Zoekresultaten 12081-12090 van de 42895 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:176 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 180343

    Klacht tegen eigen advocaat. Klager heeft verweerster benaderd nadat hij dwangsommen had verbeurd omdat hij als executeur geen (voldoende) rekening en verantwoording had afgelegd aan de door de kantonrechter benoemde opvolgend executeur. Evenals de raad is het hof van oordeel dat niet is komen vast te staan dat verweerster haar opdracht niet heeft uitgevoerd, dat zij ter behartiging van de belangen van klager een andere route had moeten bewandelen, dat zij zich tegen klager heeft gekeerd of dat zij excessief heeft gedeclareerd. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad.

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:74 Accountantskamer Zwolle 19/329 Wtra AK

    Klacht met betrekking tot de objectiviteit. Twee heren dienen. Een accountant verricht voor zowel BV1 als BV2 werkzaamheden. De accountant wordt betrokken bij het opstellen van de tekst van de koopovereenkomst van de aandelen van BV2 door BV1. Na de totstandkoming van de overeenkomst van aandelenoverdracht was hij belast met het samenstellen van de jaarrekening van de BV2, over 2014. De inhoud hiervan kon van invloed zijn op de hoogte van de door BV1 te betalen koopsom. Daarom is er een bedreiging van de objectiviteit van de accountant. In de koopovereenkomst is bepaald dat de verkoper de jaarrekening over 2014 mag laten beoordelen door derden. De accountant heeft de bedreiging dus onderkend. De Accountantskamer is van oordeel dat slechts het opnemen van deze bepaling in de koopovereenkomst onvoldoende was om de objectiviteit van de accountant bij het opstellen van de jaarrekening over 2014 te waarborgen. Klacht gegrond. Waarschuwing. 

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:171 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-467/DB/OB

    Gedragsregel 7 (oud) betreft de verhouding tussen een advocaat en een cliënt. Tussen klager en de beklaagde advocaat is geen advocaat/cliënt relatie tot stand gekomen. Dit betekent niet dat het optreden van de advocaat niet in strijd zou kunnen zijn met hetgeen een behoorlijk handelend advocaat betaamt en daarmee alsnog tuchtrechtelijk verwijtbaar. Hiervan kan sprake zijn indien klager stelt en voldoende aannemelijk maakt dat het optreden van verweerder voor de wederpartij van klager in de gegeven omstandigheden zo bezwaarlijk is geweest, dat verweerder zich daarvan had moeten onthouden. Als onvoldoende gemotiveerd betwist staat vast dat de advocaat kennis heeft genomen van een uitvoerige beschrijving van het feitencomplex van klager en dat hij hierover niet enkel in algemene zin maar ook inhoudelijk met klager heeft gesproken. Onder deze omstandigheden stond het de advocaat niet vrij later tegen klager op te treden. Advocaat heeft de grens die hem als advocaat van de wederpartij vrij stond niet overschreden. Klacht (gedeeltelijk) gegrond.  

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:177 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190094

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Verweerder heeft besloten de aan klager uitgebrachte dagvaarding niet aan te brengen. Daarmee heeft verweerder de fout die klager hem verwijt, hersteld en daarvan ook terstond mededeling gedaan aan klaagster. Niet gebleken dat klaagster schade heeft geleden. Ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:178 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190012

    Klacht over informeren cliënt bij beëindiging bijstand. Hoger beroep ingesteld door klager en algemeen deken. Het hof oordeelt dat de zorgplicht van een advocaat meebrengt dat wanneer de advocaat een zaak niet langer kan behandelen, hij de cliënt daarover in beginsel zelf (tijdig) informeert. Bij beëindiging van een arbeidsovereenkomst van de advocaat ligt het op de weg van de advocaat om te bewerkstelligen dat de cliënt door de advocaat en het kantoor tijdig wordt bericht. Als dit niet wordt gerealiseerd dient de advocaat te waarborgen dat het (voormalige) kantoor voor die tijdige berichtgeving zorgt. Bij enige blokkade ligt het op de weg van de advocaat de deken te raadplegen. Verweerster is deze zorgplicht niet behoorlijk nagekomen. Verweerster heeft onvoldoende oog gehad voor de spoedeisendheid van de zaak van klager. Vernietiging beslissing raad. Klacht gegrond. Waarschuwing. Proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:179 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190031

    Klacht over niet tijdig informeren van overname van zaak van (voormalig) kantoorgenote. Het hof oordeelt dat verweerster niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Verweerster mocht de afweging maken om, gelet op de slechte bereikbaarheid van klager en de feestdagen, klager na deze feestdagen over haar overname van de zaak te informeren. Vernietiging beslissing raad. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:180 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190124

    Klacht over advocaat wederpartij. Verweerder mocht afgaan op de informatie die hij van zijn cliënt ontving. Niet gebleken is dat verweerder door het gebruiken van die informatie de grens van de vrijheid in het bijstaan van zijn cliënt heeft overschreden. Klacht ongegrond. Bekrachtiging beslissing raad.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:181 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190125

    Klacht over door verweerster uitgevoerd feitenonderzoek naar klaagster. Verweerster heeft dit onderzoek namens haar cliënt, een gemeente, uitgevoerd in verband met een ambtenaarrechtelijke procedure. Naar het oordeel van het hof moet klaagster als wederpartij worden beschouwd.  Verweerster heeft het feitenonderzoek niet uitgevoerd conform het door haar kantoor gehanteerde protocol. Klaagster is niet vooraf over het onderzoek geïnformeerd en is niet in de gelegenheid gesteld zelf namen aan te dragen van personen die zij wenste te laten horen. Klaagster is evenmin in de gelegenheid gesteld om te reageren op de afgelegde verklaringen. Verweerster heeft daarmee de belangen van verweerster op een onevenredige wijze geschaad. Bekrachtiging beslissing raad en proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:170 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190117

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Verweerster is lid van Nederlandse Vereniging Familie- en erfrecht Advocaten Scheidingsmediators (vFAS). Zij behartigt de belangen van de (inmiddels voormalige) echtgenoot van klaagster (de man) in een moeizaam verlopende echtscheiding. De man heeft verweerster gevraagd ervoor te zorgen dat klaagster geen contact meer opneemt met zijn ouders, omdat de ouders deze contacten volgens hem als zeer belastend ervaren. De ouders (toen 92 en 91 jaar oud) hebben de man gemachtigd om namens hen een straat- en contactverbod te vorderen tegen klaagster. Verweerster heeft klaagster namens de man, in zijn hoedanigheid van gemachtigde van de ouders, in kort geding gedagvaard wegens stalking. Verweerster heeft daarover zelf geen contact gehad met de ouders. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen afgewezen. Klaagster verwijt verweerster dat zij dit kort geding aanhangig heeft gemaakt. Volgens de Gedragscode voor vFAS-leden behoort het voorkomen van escalaties prioriteit te hebben en mag van hen worden verwacht dat zij kritisch blijven ten aanzien van door emoties gevoede wensen van hun cliënten. Hoewel een advocaat in het algemeen mag afgaan op de juistheid van de informatie van de eigen cliënt, is het hof van oordeel dat het in de gegeven omstandigheden op de weg van verweerster had gelegen om de juistheid daarvan te verifiëren door bij de ouders van de man na te gaan of (ook) zij dit kort geding daadwerkelijk aanhangig wilden maken omdat te voorzien was dat dit de verhouding tussen de man en klaagster niet ten goede zou komen. Daarbij neemt het hof mede in aanmerking dat de ouders eerder een algemene volmacht hadden verleend aan de man en zijn broer en dat de broer niet wilde meewerken aan het kort geding, terwijl de verstrekte informatie niet ondubbelzinnig was. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2019:171 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190092

    Klacht tegen eigen advocaat. Verweerder heeft klager bijgestaan in tuchtprocedure in hoger beroep, nadat klager door de raad van het tableau was geschrapt. In hoger beroep heeft het hof een tussenbeslissing gegeven, waarbij aan de deken is opgedragen onderzoek te doen naar de praktijkvoering van klager. Na een voortgezette mondelinge behandeling heeft het hof de beslissing van de raad bevestigd. Klager verwijt verweerder (samengevat) dat hij de dossiers die de deken heeft onderzocht niet zelf heeft ingezien en dat hij niet alles in het werk heeft gesteld om te voorkomen dat hij van het tableau zou worden geschrapt. Dat verweerder het accent niet zozeer op de dossiervorming maar op de verbetering van de juridische kwaliteit van de dienstverlening heeft gelegd (mede door inzet van een coach), acht het hof een verdedigbare keuze. Gelet op het zwaarwegende belang van klager bij ongedaan making van de schrapping is het hof wel van oordeel dat verweerder met klager meer aandacht had kunnen besteden aan de voorbereiding van de zitting na de tussenbeslissing; het hof acht dit echter van onvoldoende gewicht voor een tuchtrechtelijk verwijt. Hof bekrachtigt de beslissing van de raad waarbij de klacht van klager tegen verweerder in alle onderdelen ongegrond is verklaard.