevende waarde. Dit in tegenstelling tot de onafhankelijkheid, die juist voorop staat. De hoedanigheid van onderzoeker brengt ook mee dat de advocaat zich transparant, integer (objectief), onafhankelijk (zelfstandig), deskundig en zorgvuldig dient te gedragen. Die verplichting heeft hij niet alleen naar de opdrachtgever maar (juist) ook naar alle andere betrokkenen bij het onderzoek en derden. Verweerders hebben in strijd gehandeld met hun onderzoeksprotocol, de Nederlandse klachtenregeling, door (alleen) aan hun opdrachtgever een concept van hun rapportage voor te leggen en tevens door de Engelse (andersluidende) klachtenregeling ten nadele van klaagsters toe te passen en een oordeel te geven over de beschadigde werkrelatie tussen klaagsters en medewerkers in Engeland, waarmee klaagsters geen rekening hebben kunnen houden en waartegen zij zich niet hebben kunnen verweren. Door zich niet (strikt) aan de klachtenregeling te houden hebben verweerders in hun hoedanigheid van externe onderzoekscommissie het vertrouwen in de advocatuur geschaad. Klacht deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:121 Hof van Discipline 's Gravenhage 220079

    klacht over eigen advocaat in alimentatiekwestie. Klaagster kwam in beroep tegen ongegrond verklaarde klachtonderdelen. Het hof verklaart die eveneens ongegrond. Verweerster heeft actief haar best gedaan de vertrouwensbreuk te voorkomen. Niet blijkt dat zij die heeft geforceerd of uitgelokt. Verder was het niet aan verweerster om voor de zittingsaantekeningen te zorgen, nu de rechtbank aangaf geen proces-verbaal te verstrekken. Verweerster heeft actief geprobeerd met de griffier de afspraken uit de regiezitting te reconstrueren. Verder geldt dat verweerster weliswaar onvoldoende doortastend is geweest bij de indiening van het wrakingsverzoek, maar dat dit niet zo ernstig is dat het tuchtrechtelijk verwijtbaar is. Ten slotte heeft zij niet haar geheimhoudingsplicht geschonden door de beslissingen uit de zaak van klaagster te delen met de bestuursrechter, Raad voor Rechtsbijstand en de deken. Beroep faalt. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:115 Hof van Discipline 's Gravenhage 220304

    Klacht over advocaat wederpartij in beslagkwestie. Verweerder heeft zich voldoende ingespannen om de processtukken op een juiste manier aan klaagster te betekenen - hij heeft voldaan aan zijn verplichtingen in de zin van het Wetboek op Rechtsvordering. Dat verweerder geen bewijs van ontvangst door klaagster overlegt, doet daar niet aan af. Verder heeft verweerder de stukken toegezonden aan het e-mailadres waarop eerder met haar is gecorrespondeerd en via whatsapp op het nummer dat bekend was bij het kantoor. Het had netjes geweest als hij de bij hem bekende gemachtigde ook had geïnformeerd over de ondernomen stappen, maar is in de onderhavige omstandigheden niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Voor het overige bekrachtigt het hof het oordeel van de raad. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:122 Hof van Discipline 's Gravenhage 220068

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Anders dan de raad verklaart het hof klager ontvankelijk. De driejaarstermijn op een later tijdstip aangevangen dan door de raad aangenomen. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:116 Hof van Discipline 's Gravenhage 220168 220169

    Bekrachtiging beslissing raad. De klacht is niet-ontvankelijk. Geen sprake van schending van ne bis in idem-beginsel. Ook kent het tuchtrecht geen (wettelijke) verplichting op grond waarvan een klager gehouden is zijn klachten tegen een advocaat te concentreren en deze tegelijkertijd in één tuchtprocedure aanhangig te maken. Hoewel het wenselijk is dat een klager zijn klachten zo veel mogelijk bundelt, bestaat daartoe geen verplichting. Dit laat echter onverlet dat in een concreet geval het indienen van een opvolgende klacht in strijd kan komen met de beginselen van een behoorlijk tuchtprocesrecht. Daarvan is in dit geval sprake.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:156 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-049/DH/RO

    Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Termijnoverschrijding instellen rechtsmiddel. Geen opdracht verleend op beroep in te stellen. Klacht ongegrond.