Zoekresultaten 21311-21320 van de 42611 resultaten

  • ECLI:NL:TNORARL:2015:49 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2014/100

      Klagers verwijten de notaris dat hij toen de deels door kopers betaalde waarborgsom - tot zekerheid van de nakoming van de met klagers gesloten koopovereenkomst -  aan kopers heeft terugbetaald, toen, eveneens tot zekerheid van de hier bedoelde nakoming, door kopers ten behoeve van klagers een vierde hypotheekrecht op hun woning werd gevestigd.  Klagers verwijten de notaris tevens dat hij hen niet heeft gewaarschuwd voor de mogelijkheid dat bedoeld vierde hypotheekrecht geen verhaal zou blijken te bieden. De klacht wordt op beide onderdelen niet - ontvankelijk verklaard omdat deze is ingediend buiten de termijn van drie jaar, die is beginnen te lopen de dag na de datum waarop de klagers bekend waren met het feit dat de waarborgsom werd terugbetaald c.q. dat het recht van vierde hypotheek (met alle bij klagers bekend te veronderstellen risico’s van dien)  gevestigd werd.

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:36 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/117, 118 en 119

    N u de koopovereenkomst met de heer [D] is gesloten na ondertekening van de akte van cessie, was geen sprake van een ten tijde van de ondertekening van de akte van cessie opeisbare vordering, waardoor de akte van cessie op de koopovereenkomst met de heer [D] niet van toepassing is. De (kandidaat-) notarissen hebben derhalve terecht de gehele verkoopopbrengst aan [B] uitbetaald. Dit neemt niet weg dat de (kandidaat-) notarissen door de inhoud van hun e-mail bij klaagster zonder meer het vertrouwen hebben gewekt dat de akte van cessie zou worden nageleefd. De kamer acht het onzorgvuldig dat de (kandidaat-) notarissen het feit dat zij niet aan het gestelde in de akte van cessie konden voldoen, niet aan klaagster hebben bericht op het tijdstip dat zij - op zich zelf terecht - tot het oordeel kwamen dat zij de koopsom niet aan klaagster zouden doorbetalen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2016:162 Raad van Discipline Amsterdam 16-568/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop.  

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2016:76 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 153/2015

    Raadkamerbeslissing.  Klacht tegen psychiater betreffende onvoldoende zorg en schending beroepsgeheim. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:31 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/121

      De klacht ten dele buiten de vervaltermijn van artikel 99 lid 15 Wna ingediend. Door de notaris is niet klachtwaardig gehandeld ter zake van de gegeven adviezen en het moment waarop dat is gedaan. Het advies aan klager om het bedrag ad € 76.402,= als lening te beschouwen hield geen nadeel voor klager in. Over de gesprekken met erflaatster heeft de notaris heeft terecht opgemerkt dat zijn geheimhoudingsplicht niet toelaat dat hij hierover mededelingen doet aan derden, waaronder klager.

  • ECLI:NL:TNORARL:2016:32 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden AL/2015/169

    De lange termijn van de afwikkeling van de nalatenschap is niet veroorzaakt door klachtwaardig handelen van de kandidaat-notaris. Het voorstel was wellicht niet het meest gunstige voor klaagster, maar vanuit de achtergrond dat klaagster in het huis blijft waren de keuzes wel verdedigbaar. In het kader van hem gegeven opdracht mocht de kandidaat-notaris de verzekeringsmaatschappijen vragen de uit de polissen vrijgekomen gelden over te boeken naar de derdengeldenrekening.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:102 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-218

    Klachten dat verweerster op de derdengeldrekening ontvangen gelden heeft verrekend met haar declaraties zonder toestemming van klaagster, niet heeft onderzocht of klaagster in aanmerking kwam voor gefinancierde rechtsbijstand, klaagster heeft gedwongen om geld van haar ouders te lenen voor het voldoen van verweersters declaraties, en klaagster heeft gedwongen een financieel onaantrekkelijke regeling met haar echtgenoot te treffen opdat verweersters laatste declaraties konden worden voldaan zijn ongegrond. Uitvoerige uitleg toepasselijke regelgeving in de indertijd toepasselijke Boekhoudverordening en latere Vafi en hoofdstuk 6 van de verordening op de advocatuur. Strikt genomen was het verweerster gelet op artikel 3 lid 5 van de Boekhoudverordening niet toegestaan het geld van klaagster in depot aan te wenden tot zekerheid voor toekomstige declaraties. De raad acht het echter aannemelijk dat op zichzelf over de strekking van dit depot tussen klaagster en verweerster wel overeenstemming bestond dat dit zou dienen ter betaling van weliswaar nog niet gedeclareerde maar wel zeer binnenkort te declareren en deels reeds verrichte werkzaamheden.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:103 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-219

    Klachten dat verweerster in haar declaraties niet duidelijk heeft gemaakt welk gedeelte daarvan betrekking had op het verwerven van alimentatie (a), zonder toestemming van de deken beslag heeft laten leggen op de woning van klaagster (b), op de derdengeldrekening ontvangen bedragen niet aan klaagster door heeft betaald maar onder zich heeft gehouden (c) en kwalitatief onder de maat heeft gepresteerd (d). (c) niet ontvankelijk want eerder op beslist (afgewezen). a, b en d ongegrond. De wijze waarop verweerster haar declaraties heeft gespecificeerd is op zichzelf niet ongebruikelijk. Verweerster behoefde er niet op voorbereid te zijn dat de fiscus een meer gedetailleerde specificatie zou verlangen wilde klaagster voor aftrek van de kosten voor verwerving alimentatie in aanmerking te komen. b feitelijk onjuist, d onvoldoende onderbouwd.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2016:74 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 201/2015

    Raadkamerbeslissing.  Klacht  tegen verpleegkundige als manager. Wel ontvankelijk. Voldoende weerslag op individuele gezondheidszorg en begeven op deskundigheidsgebied. Klacht kennelijk ongegrond. Weigering tekenen machtiging voor opvragen dossier door klaagster. Feiten staat niet vast. Geen deugdelijk oordeel door college mogelijk.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:104 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-586

    Klaagster verlangde betekening van het vonnis. Niet valt in te zien hoe betekening een oplossing in de discussie over verrekening oude proceskostenveroordeling dichterbij had kunnen brengen. Voorts niet gebleken dat verweerster klagers onder druk heeft gezet in te stemmen met verrekening van openstaande nota’s, noch van het zichzelf onrechtmatig in strijd met gemaakte afspraken laten uitbetalen. Niet gebleken hoe verweerster met succes tegen verrekening door de Staat had kunnen protesteren. Klachten ongegrond.