Zoekresultaten 21331-21340 van de 42611 resultaten

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:29 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/298954/KL RK 16/23

      De notaris heeft gedurende langere tijd een ernstig negatieve liquiditeits- en solvabiliteitspositie zowel wat het kantoor als wat de privé situatie betreft, gehad. Ondanks de benoeming van een stille bewindvoerder die de notaris heeft begeleid, is geen verbetering opgetreden. Die ernstige situatie duurt voort en is structureel. De negatieve posities duren voort en zijn in 2015 verergerd. Er is geen reëel zicht op verbetering. Naast de negatieve financiële posities zijn er zorgwekkende belastingschulden. Vooral het niet – tijdig - afdragen van BTW rekent de kamer de notaris aan. De notaris lijkt zich onvoldoende bewust van de ernst van deze situatie. Aan de notaris zijn voorts sedert 2005 bij herhaling tuchtrechtelijke maatregelen opgelegd. Het risico dat het handelen en nalaten van de notaris het vertrouwen dat aan het notariaat in de rechtsbedeling is opgedragen kan schaden, is dermate groot dat de kamer een langer voortzetten van de notariële praktijk door de notaris niet voor haar verantwoording wil nemen.Gezien deze feiten en omstandigheden acht de kamer de maatregel van ontzetting uit het ambt passend en geboden.

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:2 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/173

    In de praktijk leidt niet elke aandelenoverdracht tot een adreswijziging van het bedrijf. Aldus is het verweer van de kandidaat-notaris dat de opdracht was beperkt tot het overdragen van aandelen begrijpelijk. Dat neemt echter niet weg dat de kandidaat-notaris in de opdrachtfase aandacht had moeten vragen voor het adres van de vennootschap.

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:23 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/160

      Een notaris dient zich ervan te vergewissen of de wensen van een testateur ten aanzien van zijn vermogensrechten goed in het testament worden vastgelegd. De taak van de notaris gaat echter niet zo ver dat hij het bestaan van de vermogensrechten waarover in het testament wordt beschikt, dient te controleren. (…) Aangezien de notaris wist dat de kans groot was dat binnen de familie onenigheid zou ontstaan over de nalatenschap van erflaatster, had de notaris in de opzet van de verklaring/volmacht een duidelijker onderscheid moeten maken tussen de keuze voor een al dan niet beneficiaire aanvaarding of verwerping van de nalatenschap enerzijds en het al dan niet verlenen van een volmacht aan de executeur anderzijds, waardoor het voor klager duidelijker zou zijn geweest dat hij de nalatenschap (beneficiair) kon aanvaarden zonder aan de executeur een volmacht te hoeven geven. Het voert echter te ver om dit als tuchtrechtelijk verwijtbaar aan te merken.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:98 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-023

    Klachten ongegrond. Blijkens de opdrachtbevestiging, door klager voor akkoord ondertekend, heeft verweerder wel degelijk de mogelijkheid van een toevoeging met klager onderzocht. Latere onduidelijkheid omtrent matiging declaratie en, bij uitblijven tijdige betaling, weer verhogen declaratie niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Evenmin als rechtstreeks aanschrijven tot betaling terwijl klager inmiddels door nieuwe advocaat werd bijgestaan.

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:30 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden 297011/ RK 16 -5

      Terecht maken klagers de notaris het verwijt dat hij na de aanvang van de behandeling van de zaak gedurende langere tijd niet gereageerd heeft op telefoontjes, op e-mails en op aangetekende brieven. Weliswaar werd dit niet reageren mogelijk deels veroorzaakt door de medische klachten van de notaris, maar dit ontslaat hem niet van de verplichtingen die ingevolge de Wna op hem rusten, al is het maar door cliënten te informeren en/of door voor vervanging zorg te dragen. In dit geval is sprake van herhaalde en ernstige nalatigheid van de notaris.

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:11 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/78

      De notaris heeft twee akten gepasseerd. In de eerste akte werd door een besloten vennootschap een pand in eigendom overgedragen aan een particulier. In de tweede akte droeg de besloten vennootschap 50% van de aandelen in een andere vennootschap over aan dezelfde particulier. De kamer is met het BFT van oordeel dat de notaris onvoldoende uitvoering heeft gegeven aan een verscherpt cliëntenonderzoek. De kamer constateert dat de notaris bekend was met de financieel dubieuze achtergrond van partijen. Dit heeft bij de notaris niet geleid tot een uitgebreider onderzoek naar de herkomst en de deugdelijkheid van de door partijen gepretendeerde leningen. Hieraan kan niet afdoen dat partijen bij de notaris werden geïntroduceerd door een betrouwbare relatie van de notaris en dat de partijen werden bijgestaan door advocaten. Evenmin kan de notaris zich erop beroepen dat de koopovereenkomsten waren opgemaakt door de advocaat van de koper. Deze omstandigheid brengt niet mee dat de notaris mocht aannemen dat het bestaan van de onderliggende geldleningen door de advocaat was onderzocht. Ook uit het feit dat tussen partijen een kort gedingvonnis was gewezen, leidt niet tot bewijs van het bestaan van de leningen. De notaris had in dit geval een eigen verantwoordelijkheid om de herkomst en deugdelijkheid van de gelden, waarmee de koopprijs werd verrekend, te verifiëren en daarvan een duidelijk overzicht in de akten te geven. De notaris heeft zich te weinig rekenschap gegeven van zijn verantwoordelijkheid. Voor het bepalen van de juistheid van de koopsom van de aandelen heeft de notaris als uitgangspunt genomen de WOZ-waarde van het pand, dat de grootste bezitting was van de vennootschap. De kamer is van oordeel dat deze WOZ-waarde niet als grondslag mocht dienen voor de waarde van de aandelen. Onbekend was immers welke schulden tegenover de WOZ-waarde op de balans stonden. Evenmin mocht de notaris belang hechten aan de concept-jaarrekening 2010, nu het hier een concept betrof dat bovendien betrekking op de financiële situatie van enige jaren eerder. De kamer stelt dat de notaris bij het passeren van de leveringsakte van de aandelen zich ervan had dienen te vergewissen dat voor de aandelen een reële koopprijs werd voldaan. Voorkomen moet namelijk worden dat (door een te hoge koopprijs) gelden wordt wit gewassen dan wel (door een te lage koopprijs) faillissementsfraude wordt vergemakkelijkt. Door zich te schikken naar dat wat partijen verlangden, heeft de notaris onzorgvuldig gehandeld. Aan de notaris wordt een berisping opgelegd.         

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:24 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/146

      De controle op de betaling van de erfbelasting is achterwege gebleven. Ook nadat gebleken is van aanmaningen is niet afdoende gereageerd en is sprake van gebrekkige communicatie. De notaris biedt excuses aan maar laat nog steeds na adequaat op te treden. De notaris heeft daarmee onvoldoende aan zijn zorgplicht voldaan. 

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:99 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-593

    Verzet ongegrond. Correctie voorzittersbeslissing op beschrijving feitelijke gang van zaken. Dat artikel 4:203 BW spreekt over de mogelijkheid dat de rechtbank na aanvaarding nalatenschap onder voorrecht van boedelbeschrijving een vereffenaar kán benoemen, impliceert dat het niet on-nodig is zo’n verzoek te motiveren. Dat heeft verweerster uitgebreid gedaan en ook mogen doen. Klager heeft de mogelijkheid gehad daar het zijne tegenover te stellen en heeft dat ook gedaan.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2016:87 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2015-320

      Ongegronde klacht tegen een fysiotherapeut. De fysiotherapeut heeft toereikend onderzoek verricht, welk onderzoek geen aanwijzingen opleverde voor een bicepsruptuur en geen aanleiding gaf tot aanvullend onderzoek. Het ingezette beleid paste bij de gestelde differentiaal diagnose (overrekking flexoren). Toen na 5 weken het behandeldoel niet was behaald niet onjuist gehandeld door het verloop van de klachten en de behandeling nog aan te zien. Zwelling en pijn was verminderd ondanks nog pijn aan de onderarm. Niet vast te stellen dat de fysiotherapeut eerder actie had moeten ondernemen.  Niet tuchtrechtelijk te verwijten dat de fysiotherapeut de later in het ziekenhuis vastgestelde afgescheurde biceps niet heeft gesteld. Klacht afgewezen.  

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2016:41 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/107GZP

      Klager, een TBS-patiënt, verwijt verweerster dat hij door haar handelen in een onveilige situatie is terechtgekomen met een medepatiënt, waardoor ook zijn eigen behandeling in gevaar is gekomen doordat zij volgens klager haar beroepsgeheim over de medepatiënt heeft geschonden. Ongegrond.