Zoekresultaten 13241-13250 van de 42624 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:80 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-788/DB/LI

    Voorzitter heeft terecht overwogen dat de klacht betrekking heeft op het optreden van verweerster in haar hoedanigheid van klachtenfunctionaris en heeft  terecht geoordeeld dat verweerster van de wijze waarop zij klagers klacht heeft afgehandeld geen tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt, terwijl verweerster niet verantwoordelijk is voor de mate van expertise van kantoorgenoten. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2018:270 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-399/DH/RO

    Herstelbeslissing

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:127 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.355

    Klacht tegen verpleegkundige, werkzaam als manager bedrijfsvoering bij de organisatie die aan klaagster ondersteuning biedt op het gebied van sociaal en persoonlijk functioneren. Klaagster heeft op enig moment een klacht ingediend tegen deze organisatie; verweerster heeft per brief op die klacht gereageerd. Het verwijt van klaagster heeft betrekking op (de inhoud van) deze brief. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klaagster niet-ontvankelijk verklaard nu de verpleegkundige met het opstellen van voornoemde brief in haar hoedanigheid van manager bedrijfsvoering heeft gehandeld. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:81 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-899/DB/OB

    Verweerder stond curator bij als advocaat. Klachten tegen de curator zijn in beslissing 18-898/DB/OB ongegrond bevonden. Klachten tegen verweerder eveneens ongegrond. Niet gebleken dat verweerder bij het behartigen van de belangen van de curator de grenzen van de aan hem toekomende vrijheid heeft overschreden. Klacht deels niet-ontvankelijk wegens verstrijken termijn art. 46g en voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:128 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.393

    De klacht tegen de huisarts houdt in: 1. dat de huisarts geen zorgvuldig onderzoek heeft gedaan naar de (burn-out) klachten van klager en ook geen anamnese heeft afgenomen of een medisch dossier heeft bijgehouden van de verrichte onderzoeken (art. 7.1. Landelijke Eerstelijns Samenwerkingsafspraken Overspanning en Burn-out (LESA); 2. dat de huisarts in strijd heeft gehandeld met artikel 7.2 en 7.4.2. van de LESA. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht in al haar onderdelen als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klager verworpen.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:76 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-898/DB/OB

    Verweerder heeft vertrouwen in de advocatuur niet geschaad. Niet gebleken dat verweerder geen hoor en wederhoor heeft toegepast, klagers mogelijkheid om verweer te voeren heeft gefrustreerd, een strategie heeft toegepast die was gericht op het vaststellen van bestuurdersaansprakelijkheid of oneigenlijke druk heeft uitgeoefend op klagers echtgenote. Klacht deels niet-ontvankelijk wegens verstrijken termijn art. 46g en voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:129 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.464

    Klacht tegen verpleegkundige. De vader van de zoon van klaagster is patiënt van verweerster. Er is tussen de ouders strijd om omgang en gezag. Verweerster is telefonisch benaderd door de Raad van de Kinderbescherming en in het rapport van de Raad is een passage van dit telefoongesprek opgenomen. Klaagster verwijt verweerster dat zij aan de Raad een onjuiste en voor klaagster belastende verklaring heeft afgegeven over de psychische gesteldheid van klaagster, zonder dat zij klaagster kent of heeft onderzocht en dat zij daarbij enkel is afgegaan op de verhalen van de vader. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:77 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-083/DB/LI

      Advocaat heeft zijn cliënt willen behoeden voor het innemen van een ongeloofwaardig standpunt en heeft daarmee gehandeld in het belang van zijn cliënt. Een advocaat doet er verstandig aan om een intrekking van de opdracht door zijn cliënt schriftelijk te bevestigen. Nu klager de opdracht in niet mis te verstane bewoordingen heeft beëindigd en vervolgens een jaar niets meer van zich heeft laten horen valt de advocaat ter zake tuchtrechtelijk geen verwijt te maken. Klacht ongegrond.  

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:78 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 18-1021/DB/OB

    Dat verweerder in de bezwaarprocedure bij het UWV aspecten onderbelicht heeft gelaten is niet gebleken. Wel tekortgeschoten in de communicatie met klager: geen opdrachtbevestiging en geen schriftelijk advies aan klager gestuurd. Eveneens verzuimd om  processtukken vooraf in concept aan klager toe te sturen en verzuimd te reageren op een aantal e-mails van klager. Klacht over onjuiste toevoegingsaanvraag ongegrond. Deels gegrond, deels ongegrond. Waarschuwing.  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:130 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.479

    Klager is gescheiden.  De aangeklaagde huisarts is de huisarts van zowel klager als diens zoon. De huisarts heeft met toestemming van klager en zijn ex een consult gehad met alleen de zoon vanwege zorgen over diens suïcidale uitingen en heeft dit vastgelegd in een brief van 12 april 2018 aan klager en zijn ex. De huisarts heeft een melding Veilig thuis gedaan. Klager verwijt verweerster: 1. het doen van een onjuiste verklaring op 12 april 2018; 2. dat zij haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden doordat zij haar bevindingen aan de moeder van de zoon heeft afgegeven; 3. schending van de meldcode kindermishandeling; en 4. misleiding, omdat er contactmomenten/stukken/e-mails niet in het huisartsenjournaal van de zoon zijn opgenomen. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klachten als kennelijk ongegrond af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.