Zoekresultaten 12581-12590 van de 40506 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2018:242 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 17-1013

    Klager verwijt verweerder dat hij in twee strafzaken is tekortgeschoten bij behartiging van zijn belangen, te weten in de strafzaak in 2011/2012 als ook in de strafzaak in 2015. De raad oordeelt klager ex artikel 46g lid 1 sub a Aw niet-ontvankelijk ten aanzien van de eerste strafzaak wegens overschrijding van de driejaarstermijn. Naar het oordeel van de raad kan niet worden vastgesteld dat verweerder de tweede strafzaak onjuist heeft aangepakt of daarin klager niet naar behoren heeft geadviseerd. Klager heeft ervoor gekozen om na afstemming met verweerder zijn hoger beroep alsnog in te trekken. Naar het oordeel van de raad was op voorhand niet uit te sluiten dat bij een ongewijzigde proceshouding en een enkele spijtbetuiging sprake was van een risico op een hogere straf voor klager terwijl bij een gewijzigde proceshouding weliswaar de persoonlijke omstandigheden meegenomen zouden kunnen worden maar dat het ook zou inhouden meewerken aan een eventueel multidisciplinair onderzoek. Dat weigerde klager. Naar het oordeel van de raad kan in het midden blijven of verweerder in de gegeven omstandigheden verplicht was om pro-actief met klager de verblijfsrechtelijke gevolgen van zijn proceshouding te bespreken. Gelet op de ondergrens van een strafmaat van veertien maanden met verblijfsrechtelijke gevolgen en de reeds aan klager opgelegde straf van zes jaar was sprake van een zover verwijderd verband daartussen dat verweerder dit niet met klager behoefde te bespreken en vast te leggen. Klacht in alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2018:192 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-083

    Ontvankelijkheid. Verzoek om medisch dossier door zoon van overleden patiënt terecht geweigerd door huisarts.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2018:72 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2018/98

      Klaagster wenst een kinkhoestvaccinatie in verband met haar zwangerschap. Het gebruikelijke vaccin is niet beschikbaar en klaagster krijgt, zonder dat daar met haar over is gesproken, een alternatief vaccin toegediend. Dit vaccin is niet geregistreerd voor zwangere vrouwen en is bovendien in een hogere dosering toegediend dan gebruikelijk bij het reguliere vaccin. Verweerder had dit met klaagster moeten bespreken en had, ondanks de op dat moment aanwezige hectiek, geen toestemming aan zijn assistente mogen geven voor toediening van het alternatieve vaccin. Er was geen sprake van informed consent. Klachtonderdeel gegrond. Daarnaast heeft verweerder nagelaten te reageren op een e-mail van klaagster waarin zij haar ongenoegen en ongerustheid aan verweerder kenbaar heeft gemaakt. Het college acht dit onprofessioneel van verweerder, maar niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Volgt een maatregel in de vorm van een waarschuwing.

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:83 Accountantskamer Zwolle 18/350 Wtra AK

    Klacht over het niet betalen van een vergoeding hoewel betrokkene daartoe door het Hof is veroordeeld, en het niet inschakelen van de beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Gebleken is dat betrokkene inmiddels een betalingsregeling heeft getroffen. Ook heeft hij onweersproken gesteld dat hij een tegenvordering heeft op klager, zodat dit klachtonderdeel ongegrond is. Betrokkene heeft zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekering wel aangesproken zodat dit klachtonderdeel feitelijke grondslag mist en eveneens ongegrond is.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2018:91 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1899

      Klacht van vader betreffende weigering informatieverstrekking over (psychische gezondheid van) zijn kinderen tegen GZ-psycholoog ongegrond. De afwegingen daartoe zijn zorgvuldig en in overleg met ketenpartners gemaakt en hielden verband met de noodzaak de verblijfplaats van moeder en kinderen geheim te houden. Het door GZ-psycholoog opgestelde verzoek vervangende toestemming voor diagnose en behandeling van de kinderen is neutraal opgesteld en maakt geen melding van (de persoon van of verwijten aan) klager. ongegrond

  • ECLI:NL:TACAKN:2018:84 Accountantskamer Zwolle 18/790 Wtra AK

    Klachten over onderzoek naar de grondslag van uitlatingen klaagster in radioprogramma. Betrokkene heeft klaagster bij de start van het onderzoek geen van belang zijnde informatie over haar rol en de doelstelling van het onderzoek onthouden. Dat betrokkene als accountant dient te handelen in het algemeen belang staat er niet aan in de weg een onderzoek in te stellen naar de grondslag van uitlatingen van klaagster. Niet aannemelijk is gemaakt dat vragen die bij klaagster leefden en stukken die openbaar gemaakt moesten worden, licht konden werpen op die grondslag en daarom hoefden die vragen niet betrokken te worden in het onderzoek. Het niet beantwoorden van die vragen en het niet openbaar maken van die stukken doet dan ook geen afbreuk aan de waarheidsvinding met betrekking tot die grondslag. Het is voor een accountant niet verboden gegevens te verzamelen en aan te leveren ter onderbouwing van een partijstandpunt en daarmee het belang van die partij te dienen, mits de accountant zich daarbij houdt aan het fundamentele beginsel van objectiviteit dat wil zeggen zich bij zijn afwegingen niet ongepast laat beïnvloeden. Dat betrokkene dat niet heeft gedaan is niet aannemelijk gemaakt. Betrokkene heeft ook geen onjuiste indruk gewekt in het rapport over de betrokkenheid van klaagster bij de inhoud van het rapport.  

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2018:137 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018/295

    klaagster verwijt verweerster  dat zij het medisch advies niet onafhankelijk heeft opgesteld, een ondeugdelijke rapportage heeft opgesteld en ten onrechte geen (percentage) van blijvende invaliditeit heeft vastgesteld.   Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2018:92 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1853

      Klacht tegen psychotherapeut als hoofdbehandelaar gegrond, voor zover niet (langer) is gehandeld conform een door huisarts, instelling en verweerster onderkende urgentie. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2018:138 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018/358

    klager verwijt verweerster dat zij druk heeft uitgeoefend om klager naar het consult te laten komen en dat zij klager in gevaar heeft gebracht  door hem met kennis van zijn gemoedstoestand in combinatie met de wetenschap van zijn openbaar vervoervrees toch naar het consult op 16 december 2015 te laten komen. Verweerster klager ten onrechte heeft laten integreren bij sociale werkvoorziening ondanks zijn lichamelijke en psychische klachten.   Ongegrond

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2018:139 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018/237

    Klaagster verwijt verweerster dat zij geweigerd heeft aan klaagster haar volledige naam en BIG-inschrijfnummer te verstrekken.     Ongegrond