Zoekresultaten 12461-12470 van de 40506 resultaten

  • ECLI:NL:TGZREIN:2018:93 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 17253g

    Klaagster, echtgenote van overleden patiënt, verwijt de verpleegkundige dat hij de totaalklachten van patiënt had moeten beoordelen, het universitair medisch centrum had moeten consulteren, dan wel had moeten zorgdragen voor een doorverwijzing van patiënt naar dit universitair medisch centrum voor nader onderzoek. Het college is van oordeel dat de uitslagen van de door verweerder uitgevoerde onderzoeken geen reden gaven voor ongerustheid of het consulteren van een arts. Verweerder heeft naar het oordeel van het college gehandeld zoals van een redelijk handelend verpleegkundige mag worden verwacht. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:187 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-946/DB/ZWB

    Het staat een partij vrij een geschil aan een rechter voor te leggen. Hiervan valt de advocaat van die partij tuchtrechteljik geen verwijt te maken. Zo ook niet van het op korte termjn afzeggen van een gepland viergesprek. Kennelijk onggrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2018:267 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-218/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2018:241 Raad van Discipline Amsterdam 18-454/A/A

    Gedeeltelijk gegrond verzet. De voorzitter heeft klachtonderdeel b) te beperkt beoordeeld, zodat het verzet hiertegen gegrond is. De klacht is evenwel ongegrond. Verweerder heeft met zijn uitlatingen het vertrouwen in de advocatuur niet geschaad.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2018:94 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 17253c

    Klaagster, echtgenote van overleden patiënt, verwijt de verpleegkundige dat zij niet de juiste zorg heeft verleend tijdens haar nachtdienst door niet de juiste stappen te nemen die noodzakelijk waren gelet op het verslechterende gezondheidsbeeld van de patiënt. Het college is van oordeel dat de verpleegkundige alle feiten en omstandigheden in onderling verband en samenhang heeft beoordeeld en heeft kunnen komen tot de conclusie dat er geen reden was om contact op te nemen met een arts of met het ziekenhuis. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:188 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-728/DB/LI

    Het is niet aan de tuchtrechter om een oordeel uit te spreken over het geschil wat partijen verdeeld hield. Niet gebleken dat de advocaat een onpleitbaar standpunt heeft ingenomen, noch dat hij de rechter heeft misleid of zich nodeloos grievend jegens klager heeft uitgelaten. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2018:268 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-942/DH/RO

    Verzoek artikel 60b Aw toegewezen. Uit het dossier en het verhandelde ter zitting is de raad genoegzaam gebleken dat verweerder thans niet in staat is zijn praktijk behoorlijk uit te oefenen. Verweerder heeft dat ook niet weersproken. Vast is komen te staan dat verweerder niet, althans onvoldoende reageert op verzoeken van de deken, zich niet aan toezeggingen tot het informeren van de deken houdt en niet of nauwelijks bereikbaar is voor de deken. Ook is gebleken dat de financiële situatie van het kantoor van verweerder zorgwekkend is, en aan een goede praktijkuitoefening in de weg staat. Daarnaast is sprake van privéomstandigheden die ervoor zorgen dat verweerder zijn praktijk op dit moment niet de aandacht kan geven die deze verdient en heeft verweerder erkend verslaafd te zijn aan het gebruik van cocaïne waartoe hij behandeling nodig heeft.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2018:262 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-220/DH/DH

    Klacht ingediend na de vervaltermijn van drie jaren en aldus niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2018:77 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2018/64

      Klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde, werkzaam op een revalidatieafdeling van een verpleeghuis. De arts heeft de patiënt die na een CVA vanuit een ziekenhuis was opgenomen op de revalidatieafdeling onvoldoende gevolgd. Hij mocht niet alleen vertrouwen op verzorgenden die informatie doorgeven aan verpleegkundigen, maar had zelf de patiënt goed moeten volgen. Na ruim twee weken op deze afdeling te hebben verbleven, is de patiënt met urosepsis en uitgedroogd opgenomen in het ziekenhuis. Het college oordeelt dat verweerder een eigen verantwoordelijkheid als arts had en deze ook had moeten nemen. Hij kan zich niet verschuilen achter de wijze waarop de zorg in het verpleeghuis geregeld is. Klacht gegrond. Het college legt de maatregel van berisping op en bepaalt dat de beslissing ter publicatie zal worden aangeboden.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2018:198 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-121

      Ongegronde klacht tegen een psychiater. Klaagster is ontvankelijk in de klacht. Het door klaagster gestelde verbod op het delen van informatie over de klacht is naar het oordeel van het College niet zodanig belemmerend voor de verdediging van de psychiater dat niet meer gesproken kan worden van een eerlijk proces. Naar het oordeel van het College valt de psychiater niet te verwijten dat haar brief aan Veilig Thuis door de ex-echtgenoot van klaagster is ingebracht in een rechtszaak. Dat klaagster het omtrent de diagnose van haar ex-echtgenoot niet eens is met het professionele oordeel van de psychiater, maakt niet dat de psychiater ten onrechte haar bevindingen omtrent de al dan niet door haar gestelde diagnoses met Veilig Thuis heeft gedeeld. De psychiater mocht naar aanleiding van wat haar eigen patiënt haar had verteld over relationele spanningen, in combinatie met het feit dat zij eerdere gesprekken met beide partners had gehad, verklaren zoals zij heeft gedaan in haar brief aan Veilig Thuis. Dat klaagster de rectificatie niet heeft ontvangen kan niet tot een tuchtrechtelijk verwijt leiden. Overige klachtonderdelen ook ongegrond. Klacht afgewezen.