Zoekresultaten 741-750 van de 2789 resultaten

  • ECLI:NL:TNORARL:2019:32 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/307373 KL RK 16-93

      Op grond van het vorenstaande overweegt de kamer dat uit de onderzoeken van klager voldoende is komen vast te staan dat de notaris van 2013 tot en met 2017 een negatieve liquiditeits- en negatieve solvabiliteitspositie – zowel zakelijk als privé - heeft laten ontstaan. Dit leidt tot de conclusie dat de notaris heeft gehandeld in strijd met artikel 23 Wna jo artikel 2 Administratieverordening en artikel 3 van het Reglement Verslagstaten 2010. De notaris dient er te allen tijde voor te zorgen dat het kantoor een positieve liquiditeits- en solvabiliteitspositie heeft. De kamer is het – in tegenstelling tot de notaris – dan ook eens met klager dat zij – gezien de herhaalde onderzoeken waaruit iedere keer negatieve financiële posities bleken – de klacht tegen de notaris terecht heeft ingediend. De klacht is dan ook gegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2019:33 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/347221 KL RK 18-184

      De kamer stelt vast dat de notaris in zijn verweer de klachten niet heeft weersproken en voorts expliciet heeft afgezien van een beroep op de ontvankelijkheid van het BFT in verband met voornoemde brief van 16 oktober 2018 (zie hiervoor onder 2.9). Ter zitting heeft de notaris verklaard dat hij het verhaal van de contactpersoon uit Polen aannemelijk vond en dat hij het niet zo verdacht vond dat de communicatie via een en hetzelfde e-mailadres verliep, reden waarom hij ook geen melding bij het FIU-NL heeft gedaan. Voorts heeft de notaris verklaard dat hij wel vaker aandelentransacties voor € 1,- heeft begeleid. Daar waren dan hele goede redenen voor volgens de notaris.  Met de kennis achteraf ziet de notaris in dat hij zijn functie als poortwachter niet goed heeft ingeschat, dat hij de risico’s niet gezien heeft en dat hij het bij nader inzien met betrekking tot beide aandelenoverdrachten derhalve niet goed heeft gedaan. Ook naar het oordeel van de kamer heeft de notaris, gelet op de bevindingen van klager, gehandeld in strijd met het bepaalde in de artikelen 17 en 21 lid 2 Wna en verder ook in strijd met het bepaalde in de artikelen 8 en 16 lid 1 Wwft. Gelet op het voorgaande zal de kamer de klacht gegrond verklaren. De kamer benadrukt in dit verband dat de verwijten die klager de notaris maakt, volledig worden onderschreven. Ten onrechte heeft de notaris nagelaten de koopprijs en beweegredenen van partijen met betrekking tot beide aandelentransacties nader te onderzoeken en in zijn dossier vast te leggen. In beide gevallen waren voldoende redenen aanwezig voor de notaris om zijn werkzaamheden op te schorten dan wel te weigeren. De toelichting van de notaris dat hij specifiek naar een onderbouwing van de koopprijs had gevraagd, maar dat hij deze onderbouwing nooit heeft ontvangen, doet daar ook niet aan af. De notaris dient immers zijn diensten te weigeren bij gerede twijfel aan de goede bedoelingen van partijen en dient zich door nader onderzoek te overtuigen van het geoorloofde karakter van de bedoelingen. Daarnaast heeft de notaris nagelaten een verscherpt cliëntenonderzoek uit te voeren bij partijen en heeft hij ook geen melding van beide ongebruikelijke transacties bij de daarvoor bevoegde instantie de FIU-NL gedaan.

  • ECLI:NL:TNORARL:2019:30 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/347895 KL RK 19-3

      De kamer is van oordeel dat de notaris in de gegeven omstandigheden voldoende zorgvuldigheid heeft betracht bij de boordeling van de vraag of de wijzigingen van de testamenten overeenstemden met de wil van erflater. Klacht is ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2019:12 Kamer voor het notariaat Den Haag 18-74

    Ingevolge de Wet op het notarisambt (Wna) en de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) heeft klaagster als toezichthouder op 28 november 2016 een onderzoek ingesteld naar het handelen van de notaris.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2019:13 Kamer voor het notariaat Den Haag 18-25

    De notaris is betrokken geweest bij de voortgang van de transactie van de certificaten.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2019:9 Kamer voor het notariaat Amsterdam 18-57

    In verband met de afwikkeling van de verdeling van de gezamenlijke woning van klaagster en haar ex-echtgenoot is de notaris ingeschakeld voor het passeren van de akte van verdeling.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2019:8 Kamer voor het notariaat Amsterdam 660299/NT 19-2 660302/NT 19-3

    Klachten over de totstandkoming van een testament en de uitvoering ervan. Klaagster stelt dat de notaris en de kandidaat-notaris haar niet (voldoende) hebben geïnformeerd. De kandidaat-notaris zou haar onder meer niet hebben meegedeeld wat de gevolgen waren van het ondertekenen van de 'verklaring van zuivere aanvaarding'. Klachten ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNORARL:2019:29 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/344156 KL RK 18-157

    Klager kan zich kennelijk niet verenigen met de wijze waarop de kandidaat-notaris haar bevoegdheden als vereffenaar uitoefent. Klager gaat eraan voorbij dat de rechtbank de kandidaat-notaris als vereffenaar heeft benoemd. Dat rechterlijk oordeel kan door de kandidaat-notaris niet terzijde worden gesteld. De kandidaat-notaris heeft zich als vereffenaar te houden aan de door de wet aan haar als vereffenaar opgelegde verplichtingen. De kandidaat-notaris heeft zich als goed vereffenaar gedragen. Zij had als vereffenaar te maken met de boedel zoals deze door haar is aangetroffen vanaf het moment dat zij is benoemd, dus per 14 mei 2018. Voor de boedel zoals deze beweerdelijk in de periode daarvoor was, is zij niet verantwoordelijk. Het behoort dus ook niet tot haar taak om achter de volgens klager door zijn zuster onttrokken zaken uit de boedel aan te gaan. Klacht ongegrond.    

  • ECLI:NL:TNORARL:2019:28 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden 344026/NT 18/151 344029/NT 18/152

    Van een notaris mag verwacht worden dat hij transparant is met betrekking tot de rol die hij vervult. In hun verweer beroepen de notaris en de kandidaat-notaris zich er enerzijds op dat zij zich in hun externe communicatie telkens hebben gepresenteerd als partijnotaris, waarover naar hun idee geen misverstand bestond. Anderzijds voeren zij echter aan dat de executeur zich door hen heeft laten bijstaan, omdat hij als executeur werd geconfronteerd met (vermeende) vorderingen op de nalatenschap en dat hij hen heeft verzocht (ingevolge het testament van erflaatster) de in de uitoefening van die taak gemaakte kosten voor rekening van de nalatenschap te brengen. Een notaris dient zich bewust te zijn van wisselende rollen en posities. Daarbij dient hij te handelen volgens de normen die bij die rollen en posities horen. Een partijnotaris dient de declaratie voor de door hem uitgevoerde werkzaamheden in rekening te brengen bij degene voor wie hij optreedt; hij kan die declaraties niet aan de nalatenschap presenteren door, als dat uitkomt, de rol van belangenbehartiger van de nalatenschap aan te nemen. De klacht tegen de kandidaat-notaris is gegrond, maar de kamer legt hem geen maatregel op. De klacht tegen de notaris is ook gegrond; de kamer legt hem een waarschuwing op, omdat hij klager onheus heeft bejegend. Tegen deze beslissing is hoger beroep ingesteld.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2019:10 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2019/5 en SHE/2019/6

    Wraking. De gewraakte leden hebben eerder een afwijzende beslissing gegeven op een klacht die klager heeft ingediend tegen een andere notaris. Het enkele feit dat een (tucht)rechter eerder een beslissing heeft gegeven op een klacht die een bepaalde partij onwelgevallig is, vormt onvoldoende grond voor de conclusie dat die (tucht)rechter alleen al daarom op voorhand moet worden vermoed niet onpartijdig te zijn ten opzichte van die partij, dan wel zodanig de schijn van partijdigheid tegen zich te hebben dat hij/zij zich daarom over een beslissing in die zaak zou moeten onthouden. Ook de opmerkingen die één van de gewraakte leden op de zitting zou hebben gemaakt, leveren geen grond op voor wraking. Wrakingsverzoek afgewezen.